27
de sub b en c bedoelde bestuurders en hoofdbestuurders,
tenzij zij met-eervol uit eenige openbare betrekking zijn
ontslagen.
Zij, die als vertegenwoordiger of plaatsvervangend ver
tegenwoordiger eener vereeniging zijn aangewezen, houden
op dit te zijn:
a. zoodra zij het lidmaatschap dier vereeniging verliezen;
b. zoodra Burgemeester en Wethouders aan het bestuur
dier vereeniging schriftelijk te kennen hebben gegeven, dat
een verdere samenwerking met betrokkene onmogelijk is;
c. voor zoover ambtenaren/werklieden in vasten dienst
der gemeente Leiden betreft, zoodra zij dien vasten dienst
verlaten, tenzij zij in hunne hoedanigheid van bestuurders
of hoofdbestuurders zijn, of alsnog worden aangewezen;
d. voorzooverre bestuurders en hoofdbestuurders betreft,
zoodra zij niet-eervol uit eenige openbare betrekking worden
ontslagen.
Art. 6.
De vereenigingen deelen aan Burgemeester en Wethou
ders de namen en adressen van haar vertegenwoordigers en
plaatsvervangers mede.
Art. 7.
De in artikel 1 genoemde commissiën vergaderen op door
den Voorzitter te bepalen tijdstippen.
Vijf leden kunnen tezamen een schriftelijk, met redenen
omkleed, verzoek tot den Voorzitter richten, om eene ver
gadering te beleggen. Deze is dan gehouden eene vergade
ring uit te schrijven binnen veertien dagen nadat hem dit
verzoek heeft bereikt.
Het in de vergadering eener commissie besprokene mag
zonder toestemming van den Voorzitter niet openbaar worden
gemaakt.
Art. 8.
In de vergaderingen der in artikel 1 bedoelde commissiën
nemen zitting de Hoofden van takken van dienst, die daartoe
door den Voorzitter worden uitgenoodigd. Zij kunnen aan
de gedachtenwisseling deelnemen en hebben een raad
gevende stem.
Art. 9.
De leden van den Gemeenteraad, bedoeld in artikel 2
sub 3°. worden alleen voor eene vergadering der Algemeene
Ambtenaren/Werklieden Commissie opgeroepen, en nemen
alleen aan de beraadslaging en stemming deel, wanneer
zaken worden behandeld, welke ter beslissing staan van
den Gemeenteraad.
Art. 10.
In de gevallen, waarin de leden van den Gemeenteraad
aan de beraadslaging en stemming in de algemeene com
missiën deelnemen, wordt één stem uitgebracht door de
raadsleden met den Wethouder-Voorzitter gezamenlijk en
één door de vertegenwoordigers der vereenigingen geza
menlijk.
Elke in het eerste lid bedoelde stem wordt bepaald door
volstrekte meerderheid van stemmen. Staken de stemmen
bij de bepaling van de stem door de raadsleden en den
Wethouder-Voorzitter gezamenlijk uit te brengen, dan be
slist de stem van den Voorzitter.
In het aan Burgemeester en Wethouders uit te brengen
advies wordt vermeld de uitslag der stemmingen, voor het
bepalen van elke stem vereischt.
Art. 11.
Bij behandeling van onderwerpen, welke de belangen van
het gemeente-personeel in zijn geheel betreffen, kan de
Voorzitter eene gemeenschappelijke'vergadering van de beide
in artikel 1 bedoelde commissiën houden.
Art. 12.
Elk der in artikel 1 genoemde commissiën alsmede de
in artikel 11 bedoelde gemeenschappelijke vergadering kan,
indien zij dit wenschelijk acht, ter voorbereiding van in
hare vergaderingen te behandelen onderwerpen, eene sub
commissie instellen, bestaande uit een door haar te bepalen
aantal leden.
De Voorzitter en de Secretaris van de algemeene com
missiën of van de in het eerste lid bedoelde gemeenschap
pelijke vergadering treden tevens als Voorzitter en Secretaris
van de sub-commissie op.
Art. 13.
Burgemeester en Wethouders stellen een reglement van
orde voor de vergaderingen der Algemeene Ambtenaren/
Werklieden Commissie vast.
tenzij zij niet-eervol uit eenige openbare betrekking zijn
ontslagen.
Zij, die als vertegenwoordiger of plaatsvervangend verte
genwoordiger eener vereeniging zijn aangewezen, houden op
dit te zijn:
a. zoodra zij het lidmaatschap dier vereeniging verliezen
b. zoodra Burgemeester en Wethouders aan het bestuur
dier vereeniging schriftelijk te kennen hebben gegeven, dat
een verdere samenwerking met betrokkene onmogelijk is;
c. voor zoover ambtenaren/werklieden in vasten dienst
der gemeente Leiden betreft, zoodra zij dien vasten dienst
verlaten, tenzij zij in hunne hoedanigheid van bestuurders
of hoofdbestuurders zijn, of alsnog worden aangewezen;
d. voorzooverre bestuurders en hoofdbestuurders betreft,
zoodra zij niet-eervol uit eenige openbare betrekking wor
den ontslagen.
Art. 6.
De vereenigingen deelen aan Burgemeester en Wethouders
de namen en adressen van haar vertegenwoordigers en
plaatsvervangers mede.
Art. 7.
De in artikel 1 genoemde commissiën vergaderen op door
den Voorzitter te bepalen tijdstippen.
Vijf leden kunnen tezamen een schriftelijk, met redenen
omkleed, verzoek tot den Voorzitter richten, om eene ver
gadering te beleggen. Deze is dan gehouden eene vergadering
uit te schrijven binnen veertien dagen nadat hem dit ver
zoek heeft bereikt.
Het in de vergadering eener commissie besprokene mag
zonder toestemming van den Voorzitter niet openbaar wor
den gemaakt.
Art. 8.
In de vergaderingen der in artikel 1 bedoelde commissiën
nemen zitting de Hoofden van takken van dienst, die
daartoe door den Voorzitter worden uitgenoodigd. Zij kun
nen aan de gedachtenwisseling deelnemen en hebben een
raadgevende stem.
Art. 9.
Bij stemmingen over uit te brengen adviezen wordt één
stem uitgebracht door de raadsleden met den Wethouder-
Voorzitter gezamenlijk en één door de vertegenwoordigers
der vereenigingen gezamenlijk.
Elke in het eerste lid bedoelde stem wordt bepaald door
volstrekte meerderheid van stemmen. Staken de stemmen bij
de bepaling van de stem door de raadsleden en den Wet
houder-Voorzitter gezamenlijk uit te brengen, dan beslist de
de stem van den Voorzitter.
In het aan Burgemeester en Wethouders uit te brengen
advies wordt vermeld de uitslag der stemmingen, voor het
bepalen van elke stem vereischt, alsmede het aantal leden
in gemeentedienst, hetwelk door de stemmen van elke ver
eeniging wordt vertegenwoordigd.
Art. 10.
Bij behandeling van onderwerpen, welke de belangen van
het gemeente-personeel in zijn geheel betreffen, kan de
Voorzitter eene gemeenschappelijke vergadering van de beide
in artikel 1 bedoelde commissiën houden.
Art. 11.
Elk der in artikel 1 genoemde commissiën alsmede de
in artikel 10 bedoelde gemeenschappelijke vergadering kan,
indien zij dit wenschelijk acht, ter voorbereiding van in
hare vergaderingen te behandelen onderwerpen, eene sub
commissie instellen, bestaande uit een door haar te bepalen
aantal leden.
De Voorzitter en de Secretaris van de algemeene com
missiën of van de in het eerste lid bedoelde gemeenschappelijke
vergadering treden tevens als Voorzitter en Secretaris van
de sub-commissie op.
Art. 12.
Burgemeester en Wethouders stellen een reglement van
orde voor de vergaderingen der Algemeene Ambtenaren/
Werklieden Commissie vast, deze commissiën gehoord.