304 DINSDAG 2 DECEMBER 1924. geval is met eenige andere categorie van gemeentepersoneel. En toch is de arbeidstijd van de agenten relatief zooveel grooter dan die van het overige personeel. Spreker heeft zich een voorloopige meening op dit stuk gevormd. Hij zal pas na het betoog van den Voorzitter, welke uitermate deskundig is in deze zaak, zijn meening vestigen, daar hij de quaestie van beide kanten wil bezien. Dat hem dit ten kwade wordt geduid, is een bewijs van eenzijdigheid. De heer Zuidema meent, dat het voorstel van den heer Kooistra, zelfs als het wordt aangenomen, niet de minste beteekenis zal hebben, daar de Raad geen beslissingsrecht heeft. Hoogstens kan de Raad de aandacht van den Voorzitter vestigen op toestanden, die naar het oordeel van den Raad verkeerd zijn. Er isgesproken over het optreden der politie, maar spreker meent, dat degenen, die de arbeiders op straat sturen en onrustig maken, de meeste schuld hebben aan het »slaan op de ruggen van de arbeiders". Wat nu den diensttijd betreft, spreker geeft toe, dat de rusttijden van de 9 uren dienst afgaan, maar dit neemt niet weg, dat de agenten dan toch in dienstverband en verant woordelijk zijn. Wel is volgens de rapporten het aantal pro cessen-verbaal gering en dus ook het aantal te bewaken arrestanten. Spreker acht den voorgestelden arbeidstijd op zichzelf niet te lang. Maar de taak van de politie is niet zooveel gemakkelijker dan van het overige gemeentepersoneel, dat daardoor een langere arbeidsduur van 54 uren "gewettigd schijnt. Men zou dus óf een uniformen arbeidsduur van 54 uren moeten instellen, of, wanneer dit met het oog op de tegenwoordige omstandigheden ongewenscht is, nagaan, of er bijzondere redenen zijn om de politie langer te laten werken. Spreker hoopt, dat van deze regeling niet het gevolg zal zijn, dat de agenten meer dienst op Zondag moeten doen; spreker sluit zich bij den beer Wilmer aan en verzoekt den Voorzitter om nadere inlichtingen en om, indien dit mogelijk is, aan de wenschen van het personeel in zake de Zondags rust te voldoen. De Voorzitter zegt, dat het amendement van den heer Kooistra hem eenigszins bevreemdt, aangezien, zooals men van andere zijde reeds heeft opgemerkt, eventueele verhooging van dit volgnummer geen en'kel effect zal sorteeren. De Gemeentewet toch bepaalt uitdrukkelijk, dat de vaststelling van de ambtsinstructie voor de politie, waarbij ook uit den aard der zaak haar diensttijd behoort, uitsluitend tot de competentie van den Burgemeester behoort. Deze bevoegdheid van den Burgemeester is onlangs ook nadrukkelijk erkend door een partijgenoot van den heer Kooistra, Mr. Mendels, indertijd bij het bekende strafproces, door een inspecteur van politie te Gouda aanhangig gemaakt tegen een socialistisch gemeenteraadslid. Al kan spreker dus den diensttijd der politie geheel zelf standig regelen en al zou hij formeel volkomen bevoegd zijn tot, den Raad te zeggenge hebt met deze kwestie niets te maken, tegenover den Raad en ook tegenover de buitenwereld wil hij niet bekend staan als iemand, die van het onder hem staand politie-personeel een overmatigen dienst zou vergen. Het verloop van de zaak is aldus. 'Toen indertijd de 8-urige werkdag werd ingevoerd voor het gemeentepersoneel, heeft de politie gekregen den 872-urigen werkdag, en dat verschil wordt hierdoor verooraaakt dat er bij het aflossen een halfuurtje wandelen naar en van de posten bij komt. Men kan dit ten hoogste dienstverband noemen. Volgens spreker kan men dit niet met arbeid in den eigenlijken zin des woords gelijkstellen. Dus feitelijk bestond voor de politie de 48-urige werkweek, waarbij kwam 6 maal een half uur wandelen naar en van de posten. Nu is voor iederen gemeente-werkman de diensttijd ver lengd met 3 uren per week en het ligt daarom voor de hand, dat ook voor de politie zulks geschiedt, te meer omdat de politie in de rusturen gewoonlijk zeer weinig te doen heeft. Men kan gerust zeggen, dat de gemiddelde dienst van 9 uren daags, waarop de nieuwe regeling zal neerkomen, door de rusturen beperkt wordt tot 6 a 7 uur; als men aanneemt, dat van de 2 a 3 rusturen er 1 uur inderdaad dienst wordt verricht, dan wordt de eigenlijke diensttijd teruggebracht tot 7 a 8 uur. De dienst aan de posthuizen is feitelijk geen dienst en men kan dus eigenlijk zeggen, dat de politie krijgt een 9-urig dienst verband per dag, wat heel wat anders is dan een 9 urige dienst. Wanneer men zegt, dat de politie is in continu-dienst, waarmede hun dienst nog het beste is te vergelijken, dan wil spreker erop wijzen, dat pas onlangs in de Arbeidswet voor continu-arbeid is vastgesteld een gemiddelde werkweek van ten hoogste 56 uren, met dien verstande, dat in drie achter eenvolgende weken niet langer arbeid mag worden verricht dan 168 uren en per week niet langer dan 62 uren. Volgens de nieuwe regeling zal dus het dienstverband van de politie, de rusturen buiten beschouwing gelaten, nog 2 uren minder bedragen dan de wettelijk vastgestelde gemiddelde arbeidstijd voor werklieden in het continu-bedrijf. Spreker moet afwijzen de uitlating van den heer Kooistra, dat de politie hier op de ruggen der arbeiders zou slaan. Daarvan is in het geheel geen sprake. De politie treedt slechts dan op tegen de arbeiders, wanneer dit ter handhaving van de openbare orde volstrekt noodzakelijk is. Maar men kan hebben twee soorten van arbeiders: arbeiders, die werken, en arbeiders, die het niet willen, en wanneer werkwilligen dan beschermd moesten worden, treedt de politie op tot hand having van de openbare orde en beteekent dit geenszins: »slaan op de ruggen van de arbeiders". Waar wachtdiensten worden verricht, moet 55 uren ge werkt worden; de arbeidstijd van het overig gemeentepersoneel is reeds met drie uren verlengd, dus is het geenszins onbillijk, dat ook de politie per dag 3 uur langer werkt. De nieuwe dienstregeling komt op het volgende neer: Het personeel blijft ingedeeld in 3 groepen, elk bestaande uit 4 ploegen. De morgendienstgroep doet 8J uur dienst, met inbegrip van de rusttijden, van 7 uur 's morgens tot 3.30 uur 's middags. De iniddagdienstgroep doet dienst van 3 uur tot 10.30 uur. Het groote bezwaar hierbij is, dat die groep op 3 dagen ook des morgens drie uren dienst moet doen, hetzij van 71/* tot 10^4 of van 10V4 tot X1/^ zoodat zij in die week gemiddeld 9 uur per dag dienst heelt en wel drie dagen van uur en drie dagen van 10£ uur. De nachtdienstgroep doet een week nachtdienst vau 's avonds 10 uur tot 's morgens 7J uur, dus 9| uur. In de morgendienstgroep heeft ieder een werkdag en den daarin vallenden Zondag ook vrij, zoodat de agenten in die week ieder twee vrije dagen hebben. Een der vier ploegen is-op Zaterdag vrij, zoodat de agenten van deze ploeg vrij zijn van Vrijdagmiddag half vier tot Maandagavond 10 uur, op welk uur voor hen de nachtdienst- week begint. Deze groep heeft 2 of 3 rusturen, evenals de middagdienstgroep, terwijl de nachtdienstgroep 3 rusturen heeft. In die rusturen moeten eventueele processen-verbaal worden geschreven en, als het eens noodig is, assistentie worden verleend. Zoowel het een als het ander komt niet geregeld voor, zoodat gerust kan worden aangenomen, dat 2/3 van die rusturen geheel gerust wordt. Resumeerende is dus de diensttijd als volgt geregeld: Eerste groep (morgendienst groep) 8J uur; Tweede groep (middagdienstgroep) of 10£ uur, of ge middeld 9 uur; Derde groep (nachtdienstgroep) 9£ uur. De gemiddelde arbeidsduur bedraagt derhalve 9 uur per dag of 54 uur per week, daar in 3 weken één vrije Zondag en twee vrije weekdagen worden genoten. Daar de dienst voor eiken agent zich herhaalt in 84 dagen, heeft hij in die 84 dagen 12 malen een dag, waarop hij zoo wel 's morgens als 's middags dienst doet, zoodat zich dit gemiddeld één keer in de 7 dagen herhaalt. Van afschaffing van het drieploegenstelsel kan dan ook niet gesproken wor den bij deze regeling. Spreker apprecieert zeker den arbeid der agenten; die waardeering moet uitgedrukt worden in het traktement en dat is hier inderdaad het geval. Mocht er ooit een tijd komen, dat men moet overgaan tot verlaging van de loonen van het gemeentepersoneel, dan zal het politie-personeel in de laatste plaats aan de beurt moeten komen. De nieuwe werktijd is niet overdreven. Het dienstverband is toch niet geheel werktijd; hoeveel menschen zouden dan niet hebben een werktijd van 16 uren? Men moet rekening houden met den werkelijken arbeid, die gepraesteerd wordt. Spreker heeft zich jegens de gemeente en de ingezetenen yerplicht. geacht om, toen de Raad den werktijd van de overige gemeente-ambtenaren met 3 uren verlengde, zulks ook te doen voor de politie. Men moge zich nu daartegen op den Raad beroepen, spreker beroept zich op de burgerij van Leiden. Spreker zou zeer ongaarne tegen den wensch van den Raad ingaan, maar acht het zijn plicht om, wanneer dit bedrag op de begrooting werd gebracht, dit niet uit te geven, hoewel hem dit uit deferentie voor den Raad zeer zou spijten. Spreker is zich bewust, dat de salarissen van de politie pas het laatst voor vermindering in aanmerking komen, maar acht een dienstverband van gemiddeld 9 uren per dag niet te lang. De heer Kooistra zegt, dat het geen verschil maakt, of verhooging van dezen post wordt voorgesteld of niet, daar de Voorzitter er zich niet aan behoeft te houden. Sprekers bedoeling was den Raad zich te doen uitspreken tegen invoering van de 54-urige werkweek. I Spreker heeft den heer Wilmer niet begrepen. De politie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1924 | | pagina 12