I
63
Besluit van 4 Februari 1921 (Staatsblad No. 48), aan Ge
deputeerde Staten bet volgende verslag uit te brengen aan
gaande de wijze, waarop het op de gemeentebegrooting voor
1922 voor schoolkindervoeding en -kleeding toegestaan be
drag is besteed.
„Van de op de begrooting voor bet dienstjaar 1922 voor
schoolkindervoeding en -kleeding uitgetrokken som van
26510.werd een bedrag van 19293.56s uitgegeven en
als subsidie uitgekeerd aan de Vereeniging „Schoolkinder
voeding en Schoolkinderkleeding", die zich het verstrekken
van voeding en kleeding aan kinderen ten doel stelt, zulks
ter bevordering van schoolbezoek.
Het winterseizoen 19211922 eindigde den llen April,
tot welken datum door 387 kinderen deelgenomen werd aan
de maaltijden.
Voor het ontvangen van voedsel gedurende de zomer- en
wintermaanden werden aanvankelijk ingeschreven resp. 145
en 322 kinderen, welke aantallen later stegen tot resp. 262
en 465 kinderen.
Tot de aanneming der leerlingen werd in den regel niet
overgegaan dan nadat de aanvragen door den Armenraad
waren onderzocht.
De kinderen, die voedsel ontvingen, zijn als volgt over
de verschillende scholen te verdeelen
g
"S a
Sog
6D
b
In het geheel werden in 1922 66871 porties voedsel ver
strekt tegen den gemiddelden prijs van 22 cent per liter-
portie. De maaltijden bestonden gedurende de zomermaanden
uit vermicellisoep, rijstesoep, tweemaal rijst, stamppot en
gort met rozijnen; gedurende de wintermaanden uit vermi
cellisoep, erwtensoep, tweemaal stamppot, rijst en gort met
rozijnen.
De verstrekking der maaltijden had rechtstreeks aan de
kinderen plaats en wel in het gebouw der Vincentius-Ver-
eeniging, in lokalen van de bijzondere meisjesschool aan de
Pelikaanstraat en van de openbare scholen aan het Plantsoen
en aan de Yrouwenkerksteeg.
De navolgende kleedingstukken werden uitgereikt: 190
meisjes- en 194 jongenshemden, 190 meisjes- en 194 jongens
broeken, 729 paar kousen, 174 jurken, 190 schorten, 171
wollen jongenstruien en 171 bovenbroeken; verder werden
1494 paar klompen verstrekt. Voor een nauwgezette contröle
op een behoorlijk gebruik der kleedingstukken werd vanwege
de vereeniging zorg gedragen.
De inkomsten der vereeniging bedroegen 20690.285, n.l.
aan gemeentelijk subsidie 19293.565, aan contributiën
641.50, aan collecten, bijdragen, giften enz. 298.20, aan
boetegelden 3.35 en aan ontvangsten van verschillenden
aard 419.94, terwijl verder nog kon worden beschikt over
het batig saldo van het vorige jaar ad 33.73.
Uitgegeven werd een bedrag van 20684.56, te specifi-
ceeren als volgt: voedsel 14705.53, kleeding 5005.11 en
uitgaven van allerlei aard, als: loonen, drukwerken, adver-
tentiën, materialen, meubilair, enz. 973.92. Het voordeelig
saldo ten bedrage van 5.725 wordt gereserveerd voor het
jaar 1923.
De voorwaarden, bedoeld in art. 10 van het Koninklijk
Besluit van 19 November 1900 (Staatsblad No. 202), laatste
lijk gewijzigd bij Koninklijk Besluit van 4 Februari 1921
(Staatsblad No. 48) werden door de vereeniging behoorlijk
nageleefd."
Aan den Gemeenteraad.
N°. 130.
Leiden, 23 April 1923.
Burg. en Weth. van Leiden.
Het hierachter afgedrukte, tot Uwe Vergadering gerichte,
adres van den Leidschen Bestuurdersbond en de afd. Leiden
van de S. D. A. P. in zake de uitvoering van werken ten
behoeve van werkverschaffing geeft ons aanleiding U in het
kort een overzicht te geven van hetgeen in Leiden van
gemeentewege op het gebied van verruiming van werkgele
genheid reeds is gedaan en nog gedaan wordt. Uit dat
overzicht zal blijken, welke werken in den laatsten tijd tot
stand gekomen of onderhanden genomen zijn, en van welke
de uitvoering in voorbereiding is.
In de eerste plaats brengen wij in herinnering het aan
leggen van het sportterrein op het Raamland, gereed gekomen
in den loop van 1922. De uitvoering van dit belangrijke
werk geschiedde met opzet zóó, dat daardoor in aanzienlijke
mate tot verruiming van werkgelegenheid kon worden bijge
dragen. De totale kosten beliepen dientengevolge rond
37500.—.
Verder werd een aantal werken uitgevoerd, die alle in
mindere of meerdere mate in het belang van de werk
verschaffing hebben gestrekt; wij noemen in dit verband
den bouw van een zuster- en broederhuis op „Endegeest", de
uitbreiding van de ijsfabriek van het Openbaar Slachthuis,
de verwijdering van de Werf brug, slootdempingen langs den
Lagen Rijndijk, de van der Helmkade, achter den Zijlsingel,
enz., den bouw van de nieuwe stokerij van de gasfabriek,
van het nieuwe ketelhuis der Centrale en van de transport
inrichting der Lichtfabrieken, waaraan eveneens voor het
overgroote deel door Leidsche werklieden is gewerkt.
Voorts besloot Uwe Vergadering op 12 Februari j.l., met
beschikbaarstelling van een bedrag van 95000.tot den
aanleg van een nieuwe zweminrichting, waarvoor de voorbe
reidende maatregelen thans in vollen gang zijn.
Kort daarna, bij besluit van 26 Februari j.l. stelde Uwe
Vergadering de vereischte gelden, tot een som van rond
433.000,te onzer beschikking ten behoeve van den bouw
van gemeentewege van 162 woningen op een terrein benoor
den den Heerensingel, met de uitvoering waarvan inmiddels
reeds een aanvang is gemaakt. Daarenboven zijn, nog afge
zien van den onderhanden zijnden bouw van het woning
complex „Tuinstadwijk", in voorbereiding een plan van de
woningbouwvereeniging „De Eendracht" tot het bouwen,
met gemeentelijk hypothecair crediet, van 120 woningen op
een terrein benoorden den Lagen Rijndijk, alsmede verschil
lende andere bouwplannen, zoo van genoemde vereeniging,
als van de vereeniging „Ons Belang", tezamen nogmaals
120 woningen omvattende, terwijl over verderen aanbouw
met voorschot op den voet van de Woningwet onderhan
delingen met het Rijk worden gevoerd.
Op 12 Maart j.l. werd verder besloten tot den bouw van
een nieuw politiebureau aan de Zonneveldstraat, waarmede
zoodra mogelijk zal worden begonnen.
Behalve deze groote werken, zijn er nog verschillende
andere werken, uit een oogpunt van werkverschaffing even
zeer van belang, in voorbereiding. Wij doelen hier op:
de verbetering van den Rijnsburgerweg.
Reeds geruimen tijd worden door ons College te dezer
zake onderhandelingen gevoerd met de Gedeputeerde Staten
van Zuid-Holland, het gemeentebestuur van Oegstgeest en
andere bij deze wegverbetering betrokken autoriteiten en
belanghebbenden. Deze onderhandelingen zijn in een ver
gevorderd stadium, zoodat wij hopen binnenkort nadere
voorstellen bij U in te kunnen dienen, bij aanneming waar
van de uitvoering van dit belangrijke werk onverwijld ter
hand zal worden genomen.
de vernieuwing van de Leiderdorpsche brug.
De voorbereiding van dit werk is thans zoover gevorderd,
dat naar alle waarschijnlijkheid binnen korten tijd met de
uitvoering een begin kan worden gemaakt.
de verbetering van den Hoogen Rijndijk nabij de Utrecht-
sche brug.
Een hiertoe strekkend voorstel hopen wij eerlang bij Uwe
Vergadering aanhangig te maken.
de uitbreiding van het Gymnasium.
De gunning van dit werk zal dezer dagen plaats hebben.
het veranderen van een drietal bruggen over en nabij de
Oostdwarsgracht.
Ook dit werk wordt dezer dagen gegund.
de demping en rioleering van de sloot ten Zuiden van het
terrein der Gemeentereiniging over een lengte van 90 M.
Dit water, dat aan de gemeente behoort, is sterk ver
ontreinigd; demping zou het terrein van de gemeente-
reiniging niet onbelangrijk vergrooten. De voorbereiding van
dit werk is in vollen gang.
de rioleering en ophooging van een terrein benoorden den
Maresingel.
Dit terrein grenst aan de in 1920 voltooide bebouwing
van de woningbouwvereeniging „Ons Belang". De plannen
AANDUIDING DER SCHOLEN.
n
a
C
-H 03
a
H3
.2 o
H3
O. L. School aan het Plantsoen
de v. d. Werffstraat
Mare
b Duivenbodestraat
bb b bb Harerstraat
bb Paul Krugerslraat
bb b den Zuidsingel
b b d® Medusastraat
y, v i> Vrouwenkerksteeg
v v v v d ^ude Vest
Buitengewone Sohool voor L. O. aan de Caeciliaatraat
Bijzondere School aan de Middelstegracht
b b b b Pasteurstraat
b bb» Hooigracht
b R. K. Jongensschool aan de Pelikaanstraat
b b Meisjesschool v
bb bb Hoogewoerd
31
•33
5
15
14
9
23
10
37
2
12
2
29
21
11
56
14
26
30
33
38
22
98
1
14
2
19
52
40
20
1) Deze school is met ingang van 1 September 1922 opgehejen.