MAANDAG 27 AUGUSTUS 1923.
171
XXII. Voorstel tot overneming in eigendom en onderhoud
bij de gemeente van een strook grond aan de Gisettestraat,
Sectie O, No. 841 ged.
(Zie Ing. St. No. 257.)
De Voorzitter verzoekt de Commissie van Financiën alsnog
mondeling haar advies omtrent dit voorstel uit te brengen.
De heer Huurman deelt mede, dat de Commissie van Finan
ciën geen bezwaar heeft tegen dit voorstel.
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXIII. Praeadvies op het verzoek van de Leidsche Duin
water-Maatschappij, om vergunning tot uitbreiding van haar
buizennet onder de gemeente Oegstgeest.
(Zie Ing. St. No. 253.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXIV. Voorstel tot onbewoonbaarverklaring van 291 wo
ningen.
(Zie Ing. St. no. 245.)
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Heemskerk heeft als hoofdargument voor het
onbewoonbaar verklaren van de woningen in de Meisjespoort
in het rapport der Gezondheidscommissie aangetroffen, dat
ze te veel ingebouwd zijn en dat er zoodoende onvoldoende
gelegenheid is tot toetreding van daglicht en doorstrooming
van lucht. Spreker heeft, evenals anderen, den indruk gekregen,
dat deze woningen niet behooren tot die, welke voor onbewoon
baarverklaring in aanmerking komen, en wil daarom aan
Burgemeester en Wethouders vragen of het hier alleen de
kwestie is, dat de woningen in een poort zijn gelegen. Dien
weg moet men niet op, en spreker zou alsnog nadere inlich
tingen omtrent deze woningen willen hebben, vóórdat hij zijn
stem kan geven aan het voorstel om dezb woningen onbewoon
baar te verklaren.
De heer Mulder zegt, dat het antwoord op de vraag van
den heer Heemskerk zeer duidelijk te vinden is in Ingekomen
Stuk No. 245, waar voorgesteld wordt deze woningen onbewoon
baar te verklaren wegens onvoldoende gelegenheid tot toe
treding van daglicht en doorstrooming van lucht. Degeen, die
meent dat hij onbillijk behandeld is en dat althans één van
die woningen niet voor onbewoonbaarverklaring in aan
merking komt, kan bij Gedeputeerde Staten in hooger beroep
gaan en dan krijgt hij gelegenheid dat aan te toonen. Spreker
heelt reclamant geadviseerd dat te doen. Het gaat echter
niet aan om uit dit huizenblok, dat één geheel vormt, dat
ééne huisje te lichtende zaak moet haar gewonen loop
hebben en Burgemeester en Wethouders houden zich aan de
hun verstrekte gegevens. Stellen Gedeputeerde Staten den
man in het gelijk, dan komt de zaak voor hem in orde.
De heer Huurman ondersteunt de opmerking van den heer
Heemskerk, die op zijn vraag of deze huizen alleen voor af
keuring worden voorgedragen, omdat de poort te smal is,
geen antwoord heeft ontvangen. Wordt die maatstaf aange
nomen, dan zullen er nog wel meer woningen moeten worden
afgekeurd. Er is een grens; morgen kan er wel een commissie
komen, die de huizen van sTuinstadwijk" waarvan al is
gezegd, dat er geen ruimte is om behoorlijk een kast te
plaatsen af wil keuren. Spreker zou de beslissing ten
aanzien van die huisjes in de Meisjespoort willen aanhouden,
totdat een nader onderzoek is ingesteld.
De heer Dubbeldeman geelt in overweging niet op het
denkbeeld van den heer Huurman in te gaan. Vooreerst zal
het nog wel eenigen tijd duren, alvorens die woningen worden
afgebroken of worden ontruimd, maar bovendien moet men
vertrouwen hebben in het advies der Gezondheidscommissie,
waarin zitting hebben een paar doktoren, die precies weten
wat voor een mensch uit een gezondheidsoogpunt noodig is,
en tevens een paar menschen uit de practijk. Waar zoowel de
Gezondheidscommissie als Bouw- en "Woningtoezicht deze
woningen ongeschikt hebben verklaard, acht spreker het
onvoorzichtig tegen de adviezen dier beide lichamen in te gaan.
Het instellen van een nader onderzoek zal niet baten, want
noch de Gezondheidscommissie noch Bouw- en Woningtoezicht
zullen iets terugnemen van het uitgebrachte advies, en gaat
men er andere menschen inhalen, dan wordt dat gevaarlijk.
Bovendien bestaat de mogelijkheid, dat men dan met die
poorten en sloppen blijft zitten, wanneer vandaag de een
opkomt voor het behoud van de Meisjespoort en morgen een
ander voor het behoud van een andere poort.
De heer Mulder antwoordt, dat de eenige oorzaak waarom
deze woningen voor afkeuring worden voorgedragen, is gelegen
in onvoldoende toetreding van licht en onvoldoende door
strooming van lucht. Het is mogelijk, dat de Gezondheids
commissie en Bouw- en Woningtoezicht zich hebben vergist,
maar spreker constateert, dat er slechts ten aanzien van één
huisje is geprotesteerd, althans officieel in een adres. Heeft
de man gelijk, dan zal, als hij bij Gedeputeerde Staten in
hooger beroep gaat, de zaak in het reine komenmaar spreker
acht het niet raadzaam die perceelen in de Meisjespoort er
uit te lichten.
Ten aanzien van weder andere nummers kan men ook
bezwaren hebben. Burgemeester en Wethouders gevoelen zeer
goed, dat het voor de eigenaren van die huisjes minder prettig
is, maar het is in de eerste plaats de vraag, ot het noodzake
lijk is.
De Voorzitter deelt mede van den heer Huurman het
volgende amendement ontvangen te hebben
»Ondergeteekende heelt de eer den Raad voor te stellen
de perceelen Meisjespoort Nis I, 2, 3, 4 en 5 uit het voorstel
te lichten."
Het amendement van den heer Huurman wordt voldoende
ondersteund en maakt dus een onderwerp van beraadslaging uit.
De beraadslaging wordt gesloten.
Het amendement van den heer Huurman wordt met 15
tegen 10 stemmen verworpen.
Tegen stemmen: de heeren Mulder, Bots, van der Lip,
Sijtsma, Sanders, Splinter, Dubbeldeman, van Stralen, Groe-
neveld, Bisschop, mevrouw Dubbeldeman—Trago, de heeren
Schoneveld, Eikerbout, Kooistra en Pera.
Vóór stemmen: de heeren de Lange, Meijnen, Kuivenhoven,
van Hamel, Huurman, Wilbrink, Wilmer, Oostdam, Heems
kerk en Eerdmans.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders sub
I en II besloten.
XXV. Voorstel tot verlenging van den termijn van ont
ruiming van een aantal onbewoonbaar verklaarde woningen.
(Zie Ing. St. No. 246.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXVI. Voorstel om den eigenaren van de sloot tusschen
de Rijnzichtstraat en de de Wetstraat te gelasten, die sloot
te dempen en door een riool te vervangen.
(Zie Ing. St. No. 248.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXVII. Voorstel om goed te keuren, dat over 1922 voor
normale uitbreidingen der Gasfabriek f 540ÜU.en der
Electriciteitsfabriek f 72000.— is besteed.
(Zie Ing. St. No. 249.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXVIII. Voorstel tot het aangaan van een overeenkomst,
betreffende de levering van gas in de gemeente Voorhout
door de Stedelijke Gasfabriek te Leiden.
(Zie Ing. St. No. 250.)
Algemeene beschouwingen worden niet gehouden.
De artikelen 1 tot en met 10 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen,
waarna de geheele overeenkomst eveneens zonder beraadsla
ging of hoofdelijke stemming wordt vastgesteld.
XXIX. Voorstel tot het verleenen van toestemming aan
het Gemeentebestuur van Voorhout tot het doen leggen en
hebben van een gasleiding in die gemeente en bet daardoor