15
kon worden ondergebracht in eenige gebouwen van het oude
Academisch Ziekenhuis, zoodra het nieuwe ziekenhuis aan
den Rijnsburgerweg in gebruik zou zijn genomen.
Wij verzochten den Directeur der Gemeentewerken ander
maal een plan te ontwerpen en daarbij rekening te houden
met den wensch van den Minister.
Ondanks de meest mogelijke bezuiniging en vereenvoudiging,
kon het nieuwe plan toch niet minder geraamd worden dan
op 135.000.—.
Wij wendden ons daarop opnieuw tot den Minister met de
mededeeling, dat de bouw van het nieuwe ziekenhuis zeer
langzaam vorderde en er zeker met de voltooiing nog 5 a 6
jaren zouden zijn gemoeid. Wij trachtten den Minister te
overtuigen, dat de keuringsdienst onmogelijk nog 5 a 6 jaren
in de tegenwoordige localiteiten kon gevestigd blijven, aan
gezien de huisvesting alles te wenschen overliet en ver
zochten hem daarom aan het vereenvoudigde plan zijne
goedkeuring te hechten.
Zeer tot ons leedwezen ontvingen wij op 30 Mei 1922 het
bericht, dat omtrent dit nieuwe plan geen beslissing kon
worden genomen, omdat nu weder overleg gepleegd werd
met den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
omtrent den eventueelen afstand van een gedeelte van een
der gebouwen van het nieuwe Academisch Ziekenhuis en
dat de beslissing daaromtrent afhing van het te verwachten
rapport van de Bezuinigingsinspectie in zake de lands-
gebouwen.
Intusschen werd ons van betrouwbare zijde medegedeeld,
dat het gebouw van het Militair Hospitaal aan den Morsch-
weg zoo niet geheel, dan toch gedeeltelijk zou worden
ontruimd.
Dit gaf ons aanleiding om te onderzoeken, of dit gebouw
wellicht geschikt zou zijn om er den Districts-Keuringsdienst
in te vestigen. In dat geval toch zouden de kosten aan
merkelijk verminderen.
De Chef van het Hospitaal stond ons zeer welwillend toe
het gebouw voor dat doel door een 2-tal Hoofdambtenaren
te doen bezoeken. De linkervleugel bleek uitermate geschikt
voor de vestiging van den keuringsdienst. Hij bevat een
voldoend aantal localiteiten en een afzonderlijken toegang
aan den zijgevel, zoodat de dienst niet den minsten last be
hoeft te hebben van de bezetting van den rechtervleugel en
deze wederkeerig niet van het personeel van den keurings
dienst.
Bovendien zou slechts een zeer geringe verbouwing be
hoeven plaats te hebben, zoodat de inrichtingskosten be
trekkelijk laag konden zijn.
Wij verzochten nu 6 December 1922 den Minister
met zijn ambtgenoot van Oorlog overleg te plegen omtrent
den afstand van den linkervleugel van het Militair Hospitaal
en de aan dien afstand te verbinden voorwaarden.
Berst op 22 Juni van het volgend jaar ontvingen wij
's Ministers antwoord. Het bevatte het ontmoedigend bericht,
dat het rapport van de Bezuinigingsinspectie de wensche-
lijkheid betoogde van vermindering van het aantal keurings
diensten, waardoor overleg met 's Ministers ambtgenoot van
Financien noodzakelijk werd geacht.
Wij zullen U wel niet behoeven te zeggen, dat wij onmid
dellijk onze bezwaren kenbaar maakten tegen een even-
tueele opheffing van den Leidschen Keuringsdienst en dat,
hoewel ons de mededeeling bereikte dat er op Tiet oogenblïk
nog geen sprake van opheffing van onzen dienst was, wij
daaromtrent toch niet gerust waren.
Intusschen achtten wij het wenschelijk ons rechtstreeks
tot den Minister van Oorlog te wenden, ter verkrijging van
den linkervleugel van het Hospitaal. Ditmaal waren wij
gelukkiger. De Minister schreef ons, dat de linkervleugel
door de militairen was ontruimd, dat hij aan het Depar
tement van Financiën zou worden overgegeven en dat ons
verzoek aan dat departement was doorgezonden.
De zaak was nu voor 1/3 in orde; ons restte nu echter
nog de medewerking van de beide andere departementen.
Opnieuw drongen wij bij den Minister van Arbeid aan op
het nemen van een beslissing en voegden aan ons schrijven
van 19 Februari 1924 toe een plan met kostenberekening
van de inrichting van het Hospitaal tot keuringsdienst. De
kosten werden geraamd op 32000.met- en 25000.
zonder centrale verwarming.
Nadat ook onze Voorzitter deze zaak persoonlijk besproken
had met de beide Ministers en op goedkeuring van het
plan ernstig had aangedrongen, ontvingen wij van beiden
het heugelijke bericht, dat de keuringsdienst gehandhaafd
bleef, dat de linkervleugel van het Hospitaal werd afgestaan
en dat eveneens werd goedgekeurd, dat daarin de keurings
dienst zou worden gevestigd, mits de kosten niet hooger
zouden beloopen dan 25000.
Hoewel deze aangelegenheid nu in hoofdzaak haar beslag
had gekregen, moest nog worden onderhandeld omtrent de
voorwaarden van verhuring.
Deze onderhandelingen hebben op verzoek van den Minister
van Financiën plaats gehad tusschen den Ontvanger van
de Registratie en Domeinen eenerzijds en den Directeur der
Gemeentewerken en dien van den keuringsdienst anderzijds.
Het daaromtrent gepleegd overleg mocht niet tot over
eenstemming leiden. Terwijl de Ontvanger der Registratie
een huurprijs van 2400.'s jaars, benevens het onderhoud
van het buitenverfwerk van het geheele hoofdgebouw, billijk
achtte, meenden onze deskundigen, dat met een som van
1200.kon worden volstaan.
De Minister stelde nu de huursom eveneens op ƒ2400.
doch wenschte die te verminderen met 200.als ver
goeding voor het verrichten van het buitenverfwerk en met
een nader vast te stellen bedrag voor het tijdelijk afstaan
van een 3-tal lokalen aan Prof. Dr. D. A. de Jong.
Aangezien wij met de Commissie van Fabricage van
meening waren, dat een schriftelijke gedachtenwisseling hier
niet zou baten, stelden wij een conferentie voor tusschen
een of meer vertegenwoordigers van 's Ministers departement
en de door ons aan te wijzen vertegenwoordigers.
Ook bij deze conferentie, waaraan de Chef van den Rijks
gebouwendienst, de Ontvanger van de Registratie en een
4-tal Hoofdambtenaren onzer gemeente deelnamen, werd
geen overeenstemming bereikt.
Hoewel van beide zijden toenadering kenbaar was, bleef
het gewenschte resultaat toch uit.
Wij hebben ons thans, behoudens de goedkeuring van
Hwe Vergadering, bij den naderen, eenigszins verminderden
eisch van den Minister van Financiën neergelegd, omdat de
vestiging van den keuringsdienst in het Militair Hospitaal
de voor alle partijen voordeeligste wijze is en vooral, omdat
de keuringsdienst niet langer in het tegenwoordige gebouw
kan gevestigd blijven. Wij zullen hier niet over den meer
dan slechten toestand van de huisvesting van dien dienst
uitweiden, omdat die aan Uwe Vergadering uit de in de
Leeskamer liggende stukken afdoende zal blijken.
De te treffen overeenkomst komt in het kort saamgevat
hier op neer:
De Districts-Keuringsdienst van Waren, wordt gevestigd
in den linkervleugel van het Militair Hospitaal aan den
Morschweg alhier. De daaraan verbonden inrichtingskosten
zullen bij nadere raming bedragen ƒ22000.in welke som
begrepen is een bedrag van ƒ925.voor het overbrengen
van het meubilair van den militairen dienst naar den
rechtervleugel en het treffen van eenige voorzieningen in
dien vleugel.
Deze ƒ22000.worden voor de eene helft door het Rijk
en voor de andere helft door onze gemeente betaald. De
rente van het geheele bedrag komt ten laste van den
keuringsdienst. De eene helft daarvan (d. w. z. de rente
van de door het Rijk betaalde 50 wordt door onze
gemeente terugbetaaldde andere helft (d. w. z. de
rente van de door onze gemeente betaalde 50%) komt
ten laste van alle gemeenten uit den kring.
De huur wordt aangegaan voor den tijd van 20 jaren
en wordt daarna, behoudens opzegging, telkens voor den
tijd van 2 jaren verlengd.
De huurprijs bedraagt 2000.benevens de verplichting
tot onderhoud van het buitenverfwerk van het geheele
hoofdgebouw, geschat op 200.Het bedrag van
ƒ2000.zal echter met ƒ400.'s jaars worden verminderd,
zoolang de drie lokalen van den linkervleugel bij Prof. de Jong
in gebruik zijn. De verdere voorwaarden behoeven geen
toelichting.
De huurprijs komt geheel ten laste van de exploitatie
rekening van den keuringsdienst en wordt voor de eene
helft betaald door het Rijk en voor de andere helft door
alle tot den kring behoorende gemeenten. En aangezien
het aandeel van onze gemeente in de kosten van den
keuringsdienst Vs bedraagt, draagt de gemeente Leiden
derhalve slechts f 300.in de huur bij.
Onder mededeeling, dat de Commissie voor den Genees
kundigen Dienst en den Keuringsdienst van Waren zich
met de te sluiten overeenkomst geheel kan vereenigen, geven
wij Uwe Vergadering alsnu in overweging:
a. met den Staat der Nederlanden een overeenkomst aan
te gaan betreffende de huur van den linkervleugel van het
Militair Hospitaal aan den Morschweg alhier, teneinde daarin
den Districts-Keuringsdienst van Waren te vestigen, voor-
loopig voor den tijd van 20 jaren en tegen een huursom
van 2000.'s jaars, verminderd met 400.zoolang de
3 lokalen van dien vleugel bij Prof. Dr. D. A. de Jong in
gebruik blijven, benevens de verplichting tot onderhoud van
het buitenverfwerk van het geheele hoofdgebouw en voorts
onder de in de Leeskamer ter visie liggende voorwaarden;
b. door vaststelling van den hierbij overgelegden begroo-
tingsstaat, dienst 1925, een bedrag van 22000.beschik
baar te stellen ten behoeve van de kosten van inrichting
van den Districts-Keuringdienst van Waren in het sub a