208
MAANDAG 15 OCTOBER 4923.
De heer Heemskerk wil er nog op wijzen, dat het venten
van melk op Zondag vooral geschiedt door melkverkoopers
van elders.
De beraadslaging wordt gesloten en zonder hoofdelijke
stemming overeenkomstig het praeadvies van Burgemeester en
Wethouders besloten.
XXIX. Praeadvies op het verzoek der Centrale Commissie
voor Arbeidersontwikkeling, in zake het toekennen van eene
subsidie in de kosten van het houden van ontspannings
avonden voor werkloozen en het kosteloos gebruik van de
groote zaal der Stads-Gehoorzaal.
(Zie Ing. St. No. 311.)
Hierbij komt tevens in behandeling het amendement van
den heer van Stralen, strekkende om in het voorstel van
Burgemeester en Wethouders te doen vervallen de woorden
»op het verder door de Commissie gevraagde afwijzend te
beschikken", en daarvoor in de plaats te lezen
»een bedrag van f 250.ter beschikking der Commissie
te stellen tot het organiseeren van ontspanningsavonden voor
werkloozen en hunne gezinsleden."
De beraadslaging wordt geopend.
De heer van Stralen zegt, dat het praeadvies een groote
teleurstelling biedt voor hen, die zich totnogtoe hebben bezig
gehouden met het organiseeren van ontspanning voor werk
loozen. Ze zijn ervan overtuigd, dat Burgemeester en Wet
houders over het algemeen hun werk sympathiek gezind zijn,
maar meenen toch, dat Burgemeester en Wethouders niet
doordrongen zijn van de groote noodzakelijkheid voor de
commissie om een beroep op de gemeentekas te doen.
Hoezeer ook het werk dier commissie in breeden kring
sympathie heeft ontmoet, het is toch gebleken, dat, wanneer
de commissie voor het organiseeren van die ontspanning voor
de werkloozen geen bijdrage uit de gemeentekas krijgt, zeer
waarschijnlijk dezen winter de werkloozenontspanning niet
ter hand zal kunnen genomen worden. Bij gebrek aan geld
middelen zou ook het beschikbaar stellen van een zaal over
bodig worden. Reeds meermalen is gebleken, dat bij de
meerderheid van den Raad sympathie bestaat voor het werk
der commissie, dat ten doel heelt om aan de werkloozen, die
maanden en maanden 'zonder werk loopen en een troosteloos
leven hebben, nu en dan eenige ontspanning te bezorgen.
Ieder weldenkend mensch zal toegeven, dat het de plicht is,
ook van de gemeente, om dat werk te steunen. In andere
gemeenten, zooals Amsterdam en Rotterdam, wordt van
gemeentewege voor dit doel reeds geldelijke steun verleend.
Wil er van deze ontspanningsavonden iets komen, dan heeft
de commissie een bedrag van ƒ500.noodig en spreker hoopt
dan ook, dat de Raad, door althans zijn amendement te aan
vaarden, de commissie in de gelegenheid zal stellen haar
werk ter hand te nemen.
De heer Heemskerk zegt, dat iedereen in den Raad over
tuigd is van de groote noodzakelijkheid om op gepaste wijze
eenige ontspanning aan de werkloozen te bezorgen, maar
spreker kan zich toch niet met het amendement van den heer
van Stralen vereenigen. Verleden jaar heeft hij zijn stem
onthouden aan het voorstel van Burgemeester en Wethouders
om een bedrag van 500.toe te kennen en daarom doet
het hem genoegen, dat het College thans niet zoover is gegaan.
Het gedurende zes avonden gratis beschikbaar stellen van de
Gehoorzaal beteekent toch al een derving van inkomsten voor
de gemeente van 6 maal 67.50. Burgemeester en Wethouders
zijn dus ver genoeg gegaan en spreker meent, dat de Centrale
Commissie voor Arbeidersontwikkeling nu maar een beroep
moet doen op de burgerij om de andere onkosten bij elkander
te krijgen., De Roomsch-Kathplieke Volksbond geeft wel aan
de Katholieke werkloozen een soortgelijke ontspanning zonder
dat gebruik wordt gemaakt van de zalen der gemeente. Eigenlijk
moest het niet noodig zijn, dat gedurende die 6 avonden de
Gehoorzaal kosteloos beschikbaar werd gesteld, want spreker
is overtuigd, dat, indien de Commissie voor Arbeidersont
wikkeling een beroep deed op haar geestverwanten en andere
belangstellenden in haar werk, zij de noodige middelen wel
bijèen zou krijgen.
Spreker wil over het voorstel van Burgemeester en Wet
houders zijn stem voorbehouden, maar hij kan zijn stem aan
hét amendement van den heer van Stralen niet geven.
De heer Wilbrink moet zich verklaren tegen het voorstel
van den heer van Stralen en kan ook met diens redeneering
niet !medegaan.
i De: heer van Stralen heeft den naam van vroeg opstaan,
als het zoogenaamde arbeidersbelangen betreft, maar spreker
meent, dat het hier niet betreft een werkelijk arbeidersbelang.
Men kan het zeer mooi voorstellen, alsof er in deze sprake
is van een verplichting van de gemeenschap en alsot deze
gehouden is er toe mede te werken, dat die commissie voor
ontspanningsavonden voor de werkloozen kan zorgen, maai
de heer van Stralen heeft daarvoor geen deugdelijke argu
menten aangevoerd. De gemeente heeft in andere opzichten
reeds te zorgen voor de werkloozen hier ter stede, en spreker
ziet niet in, dat zij nu ook nog verplicht zou zijn iets te
gaan verschaffen aan werkloozen, wat tal van andere ingezetenen,
die de gemeente niet ten laste komen, ook niet kunnen
krijgen.
Of spreker zijn stem zal kunnen geven aan het voorstel
van Burgemeester en Wethouders zal hiervan afhangen, of
werkelijk de toestand is zooals de heer Heemskerk zegt,
namelijk dat deze commissie voor arbeidersontwikkeling gevormd
is uit en door personen van een bepaalde politieke richting.
Immers, als dit zoo is en het voorstel van Burgemeester en
Wethouders wordt aangenomen, dan zal een dergelijk verzoek
ook inkomen van Roomsch-Katholieke zijde, van Protestantsch-
Christelijke zijde, misschien ook van neutrale zijde en van
Communistische zijde. Die verzoeken zouden dan ook inge
willigd moeten worden en dan zou de Stads-Gehoorzaal avond
aan avond voor de werkloozen in gebruik zijn.
De heer Knuttel acht het onjuist om ten aanzien van het
vrij gebruik van de Stadszaal te spreken van ^winstderving"
of »huurderving". Het is zeer onwaarschijnlijk, dat die ver
gaderingen zouden doorgaan, wanneer de zaal niet gratis ter
beschikking werd gesteld; dan krijgt de gemeente het geld
toch niet. Dat zou alleen opgaan, wanneer de Stadszaal avond
aan avond bezet was, maar sprekers indruk is dat dit niet
het geval is.
Spreker vindt dat geen argument, want men kan het gratis
beschikbaar stellen van die zaal niet als een directe schade
voor de gemeentekas beschouwen, te meer omdat de kosten
der verlichting nog in rekening worden gebracht.
Ook het argument van den heer Wilbrink, dat er een groot
aantal menschen is, dat niet werkloos is en geen ontspannings
avonden te genieten krijgt, gaat niet op. Vooreerst kunnen
er onder die menschen zijn, die door hun geestesrichting ge
noopt worden hun geld voor andere dingen beschikbaar te
stellen, maar bovendien, als er onder zijn, die zich uit financieel
onvermogen dat genot niet kunnen bezorgen, is dat nog geen
reden dat aantal te vergrooten met al de werkloozen, die in
veel erger toestand verkeeren dan zij, over wie de heer-
Wilbrink het heeft. De werklooze heeft de demoraliseerende
werking van het een geheelen dag niets doen en al zal elke
werklooze, doordat de Gehoorzaal niet voldoende ruimte biedt
voor allen, slechts van bijvoorbeeld 3 der 6 avonden kunnen
profiteeren, toch zal daardoor de ontzaglijke doodschheid
eenigszins worden gebroken en bij een verstandige inrichting
der programma's de demoraliseering worden tegengegaan.
Voor dat doel moet een subsidie van gemeentewege worden
gegeven, zoodat het amendement van den heer van Stralen
dient te worden gesteund.
Waar de heer Wilbrink de vrees heeft uitgesproken, dat
ook van andere zijden dergelijke verzoeken zullen worden
gedaan, doet spreker opmerken, dat datzelfde argument door
den heer Wilbrink nooit wordt gebezigd, als aan een Katholieke
of Christelijke Teeken- of andere Vakschool subsidie moet
worden verleend.
De heer Spendel wil het betoog van den heer Wilbrink
krachtig ondersteunen. Ook hij is er sterk voor, dat de werk
loozen op aangename en leerzame wijze worden bezig ge
houden, maar in het organiseeren van dergelijke avonden
schuilt een gevaar, omdat hij niet weet wie de leiding dier
avonden heeft. De Katholieken meenen in dat opzicht een
beetje voorzichtig te moeten zijn, omdat de ervaring hun
een en ander op dat gebied heeft geleerd.
Spreker zal zich verzetten tegen het amendement van den
heer van Stralen, strekkende om 250.subsidie toe te
kennen. Waar de heer van Stralen zooeven heeft gezegd,
dat ook de gemeenschap moest bijdragen in de kosten dezer
ontwikkelingsavonden, verzoekt spreker hem eens op te geven
wat van particuliere zijde en uit de partijkas voor dit doel
wordt afgestaan.
Verder moet spreker iets recht zetten. Blijkbaar wordt
aan de overzijde gedacht, dat hij de schrijver is van het inge
zonden stuk in het Leidsch Dagblad, dat geteekend is door
iemand, wiens initialen overeenkomen met die van spreker.
Hij wil verklaren, dat hij de schrijver niet is. Hij gebruikt
geen courant om zijn meening te zeggen, nu hij dat in den
Raad kan doen.
De heer Sijtsma zal stemmen voor het voorstel van Bur
gemeester en Wethouders, maar tegen het amendement van
den heer van Stralen.
Wanneer de commissie daarvoor moeite doet, dan zal zij
t c.y.