168 gebouw van het voormalig hulpkantoor der Gemeentelijke Bank van Leening aan de Nieuwe Mare, No. 15, tot zijn bureau zal worden ingericht. Met de Commissie van Fabricage is ook ons College van oordeel, dat laatstgenoemd gebouw inderdaad voor deze bestemming alleszins geschikt is te achten. Het pand behoeft daartoe geen ingrijpende wijziging te ondergaan, al moet natuurlijk in de verschillende ver trekken het een en ander worden veranderd, opdat de werkzaamheden, welke daarin voortaan zullen geschieden, naar behooren kunnen worden uitgevoerd. Waar bovendien verwacht mag worden, dat het Burgerlijk Armbestuur langen tijd in het nieuwe perceel gehuisvest zal blijven, kan van deze gelegenheid gebruik worden gemaakt om enkele her stellingen van verf werk, behangsels, vloeren e. d. te doen verrichten. Bovenbedoelde werkzaamheden, waarvan de over gelegde staat sub A een overzicht geeft en die door bij gaande teekening worden verduidelijkt, zullen naar raming een uitgave van ongeveer 4000.vorderen. Daarmede zal dan ook het voormalige gebouw der Bank van Leening in allen deele beantwoorden aan de eischen, welke de nieuwe bestemming van bureau van het Burgerlijk Armbestuur daaraan noodzakelijkerwijze stelt. Het perceel aan de Nieuwe Mare bevat voorts eene ver dieping met twee bovenwoningen, terwijl de vroegere derde bovenwoning gedurende de laatste jaren als bergruimte voor de Bank van Leening diende. Aangezien deze ruimte voor het Burgerlijk Armbestuur niet noodig is, is het raad zaam haar weder tot woning in te richten. Deze kan ver volgens tegen een huurprijs van ongeveer 4.'s weeks worden verhuurd. De kosten van de tot dit doel benoodigde werkzaamheden (zie den staat sub B) worden begroot op ongeveer 1000. Ook de" bovenwoning aan den kant van de Nieuwe Mare, welke voorheen tot ambtswoning van den hoofdbeambte van het hulpkantoor der Bank van Leeuing diende, behoort enkele verbeteringen te ondergaan. De kosten hiervan (zie den staat sub C) worden geraamd op 800.Na het aan brengen van deze verbeteringen zal dit boveuhuis waar schijnlijk tegen een aanmerkelijk hoogeren prijs kunnen worden verhuurd, dan aan genoemden ambtenaar als huur prijs in rekening werd gebracht 235. Op grond van het bovenstaande geven wij U, overeen komstig het advies van de Commissie van Fabricage, in overweging, door vaststelling van den hierbij overgelegden staat van af- en overschrijving ten behoeve van de inrichting van het perceel Nieuwe Mare No. 15 tot bureau van het Burgerlijk Armbestuur en het aanbrengen van verbeteringen in de bovenwoningen van genoemd perceel, een bedrag van in ronde som, 5800.:te onzer beschikking te stellen. Op den post voor Onvoorziene Uitgaven, waarvan gemeld bedrag moet worden afgeschreven, is, na reserveering van het bedrag ad 375.979.51 (zie Ingek. Stukken no. 255), nog 78.390.— beschikbaar. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 286. Leiden, 11 September 1923. Een van de werken, uit te voeren in het belang van eene productieve werkverschaffing en als zoodanig ten deele reeds vermeld in het overzicht, dat wij Uwe Vergadering op dit gebied in No. 130 der Ingekomen Stukken van dit jaar (bldz. 63 onderaan) mochten geven, is het dempen en rioleeren van de Binnenvestgracht benoorden de Langegracht, in voege als op de overgelegde teekening is aangegeven. Voor de uit voering van dit werk zijn intusschen, vermits destijds de kosten nog niet bekend waren, de noodige gelden nog niet beschikbaar gesteld. Naar raming zal voor het werk, inclusief bestratings- en afscheidingswerken, een uitgave van f 12000. vereischt zjjn. Zooals wij indertijd reeds mededeelden, is het grachtgedeelte, hetwelk aan de gemeente toebehoort, sterk verontreinigd en zal de demping o.m. ook aan het terrein der Gemeentereiniging, dat daardoor wordt vergroot, ten goede komen. Wij geven U thans in overweging, door vaststelling van den hierbij overgelegden staat van af- en overschrijving, ten behoeve van de demping en rioleering van de Binnenvest gracht benoorden de Langegracht een bedrag van 12000. te onzer beschikking te stellen. Op den post voor „Onvoor ziene Uitgaven" is nog 72.590 beschikbaar. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 287. Leiden, 14 September 1923. Beeds lang heeft het voornemen bestaan om over te gaan tot invoering van een kaartstelsel voor de bevolkingsboek houding der gemeente. Dit moge U o. a. blijken uit de beraadslagingen gehouden in Uwe Vergadering van 4 Decem ber j.l. bij de benoeming van een bezoldigd Ambtenaar van den Burgerlijken Stand. (Zie pagina 493 der Handelingen van den Gemeenteraad). Thans, nu de nieuwe chef van de afdeeling „Bevolking en Burgerlijke Stand" enkele maanden in functie is en zich van de administratie grondig op de hoogte heeft gesteld, wenschen wij U te dezen opzichte een voorstel te doen. Het is zeer te betreuren, dat niet eerder tot hervorming van de bevolkingsboekhouding is kunnen worden overgegaan, aangezien door uitstel de boeking er niet op vooruit is ge gaan, doch zeer veel te wenschen overlaat. De wijze van. boeking, tot heden gevolgd, heeft zooveel nadeelen, dat het, indien de boekhouding niet telkens opnieuw wordt ingericht, onmogelijk is, na verloop van enkele jaren te kunnen spreken van een administratie, die ook maar eenigermate in orde is. Hoe de bevolkingsregisters er uit zien, nu zij niet slechts enkele jaren, doch reeds drie en dertig jaren in gebruik zijn, behoeven wij zeker wel niet nader toe te lichten, vooral niet, wanneer men bedenkt, dat de registers straatsgewijze zijn ingericht, zoodat bij elke verhuizing het geheele gezin in een ander register of op een ander blad moet worden overgeschreven. Zeer veel gezinnen heeft men natuurlijk ettelijke malen, bijna alle gezinnen een enkele maal moeten overboeken, met het gevolg, dat er ttians 38 supplement- registers zijn en bovendien 12 registers naar aanleiding van de grensuitbreiding der gemeente in de jaren 1896 en 1920, en dat er in nameu, voornamen, geboortedatums en plaatsen veel fouten zijn geslopen. Bovendien is door veelvuldige af- en weder inschrijving van leden uit het gezin zeer dikwijls alle samenhang verloren gegaan. Er zijn straten, ja zelfs perceelen, die in 4, 5 en meer registers voor komen. Hoeveel tijd het opsporen van personen, in dergelijke registers vermeld, kost, behoeft wel niet nader te worden aangeduid. Het is zelfs zoo erg, dat men zeer dikwijls bijna dagelijks de kiezerslijst moet raadplegen, om de gevraagde personen te kunnen vinden. Dat het bevolkings register in het geheel niet voldoet aan redelijk te stellen eischen, is ook in de crisisjaren o. a. bij het verleenen van duurte- en kindertoeslagen ten duidelijkste gebleken. Toen toch moest men zijn toevlucht nemen tot de bij de afdeeling „Belastingcontrole" op de belastingkaarten aanwezige ge gevens, iets wat in den vervolge niet meer volledig mogelijk is, in verband met de belastingheffing door de Bijksadmini- stratie. Verder zijn er in het Koninklijk Besluit tot regeling van de bevolkingsboekhouding van 12 December 1922 zoodanige voorschriften gegeven, dat bij een verificatie van regeerings- wege, waartoe de nieuwe voorschriften de bevoegdheid geven, ernstige opmerkingen omtrent den toestand der boeking zeker gemaakt zullen worden. De thans in gebruik zijnde bevolkingsregisters kunnen dus niet langer mede. En vermits het dus vaststaat, dat zij toch vernieuwd moeten worden, ligt het voor de hand de bevol kingsboekhouding thans in te richten op moderne wijze, d. w. z. op kaarten en wel om de volgende redenen: Het kaartstelsel, eenmaal goed ingericht, behoeft nooit meer vernieuwd, doch alleen bijgehouden te worden. Boek houding der bevolking in vaste registers moet steeds, wil zij eenigermate aan redelijke eischen voldoen, om de 10 jaren vernieuwd worden. Boeking in z.g. losbladige registers heeft het nadeel, dat, evenals thans, met de registers moet worden gesleept, wat het werken zeer bemoeilijkt. Bovendien vordert het telkens verplaatsen der bladen in de registers zeer veel tijd, terwijl èn bladen èn registerbanden zoo zeer aan slijtage onderhevig zijn, dat zij, na een zeker aantal jaren gebruikt te zijn, toch weder vernieuwd moeten worden. Het kaartsysteem, ingericht volgens alphabetische lexico grafische methode, heeft het niet te schatten voordeel, dat een gezin of persoon, eenmaal geboekt zijnde op een kaart, steeds op diezelfde kaart blijft staan, dat dus bij ver huizing niet het geheele gezin of de alleen wonende persoon behoeft te worden overgeschreven, doch dat alleen de nieuwe woonplaats op de kaart moet worden vermeld. Het opsporen van personen, waarmede thans zeer veel tijd gemoeid is, gaat bij het kaartsysteem enorm veel vlugger, zoodat het mogelijk zal zijn, om zonder uitbreiding van personeel het hoofd te blijven bieden aan de steeds toenemende informaties, die uit het bevolkingsregister worden gevraagd door Bijksambtenaren, door den Armenraad en door den Baad van Arbeid. Door invoering van het kaartsysteem is de hulp van de bevolkingsagenten voor het overboeken van «gezinnen of

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1923 | | pagina 2