MAANDAG 10 NOVEMBER 1924. 265 van kosten over te gaan tot een goedkoope wegverharding. Op den duur zal men toch tot een andere moeten besluiten. Dan heelt men dubbele kosten, afgezien nog van het dure onderhoud. Spreker ziet veel gevaar in de vluchtheuvels. Zij kunnen evenwel niet achterwege blijven, omdat anders het gevaar bij het in- en uitstappen te groot wordt. Spreker is niet af- keerig van een trambaan aan den zijkant van den weg, maar zou, aangezien daarop geen uitzicht bestaat, daar de verkeers- technici van een andere meening zijn, er op willen aandringen, dat de kopeinden van de vluchtheuvels veel scherper worden kenbaar gemaakt door een verhooging dan gewoonlijk het geval is. Zooals zij voorgesteld zijn, leveren zij gevaar op zoowel voor de voertuigen als voor de personen, die er op plaats nemen, daar de menschen zenuwachtig worden door het verkeer aan weerszijden, op een vluchtheuvel van 0.75 M., hetgeen te smal is. Spreker weet niet, of de Gemeenteraad nog zeggenschap heeft over de 2 Meter grond, welke Endegeest moet afstaan voor de wegverbreeding in Oegstgeest. Hij meent van wel. Op die strook staan juist zeer mooie boomen, een rij prachtige eikenboomen en een taxishaag. Die zouden te sparen zijn, indien de aanleg met omzichtigheid gebeurde. Spreker vraagt of daarover ook eenige bespreking is gevoerd. De heer Groeneveld zegt, naar aanleiding van de om standigheid, dat volgens dit voorstel de tramwegmaatschappij 23000.subsidie zal geven, maar de gemeente daartegen over het onderhoud van de bestrating tusschen en bij de tramrails op zich zal nemen, dat daardoor vooreerst wordt afgeweken van een goed principe en dat het in de tweede plaats de vraag is ot de gemeente niet duur uit zal zijn. Spreker vraagt, of de Wethouder in deze transactie een voor deel ziet. Oppervlakkig beschouwd, zou spreker meenen, dat de gemeente beter die ƒ23000.— zou kunnen loslaten dan dat onderhoud op zich nemen. De heer Mulder zegt, dat de mogelijkheid om de trambaan aan den kant van den weg te leggen vrij wel uitgesloten is, omdat de zaak dan in een geheel nieuw stadium zou komen. Bovendien betwijfelt spreker sterk, of die oplossing de voor keur zou verdienen boven de voorgestelde, waarbij de rails in het midden van den weg komen te liggen. Het verkeer kan nu altijd rechts worden geleid en een weg van minstens 372 M. is breed genoeg voor verkeer met auto's en andere voertuigen, terwijl er dan voor de voetgangers nog ruimte genoeg over blijft. Wat de vluchtheuvels betreft, volgens sommige heeren zijn die te smal geprojecteerd, maar spreker betwijfelt of dat juist is. De vluchtheuvels op het Spui in den Haag zijn, naar hij meent, slechts 60 c.M. breed of wellicht nog smaller. Eigenlijk is dit een kwestie van uitvoering. Dezer dagen werd er ernstig op aangedrongen geen vluchtheuvels aan te brengen, omdat die groot gevaar voor het auto-verkeer en voor voet gangers kunnen opleveren, o.a. bij zware mist of bij donker weer, wanneer de chauffeurs die dingen niet kunnen zien en gevaar loopen er overheen te rijden en daardoor ongelukken te veroorzaken, zooals elders reeds is gebeurd. Buiten is dat gevaar nog grooter dan in de stad, omdat het er donkerder is en de mist er nog zwaarder neervalt. Wat aangaat de demping van de sloot tusschen het nieuwe Ziekenhuis en de Poelbrug, deze valt buiten dit plan en zal apart onder de oogen moeten worden gezien. Het valt niet te ontkennen, dat het een voortzetting geldt van de ver breeding, welke zal worden aangebracht. De Voorzitter zegt, dat door de heeren Huurman, Zuidema en Spendel het volgende voorstel is ingediend: «Ondergeteekenden hebben de eer den Raad voor te stellen Burgemeester en Wethouders te verzoeken plan en kosten berekening te willen doen opmaken voor verbreeding van den Rijnsburgerweg vanaf de Poelbrug tot aan het Station, en tevens mede te deelen op welke bijdragen van de Tramweg- Maatschappij en van anderen zou kunnen worden gerekend." Voorgesteld door drie leden, maakt dit voorstel een onder werp van beraadslaging uit. De heer Mulder kan verklaren, dat Burgemeester en Wet houders bereid zijn om daaromtrent een zeer ernstig praead- vies uit te brengen. Ook Burgemeester en Wethouders vinden de subsidie, welke de Tramwegmaatschappij heeft toegezegd, niet hoog, maar als men daarin verandering zou willen gebracht zien, dan zou men weder van voren af aan moeten gaan onder handelen, met het vrij zekere vooruitzicht, dat het toch geen resultaat zou opleveren, want in het wezen der zaak kan het de Maatschappij heel weinig schelen, wat er geschiedt. Zij blijft in elk geval van Noordwijk en Katwijk via Leiden rijden naar Scheveningen en omgekeerd. Dan is er gevraagd, of het wel voordeeliger is, dat de gemeente subsidie krijgt doch daartegenover op zich neemt het onderhoud van de bestrating, in plaats dat er geen subsidie verleend wordt door de Tramwegmaatschappij doch deze dat onderhoud op zich neemt. Daarin ligt veel waars, maar ook hier staat de gemeente machteloos. Het is echter te verwachten, dat de bestrating tusschen de rails op dezen weg niet zoo veel zal lijden als binnen Leiden, waar de vrachtauto's bij voorkeur langs de rails rijden. Dit zal veel minder plaats hebben op een weg, waar het verkeer rechts gehouden wordt. De Maatschappij zal op dit stuk wel geen genoegen nemen met een wijziging der bepalingen. Wat betreft de wegbedekking, Gedeputeerde Staten hadden eerst in hunne voorwaarden opgenomen, dat er zou komen een z.g. bitumineuze wegbedekking, maar daarop zijn ze spoedig teruggekomen, met het oog op de zeer groote kosten daarvan, waarbij dan nog zouden komen de ontzaglijke kosten van het verleggen der rioleering en van allerlei leidingen onder den grond. Het is verder de bedoeling om, zonder dat daarmede vele kosten gemoeid zijn, geleidelijk de tuintjes, waarvan de heer van Eek sprak, te verhoogen in het belang van de water- keering. De quaestie van de aansluiting van de huizen daar ter plaatse aan de rioleering hebben Burgemeester en Wethouders ernstig onder de oogen gezien, maar zij meenen, dat het niet aangaat om voor alle woningen, die daar staan aan de te dempen sloot, dergelijke aansluiting voor te schrijven. De riolen zijn alle naar den anderen kant gelegd en zij zouden dus naarvoren moeten worden gebracht, met het gevolg dat al die gronden en al die vloeren opengebroken zouden moeten worden en alles zou worden kapot gemaakt. Wat een ellende zou dat niet meebrengen voor die bewoners! Er komt bij, dat het niet noodzakelijk is, want de rioleering ligt aan den achterkant en op den duur zal wel een aanslui ting verkregen kunnen worden aan de riolen in de nieuwe straten en zoo een goede weg naar de gemeente te vinden zijn. Aan den heer Knuttel, die de eikenboomen langs den weg nabij Endegeest zoo mooi vindt, antwoordt spreker, dat die boomen wel mooi zijn, maar zoo oud, dat het bestuur van Endegeest er wel toe zal moeten komen er nu en dan een op te ruimen, wat geen groot verlies zal zijn. Het zijn er een zes- of achttal. De heer van Hamel heeft met schrik vernomen, dat de Wethouder Mulder er over denkt geen vluchtheuvels aan te brengen. Als dat definitief mocht zijn, zal spreker tegen dit voorstel stemmen, want hij zou ernstig beducht zijn, indien de voetgangers bij duisternis of zelfs overdag, midden op den weg moesten staan wachten op een tram, terwijl er fietsen en automobielen voorbijkwamen, er dan niet veilig konden in- en uitstappen. De vluchtheuvels zijn in dit plan een noodzakelijk kwaad. Spreker zou gaarne zien, dat ze wat breeder en wat hooger werden gemaakt dan zij in het plan van Burgemeester en Wethouders zijn ontworpen. Eene ver gelijking te dien aanzien met b.v. den Haag (Spui) gaat niet op, omdat men daar heeft locaal verkeer met stopplaats en dus veel minder vaart dan bij de interlocale trams: Scheve ningen—Katwijk vice-versa. Mevrouw van Itallievan Embden is ook geschrikt door de mededeelirig van den Wethouder over de vluchtheuvels. De Wethouder voegt spreekster toe niet gezegd te hebben, dat zij er niet komen, maar hij heeft toch medegedeeld tegen het aanbrengen van vluchtheuvels te zijn gewaarschuwd. Spreker zou gaarne zien, dat zij werden behouden, want in den Haag op het Spui zijn zij, al zijn zij slechts 60 c.M. breed, een genot. Ook in Londen en Parijs doen zij uit stekende diensten bij het drukke verkeer, hetgeen hieraan is toe te schrijven, dat voor hen, die willen oversteken, de straat er smaller door lijkt. De Voorzitter acht de opmerking van mevrouw van Itallie juist, maar meent toch, dat men niet met dergelijke opmerkingen moet komen omtrent onderdeelen. Burgemeester en Wethouders zijn gekomen met een plan, dat in het algemeen iedereen voldoet, en nu zullen er allicht kleinigheden zijn, die de een of ander anders zou wenschen, maar als men daarop ingaat, dan loopt men groot gevaar, dat er van het geheele plan niets komt. Dergelijke vluchtheuveltjes behoeven niet zoo breed te zijn, gelijk gebleken is op het Spui in den Haag. Als een vlucht heuvel goed verlicht is, dan levert hij geen gevaar op. De heer Dubbeldeman meent, dat de quaestie van het onderhoud der bestrating tusschen de rails nog nader onder de oogen gezien moet worden. Wat verstaat de Wethouder onder onderhoud? Zal de gemeente ook de klinkers moeten verstraten, als de Tram-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1924 | | pagina 9