236
MAANDAG 26 NOVEMBER 1923.
voetgangers en de wielrijders mogen als gunst hier en daar
ook eens rijden. Dat is een ouderwetsch standpunt. Rijwielen
zijn geworden noodzakelijke vervoermiddelen, welke niet meer
gemist kunnen worden.
Op bepaalde punten, waar het zeer dringend is, moet een
weg afgesloten worden, maar de noodzakelijkheid daarvan
ziet spreker niet in wat de Vischmarkt betreft. Nooit is ge
bleken, dat rijwielen hinderlijk zijn en ongelukken veroorzaken.
Auto's worden echter niet van de Vischmarkt geweerd, en
die leveren toch het grootste gevaar op.
In de toelichting van Burgemeester en Wethouders staat,
dat auto's zich met zeer beperkte snelheid over het markt
terrein dienen te bewegen. De maximum-snelheid is voor de
binnenstad gesteld op 15 K.M. per uur, maar spreker heeft
nog nooit een auto met dergelijke langzaamheid over de straat
zien gaan! In den regel rijden zij met minstens 30 K.M. per
uur door de stad. In elk geval mag een auto daar met een
snelheid van 15 K.M. per uur rijden en dat is een snelheid,
die door een fiets zelden wordt bereikt. Er komt bij, dat een
fietsrijder in zijn eigen belang voorzichtig moet wezen, omdat
hij, een ander aanrijdende, er zelf meestal slecht afkomt,
terwijl een chauffeur, die een auto bestuurt, dat gevaar voor
zijn eigen persoon niet loopt.
Verder staat het vast, dat er veel meer auto-ongelukken
dan fietsongelukken gebeuren, terwijl toch het rij wiel verkeer
veel en veel grooter is dan het autoverkeer.
Spreker ziet geen enkele reden om het verkeer met fietsen
op de Vischmarkt te verbieden. Dat geldt in mindere mate
voor de Nieuwe Rijn, die veel smaller is, maar spreker doet
toch opmerken, dat het verkeer daar vóór twee uur, wanneer
die beurtschippers er liggen en vele karren er komen om de
goederen te brengen en te halen, veel drukker is dan tusschen
2 en 10 uur.
De heer Eerdmans acht eveneens deze beperking van het
verkeer niet noodig. Meermalen bezocht hij de weekmarkt
's morgens en 's middags en daarbij heeft bij kunnen consta-
teeren, dat vele wielrijders uit zich zelf afstappen en met de
fiets aan de hand gaan loopen, terwijl hij nimmer heeft ge
zien, dat motorfietsen gevaar opleverden. Bovendien begrijpt
spreker niet, dat meD, als men dergelijke voorschriften in
het leven roept, de Bloemmarkt, waar dezelfde toestand
bestaat, daarvan uitsluit.
Spreker acht deze vrijheidsbeperking overdreven en, waar
er kosten zouden moeten worden gemaakt voor het aan
brengen van borden, zal hij zijn stem aan dit voorstel niet
geven.
De verdere behandeling van dit punt wordt thans aange
houden tot na het comité-generaal over het voorstel in zake
het maken van een centrale rioleering.
De Voorzitter doet alsnu de deuren sluiten.
Na eenigen tijd wordt de openbare vergadering hervat en
door den Voorzitter geschorst tot des avonds 8V« uur.
Voortzetting van de geschorste openbare vergadering
des avonds te uur.
Ook thans zijn de heeren Dubbeldeman en van Eek afwezig.
Voortgezet wordt de behandeling van punt 16 der agenda.
De algemeene beschouwingen worden hervat.
De heer Heemskerk verklaart zich te kunnen vereenigen
met het voorstel van Burgemeester en Wethouders om de
daarin genoemde straten op de aangegeven uren voor het
rij wiel verkeer te sluiten. Spreker heeft zich zelfs de vraag
gesteld, of Burgemeester en Wethouders niet nog verder
hadden moeten gaan en de Vischbrug ook op andere dagen
voor het lijwielverkeer sluiten. Daar moeten vandaag of morgen
ongelukken gebeuren.
Spreker is het niet eens met hen, die zeggen dat fietsrijders
wel voor ongelukken zullen oppassen, omdat zij zelf in den
regel daarvan de dupe zijn. Een kalme en voorzichtige fiets
rijder zal over het algemeen geen ongelukken veroorzaken,
maar vooral met het afrijden van een brug als de Vischbrug
heeft men dikwijls te maken met hen, die meenen zich op
de fiets alles te kunnen veroorloven en zoodoende gevaar
opleveren voor de voetgangers.
De afsluiting, welke Burgemeester en Wethouders voor
stellen is zeer noodig, omdat daar groot gevaar bestaat voor
botsingen tusschen wielrijders en voetgangers. Op de markt
beweegt het publiek zich zigzagsgewijs over de straat.
Nu wordt er aanmerking op gemaakt, dat die straten niet
voor auto's worden afgesloten, maar het wandelend publiek
ziet over het algemeen nauwlettend toe op auto's en er is
minder kans dat het publiek op dergelijke drukke punten
door auto's wordt aangereden dan door rijwielen.
Spreker zal dus voor het voorstel van Burgemeester en
Wethouders stemmen.
De heer Wilbrink kan zich met het betoog van den heer
Groeneveld vereenigen. Ook hij heeft vaak gemerkt, dat des
morgens tusschen 10 en 12 uur de Vischmarkt voor fiets
rijders goed te berijden is -en, wat betreft het gedeelte van
den Nieuwen Bijn tusschen Korenbeursbrug en Karnemelks-
brug, het daar tusschen des avonds 7 en 10 uur wel druk is,
maar verder de drukte van 's morgens 10 tot 's middags 1
uur grooter is dan juist van 2 uur tot 7 uur. Spreker zal dus
tegen dit voorstel stemmen.
De Voorzitter wijst er op, dat het publiek nog weinig
idee heeft van den stroom van auto's, wagens, rijwielen en
motorfietsen in een stad als deze. Een auto moet door de
drukte langzaam rijden, maar een rijwiel en een motorfiets
niet. In het buitenland, bijvoorbeeld in Londen, ziet men wel
auto's in de straten, geen fietsen. Een auto en een wagen
kan men niet onder den arm nemen, maar een fiets en een
motorfiets kan men aan de hand houden. De voorgestelde
regeling is dan ook rationeel, gezien de wijze, waarop het
verkeer ook in andere plaatsen is geregeld. Zooals spreker
opmerkte, wil de heer Gulden te Amsterdam het verkeer met
fietsen in de binnenstad overdag geheel verbieden.
De Commissie voor de Strafverordeningen is in dezen ge
adviseerd door den Commissaris van Politie en door den
Directeur van den Markt- en Havendienst, die tot oordeelen
bevoegd zijn.
Spreker wijst er ten slotte op, dat het beter is in het voor
gesteld eenig artikel in den derden regel de kommapunt achter
«Nieuwen Rijn" te schappen en dan te lezen: «Nieuwen Rijn
en Karnemelksbrug."
De heer Eerdmans zegt geen antwoord te hebben ontvan
gen op zijn vraag, waarom de Bloemmarkt is uitgesloten.
De Voorzitter antwoordt, dat voor de toepassing van dezen
maatregel op de Bloemmarkt naar het oordeel van den
Commissaris van Politie en van den Directeur van den Markt
en Havendienst geen termen zijn.
De heer Groeneveld doet opmerken, dat de heer Heems
kerk, die het afrijden van de Vischbrug met fietsen wil ver
bieden, omdat daar te eeniger tijd ongelukken zullen moeten
gebeuren, praat alsof van die brug maar zelden een fietsrijder
is afgereden. Honderdduizenden hebben dat reeds gedaan en
er is, voor zoover spreker weet, door een fiets nimmer een
ongeluk veroorzaakt; wel is er meermalen een wagen of
rijtuig in de ruiten gereden bij de firma Vroom Dreesmann.
Dan zou de heer Heemskerk er in de eerste plaats op
moeten aandringen, den afrit van de Vischbrug af te sluiten
voor wagens en rijtuigen.
Men zou dan nog verder kunnen gaan en afsluiten de
Boommarkt, waar het tijdens de groentenmarkt nog veel
drukker is dan op de Zaterdagsche markt, en de Haarlem
merstraat tusschen de Pelikaanstraat en de Donkersteeg, waar
het des Zaterdagavonds ook heel druk is. Men kan de stad dicht-
metselen en elk verkeer verbiedendan gebeurt er nooit meer wat.
Spreker blijft er bij, dat een rij wiel verbod voor de Visch
markt overbodig is; er is ruimte genoeg.
Er is bij de Marktcornmissie een voorstel in onderzoek,
betreffende een verplaatsing der kramen daar. Wanneer dit
doorgaat, dan zal er zeker ruimte in overvloed zijn.
Het is overigens wel merkwaardig, nog kort geleden ston
den er op de Vischmarkt 2 rijen kramen en toen was er
geen rij wiel verbod; nu er 1 rij is, moet er een rijwielverbod
komen.
De langzaamste auto gaat altijd nog sneller dan de vlugste
fiets. Het autogevaar zal blijven bestaan en de ongelukken,
die een auto kan veroorzaken, zijn altijd van ernstiger aard
dan die met een rijwiel.
De algemeene beschouwingen worden gesloten.
Het eenig artikel en daarmede de geheele verordening
wordt vervolgens met 22 tegen 7 stemmen vastgesteld.
Vóór stemmen: mevr. van Itallievan Erribden, de heeren
van der Wall, Coster, Witmans, mevr. Dietrich—de Rooy,
de heeren Mulder, Meijnen, Sanders, Reimeringer, van Hamel,
Sijtsma, van Rosmalen, Pera, Splinter, Heemskerk, van den
Heuvel, Wilmer, Knuttel, Oostdam, Verwey, mevr. de Stop
pelaarZeeman en de heer Eikerbout.
Tegen stemmen: de heeren Wilbrink, Bergers, Eerdmans,
Spendel, Groeneveld, Baart en Kooistra.