48 leiding van de duinen nabij Katwijk tot en in de gemeente Leiden a. aan artikel 16 wordt een nieuw derde lid toegevoegd, luidende als volgt: b. artikel 22 wordt gelezen als volgt „De duur der concessie wordt op zestig jaar gesteld. Na verloop van dien tijd is de gemeente gerechtigd om de zaak met alle gebouwen, inrichtingen, machinerieën, buizen, pijpen en in het algemeen al wat tot de waterleiding behoort, over te nemen tegen betaling aan concessionarissen van het twintigvoud der gemiddelde netto-opbrengst over het 57ste, het 58ste, het 59ste en het 60ste jaar, met dien verstande, dat bij het eindigen der concessie de genoemde gemiddelde opbrengst eerst zal worden berekend over het 57ste, het 58ste en het 59ste jaar en op dien voet de prijs van overnemen voorloopig zal worden bepaald en afgerekend, terwijl vervolgens na de vaststelling en goedkeuring van de rekening over het 60ste jaar de genoemde gemiddelde opbrengst definitief zal worden bepaald en, zoo noodigmet verrekening, afgerekend. Bij niet overnemen wordt de concessie telkens gedurende 25 jaar verlengd. De Gemeente heeft na afloop van elke verlenging der concessie het recht tot overnemen, in de eerste alinea van dit artikel bepaald. De daarin vervatte bepalingen vinden dan overeenkomstig toepassing met dien verstande dat het 22ste, 23ste, 24ste en 25ste jaar in de plaats treedt van het 57ste, 58ste, 59ste en 60ste." Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 95. Leiden, 20 April 1925. Bij Uw besluit van 25 Juni 1923 (Ingek. Stukken No. 197), werd van de provincie Zuid-Holland, met ingang van 1 Januari 1925, voor den tijd van 10 jaren gehuurd het terreia aan den Hoogen Bijndijk, nabij de Wilhelminabrug, ten einde dit te doen bezigen voor speelterrein. Een gedeelte van dit terrein had de gemeente met toe stemming van Gedeputeerde Staten intusschen reeds van 14 Mei 1923 af in onderhuur. Nu de gemeente met 1 Januari jl. ook de beschikking over het andere, Zuidelijke gedeelte, ter grootte van 1.3 H.A. heeft verkregen, is door ons overwogen of er, alhoewel hieraan in deze gemeente geen dringende behoefte bestaat, aanleiding is, ter bestrij ding van de werkloosheid, bedoeld stuk land door werk- loozen geschikt te doen maken als speelveld ten dienste van volkssportclubs. De bedoeling zou dan zijn dit gedeelte van het terrein alleen voor het meer gereglementeerde spel open te stellen. Om het land tot een bruikbaar speelveld te maken, zullen de navolgende werkzaamheden moeten worden verricht, als ontzoden, vlak maken en bijwerken en opnieuw bezoden, terwijl bovendien op onderlingen afstand van 10 Meter sleuven van geringe diepte gegraven zullen moeten worden, welke gevuld met takkenbossen, puin, enz., het water zijn weg naar de omringende polderslooten zal doen vinden. Een 20-tal werklooze niet-vaklieden zouden gedurende ongeveer 20 weken te werk kunnen worden gesteld onder leiding van een voorman, terwijl een gemeenteopzichter, of zoo deze niet ter beschikking is, een tijdelijke werklooze opzichter, met de hoofdleiding zou kunnen worden belast. De kosten van het in orde maken van bovengenoemd terrein worden geraamd op 15300.waarvan 10500.voor arbeidsloon, i 2000.voor afrastering van het terrein en f 2800.aan materialen. Het Bijk is bereid 40 d. i. 4200.in de kosten der loonen bij te dragen, mits in de eerste plaats werk- loozen, behoorend tot die categorieën, waarvoor het Bijk subsidie in de steunverleening bijdraagt, te werk worden gesteld en een loon van 35 cent per uur, hetwelk in tarief met 25 kan worden verhoogd en derhalve dan 44 cent kan bedragen, wordt betaald. Dit voorstel wijkt derhalve op twee punten af van het advies der Commissie voor Sociale Zaken in haar hierbij gevoegd rapport, nl. de kinderbijslag is overeenkomstig den wensch van den Minister vervallen, terwijl het tariefloon met 5% is verhoogd. De voor rekening van de gemeente blijvende kosten be dragen dus 15300.4200.11100. Nieuwe gelden behoeven hiervoor intusschen niet te worden toegestaan, aangezien het door de gemeente benoodigd netto bedrag kan worden bestreden uit de op de begrooting 1925 beschikbaar gestelde som van 200000.voor steun aan uitgetrokken werkloozen. Uit administratief oogpunt is het echter noodig de begrooting te wijzigen, zooals op den over- gelegden begrootingsstaat, model D, is aangegeven. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien, onder verwijzing naar de ter visie liggende adviezen, in overweging, door vaststelling van dezen begrootingsstaat de vereischte gelden ter beschikking van ons College te stellen, ten behoeve van het in orde maken van het Zuidelijk gedeelte van genoemd Provinciaal terrein als speelveld ten dienste van sportclubs. Indien Uwe Vergadering zich met een en ander kan ver eenigen zal U te zijner tijd een voorstel bereiken omtrent de wijze van uitgifte van het terrein. Aan de provincie is bereids goedkeuring gevraagd, om het land de bovenomschreven bewerking'te doen ondergaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 3 April 1925. Door onzen Voorzitter werd in de Commissie ter tafel gebracht een advies van de Commissie van Fabricage be treffende een voorstel van den Directeur der Gemeente werken in zake aanleg van een speelterrein bij den Hoogen Bijndijk en uitvoering van dit werk bij wijze van werk verschaffing. Het gaat hier om het Zuidelijk deel van het terrein bij de Wilhelminabrug ter grootte van 1.30 H.A., dat men voor speelterrein zou willen inrichten en aan den Ned. Bond voor Lichamelijke Opvoeding zou wenschen te verhuren. Om dit terrein voor het doei geschikt te maken, zullen eenige grondAverken moeten worden verricht. Het voorstel is dan dit werk te doen uitvoeren int eigen beheer met behulp van werklooze niet-vaklieden en daarvoor Bijkssubsidie te vragen. Volgens globale raming zouden 20 arbeiders gedurende 20 weken daarbij te werk gesteld kunnen worden. De kosten worden geraamd op 10.500.arbeidsloon, waarbij dan nog komt 3000. aan materialen en 2000.voor afrastering van het terrein. Het denkbeeld om dit werk bij wijze van Averk\7erschaffing uit te voeren vond bij onze Commissie uit den aard der zaak algeheele instemming. Ook meent de Commissie, dat het aanbeveling verdient hiervoor Bijdssubsidie te vragen. Bij het ATerleenen van subsidie pleegt het Bijk tweeërlei voorwaarde te stellen. Ten eerste moet het werk uitsluitend met het oog op de Averkverschaffing worden aangevat en wel met ongeschoolde krachten uit de groepen arbeiders der gesubsidieerde steunregeling. Aan deze voorwaarde kan Avorden voldaan. In de tweede plaats moet omtrent de uit te betalen loonen overeenstemming met het Bijk zijn verkregen. Het is omtrent het bedrag dier loonen, dat bijzonderlijk ons advies wordt gewenscht. Onze Commissie nu heeft overwogen, dat deze loonen zich behooren te bewegen tusschen twee grenzen. De eene grens is het bedrag, dat thans als steun wordt genoten, de andere grens wordt gevormd door den loonnorm van het vrije bedrijf. Het behoeft toch .geen betoog, dat, wil de werkverschaffing haar karakter van noodmaatregel behouden, de loonen zóó moeten zijn, dat men niet bij de werkverschaffing blijft hangen, doch de aantrekkelijkheid van het gewone Averk onverminderd blijft. Waar nu bij deze werkverschaffing personen uit verschil lende vakken, waarin nog langdurige werkloosheid voorkomt, zullen worden opgenomen, zal het loon iets lager moeten zijn dan dat der laagstbezoldigde groep. In dit verband zouden als uitgangspunt kunnen worden genomen de loonen uit de metaalindustrie. Deze met enkele centen per uur verminderende komt men tot een uurloon bij de werkver schaffing van 35 cent. Dit uurloon zou dan in taakwerk 20% hooger kunnen Avorden, terwijl aan de behoeften van groote gezinnen door een kinderbijslag zou kunnen worden tegemoetgekomen. Deze kinderbijslag zou 1.per kind kunnen bedragen tot een maximum van 3. Wat de tewerkstelling betreft, hiervoor zouden in aan merking moeten komen gehuwde valide personen tusschen 20 en 60 jaar en behoorende tot die groepen van arbeiders, in wier vak nog de meeste werkloosheid heerscht als bijv. sigarenmakers, metaalbewerkers e.d. Uit de Averklooze grond werkers of opperlieden zouden dan eenige voorlieden kunnen worden gekozen, die het geAvone vakloon zouden kunnen verdienen. De Commissie meent, dat op boAanstaanden grondslag- een behoorlijke loonregeling zou zijn verkregen en vertrouwt, dat deze opzet ook het verkrijgen van Bijkssubsidie niet uitsluit. Bij een 48-urige werkweek zou dan dus in de werkver schaffing kunnen worden verdiend: 48 X 35 cent 16.80 vermeerderd met 20 bij taakwerk 20.16 en maximum kinderbijslag 3.zoodat iemand met 3 kinderen dan in taakwerk zou ontvangen 23.16. „Hij beeft bet recht, zich bij de uitoefening van het in het eerste lid genoemde toezicht te doen bijstaan of ver tegenwoordigen door een of meer door hem aan te wijzen personen, die alsdan alle bevoegdheden bezitten, welke het tweede lid den Commissaris toekent":

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1925 | | pagina 4