de mannelijke, het andere voor gebruik door de vrouwe
lijke bezoekers zal dienen. Het ontworpen mannenbassin
is groot 70 X 18 1260 M2., het vrouwenbassin 30 X 18
540 M2., dus samen 1800 M2., welke oppervlakte zeker niet
te groot is. Het bassin van de zwemplaats aan de Oude
Heerengracht besloeg een oppervlakte van 1368 M2., en bleek
in den warmen seizoentijd eerder te klein dan te groot te
zijn, zoodat het nieuw ontworpen mannenbassin zeker niet
kleiner dan 1260 M2. mag wezen. Daarnaast is een vrouwen-
afdeeling ter lengte van 30 M. ook niet te groot te noemen.
Er mag toch worden verondersteld, dat het aantal vrouwen
uit de volksklasse, die gaan zwemmen, hoewel thans nog
zeer gering, mettertijd zal toenemen en het is daarom ge-
wenscht daarmede reeds nu rekening te houden, ten einde
te voorkomen, dat de afdeeling voor vrouwen naderhand
moet worden uitgebreid, zooals het geval was bij het vrou
wenbassin van de zwemschool in het Rijn-Schiekanaal, dat
achteraf te klein bleek te zijn en reeds enkele jaren na de
ingebruikneming verruimd moest worden. De gezamenlijke
oppervlakte van de bassins van deze laatste inrichting be
slaat 1700 M2.
Elk der beide bassins bestaat uit een gedeelte voor onge
oefende, een voor geoefende zwemmers, alsmede een duik-
bassin. De diepte der bassins neemt toe van 0.60 M. tot
3.50 M., welke laatste diepte alleen in het midden van de
beide duikbassins voorkomt. Zoowel de mannen- als de
vrouwenafdeeling bevatten elk 50 kleedkamertjes aan de
lange zijden van het mannenbassin is plaats voor de opstelling
van banken en aan de korte zijden der bassins bevinden
zich houten gebouwtjes voor bureaux, bergplaatsen, enz.
Voorts zijn in elke afdeeling de noodige privaten, rijwielberg
plaatsen, enz. aanwezig.
De bassins zullen, zooals gezegd, in de eerste plaats aan
gewezen zijn op grondwater, doch en hierop doelden wij,
toen hierboven op de gunstige ligging van de zwemplaats
aan de Zijl werd gewezen in het project is tevens reke
ning gehouden met de mogelijkheid van vulling van de
bassins met Zijlwater. Mocht toch de verbetering van de
rioleering in onze aemeente ter hand genomen worden, dan
is het mogelijk, dat de gevolgen daarvan op de hoedanig
heid van het Zijlwater in de onmiddellijke nabijheid van
de nieuwe zwemschool van invloed zullen zijn. Wanneer
zoodoende de kwaliteit van het Zijlwater mettertijd mocht
verbeteren, dan zou het dus, al naar de zuiverheid, in meer
dere of mindere mate naast het grondwater als voedings
bron voor de zwembassins dienst kunnen doen. Het voor
deel van de ontworpen inrichting is dus o. a. daarin ge
legen, dat later, indien de graad van reinheid van het
Zijlwater zulks toestaat, met de eene of de andere watersoort
kan worden ververscht. Intusschen bestaat hieromtrent
nog geenerlei zekerheid dit alles is nog toekomstmuziek
en wil men dus de totstandkoming van de nieuwe zwem
inrichting niet voor onbepaalden tijd uitstellen, dan kan
een installatie voor het oppompen van grondwater (op zich
zelf trouwens een betrekkelijk klein onderdeel van het ge-
heele werk) niet worden gemist.
Door middel van een voorloopige proefboring ter plaatse
is een onderzoek naar het grondwater ingesteld, met het
resultaat, dat het, ook volgens den Directeur-Scheikundige
van den Keuringsdienst van Waren, zonder bezwaar als
badwater kan worden gebezigd. Volledig kon dit onderzoek
in verband met de primitieve inrichting van den pompput
niet zijn, maar niettemin zijn voldoende gegevens verkregen,
op grond waarvan de samenstelling van het grondwater, wat
de hoofdzaken betreft, genoegzaam kan worden beoordeeld
en die de veronderstelling wettigen, dat het grondwater aan
de te stellen eischen zal voldoen. Een volledig onderzoek
zou vorderen het slaan van een nieuwe proef bron, voorzien
van een behoorlijke filterinrichting, waardoor weliswaar met
name de vraag naar het ijzergehalte tot oplossing kan
worden gebracht, doch die overigens, naar wij vermoeden,
omtrent de reeds bekende kwaliteiten van het grondwater
geen nieuw licht zal ontsteken. Waar het aanboren van
zulk een nieuwe bron aanzienlijke kosten met zich brengt,
hebben wij het niet raadzaam geacht dit te doen plaats
hebben, alvorens in beginsel door Uwe Vergadering omtrent
de totstandkoming van de nieuwe zweminrichting zou zijn
beslist. Deze beslissing kan trouwens op grond van de ver
richte wateranalyse thans gevoegelijk worden genomen. Is
eenmaal tot den bouw der grondwaterinrichting besloten,
dan zal de nieuw te boren bron tevens kunnen dienen als
definitieve voedingsbron voor de bassins. Mocht de tweede
boring echter onverhoopt een minder gunstig resultaat opleve
ren, en het water bij nader onderzoek voor het beoogde
doel ongeschikt blijken te zijn hetgeen wij vooralsnog
niet waarschijnlijk achten dan zal met de verdere uit
voering van de thans ontworpen plannen natuurlijk niet
worden voortgegaan; eventueel hopen wij daarna zoo spoedig
mogelijk een gewijzigd plan bij Uwe Vergadering aanhangig
te kunnen maken. Wij stellen ons voor, na de hierboven-
bedoelde tweede boring andermaal het gevoelen van de
Gezondheidscommissie in te winnen, aldus voldoende aan
het door deze commissie bij haar schrijven van 25 November
1922 gedane verzoek.
De temperatuur van het grondwater is op zichzelf uit den
aard der zaak betrekkelijk laag: het komt met een warmte
graad van 10 a 11° Celsius uit de pompbuis te voorschijn.
Intusschen is de inrichting zóó ontworpen, dat het water
geleidelijk de temperatuur van de buitenlucht aanneemt,
althans een voor het lichaam aangename temperatuur ver
krijgt. Hierbij heeft men, gelijk de Commissie van Fabricage
opmerkt, de temperatuur tot op zekere hoogte in de hand
door middel van de regeling der verversching. Immers, de
temperatuurswisseling houdt met deze laatste nauw verband
bij koud weêr is de behoefte om te zwemmen gering en
vermindert de noodzakelijkheid van verversching in gelijke
mate, hetgeen weer aan de temperatuur van het badwater
ten goede komt; bij een hooge buitentemperatuur daarentegen
wordt druk gebaad en moet de verversching intensiever zijn,
doch dit kan ook geschieden, omdat het grondwater dan
eerder warm wordt. Temperatuur en verversching werken
dus met elkaar in dezelfde richting. Gezien de ontworpen
plannen, waarbij ook met de mogelijkheid van vóórverwar
ming van het grondwater rekening is gehouden, en gelet op
de ervaring, ten deze elders opgedaan, behoeft naar onze
meening voor een te lage temperatuur van het bassinwater
niet te worden gevreesd.
Ook overigens geeft de opgedane ondervinding alle reden,
om ook hier ter stede gunstige resultaten van de grond
waterzweminrichting te verwachten. Sinds 1905 toch bestaat
een dergelijke inrichting in Haarlem, waarvan de exploitatie
nimmer tot klachten of moeilijkheden aanleiding gaf, en
onlangs is, zijn wij wèl ingelicht, aldaar zelfs een tweede
dergelijke zwemplaats geopend; hieruit mag worden afge
leid, dat het systeem van grondwatervoorziening in de praktijk
geen bezwaren oplevert. Ook voor de gemeente 's-Gravenhage
is volgens door ons ontvangen inlichtingen een plan voor
een soortgelijke inrichting ontworpen. De aanleg van een
grondwaterinrichting is trouwens in Leiden reeds in vroegere
jaren ernstig overwogen en indien niet toevalligerwijze van
eene natuurlijke verwijding van het omstreeks 1914 gegraven
Rijn-Schiekanaal kon worden gebruik gemaakt voor den
bouw van een buitenwaterzwemschool, zou waarschijnlijk
ook te dezer stede een grondwaterinrichting sinds lang hebben
bestaan.
De kosten van den aanleg van de nieuwe zweminrichting
worden globaal geraamd op 95.010.Een kleinere opzet
van het geheel verdient, ook al zouden de totale kosten
daarbij natuurlijk geringer zijn, geen aanbeveling, omdat
de inrichting dan naar alle waarschijnlijkheid al spoedig te
klein zou blijken te zijn. Voorts moet aan uitvoering in-eens
van het geheele werk de voorkeur worden gegeven boven parti-
eelen bouw in dien zin, dat eerst de mannenafdeeling en eenige
jaren later de vrouwenaf deeling zou worden gebouwd. In dit
geval toch zou eerstgenoemde afdeeling gedurende enkele uren
daags of gedurende enkele dagen der week alleen voor vrouwen
moeten worden opengesteld, waartegen het bezwaar bestaat,
dat op de tijden, dat de toeloop, zoowel van mannen als
vrouwen, het grootst zal zijn men denke bijv. aan de
avonduren en de Zaterdagmiddagen de beschikbare uren
nog over twee groepen van bezoekers zouden moeten wor
den verdeeld, met het gevolg, dat een druk gebruik der
inrichting aanmerkelijk zou worden belemmerd. De bouw
alleen van een mannenafdeeling zou trouwens toch reeds
ongeveer 70.000.kosten. Volledige uitvoering van het
geheele plan is dus, ook naar het oordeel van de Commissie
van Fabricage, verre te verkiezen boven gedeeltelijken bouw,
mede omdat het geenszins is uitgesloten, dat de kosten van
uitbreiding later naar verhouding meer zullen bedragen, dan
thans die van den algeheelen aanleg.
Thans rest ons nog te bespreken de wijze, waarop de
zweminrichting, komt zij tot stand, zal worden geëxploiteerd.
Het is ons daarbij aangenaam te kunnen mededeelen, dat
het Bestuur van de Leidsche Zwemclub in beginsel bereid
is zich met de exploitatie van de nieuwe zwemschool te
belasten. Deze bereidverklaring zal ongetwijfeld ook door
Uwe Vergadering op prijs worden gesteld. Hierdoor is immers
niet alleen een deskundig beheer der inrichting verzekerd,
maar ook mag worden verondersteld, dat de zwemplaats
zich onder de leiding en het toezicht van genoemd bestuur,
hetwelk getoond heeft veel voor de zwemsport te gevoelen
en zijn sporen op dit gebied heeft verdiend, in de goede
richting zal ontwikkelen en tot bloei gebracht zal worden.
Deze wijze van exploitatie verdient inderdaad de voorkeur
boven beheer rechtstreeks door de gemeente, zooals in het
overgelegde rapport van den Directeur der Gemeentewerken
d.d. 2 November 1922 nader is aangegeven. Te zijner tijd
zal met de Leidsche Zwemclub te dezen aanzien door Uwe