GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. N° 308
229
ISeiKOHEN STVKKm
N°. 365. Leiden, 27 November 1922.
De Commissie van Financiën heeft de eer IJ mede te
deelen, dat zij, indien de Eaad besluit tot verhooging van
de subsidie's aan het Burgerlijk Armbestuur en voor de
Vakschool der vereeniging tot bevordering van de opleiding
van instrumentmaker, tegen de daarbij behoorende begrootings-
regelingen geen bezwaar hebben.
Evenmin heeft de Commissie bedenkingen tegen de voor
gestelde kostelooze overname in eigendom en onderhoud
bij de gemeente van een gedeelte grond, kad. bekend
gemeente Leiden, Sectie K nis 3520 en 3073 ged. (Ingek.
Stukken No. 349).
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 366. Leiden, 27 November 1922.
In Uwe Vergadering van 28 Augustus j.l. werd besloten
tot de aanstelling in tijdelijken dienst van een Keuringsveearts
bij het Openbaar Slachthuis en den Keuringsdienst van vee
en vleesch, in het bijzonder voor de buitengemeenten, met
bepaling dat diens jaarwedde ƒ200.meer zou bedragen
dan die, welke een keuringveearts volgens staat D van de
algemeene salarisverordening geniet.
Ter voldoening nu aan art. 5 der verordening van
16 October 1922, betreffende het personeel verbonden aan
het Openbaar Slachthuis en den Keuringsdienst van vee en
vleesch, hebben wij de eer U, na raadpleging van de Com
missie van Beheer over die inrichting, de volgende voordracht
aan te bieden ter benoeming van een tijdelijk Keuringsvee-
arts bij het Openbaar Slachthuis en den Keuringsdienst van
vee en vleesch:
1°. G. J. FBOS, veearts, te Oude-Wetering;
2°. C. POSTMA, tijdelijk keuringsveearts te Amsterdam.
Bij verzoeken U alsnu tot eene benoeming over te gaan
en daarbij te bepalen dat zij voorloopig zal gelden voor
den tijd van één jaar en zal ingaan op een nader door ons
College te bepalen tijdstip.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 367. Leiden, 27 November 1922.
Ter vervulling van de vacature van Chef van de afdeeling
Bevolking der Gemeente-Secretarie, ontstaan tengevolge van
het aan den heer A. W. J. van Driesten als zoodanig
verleend eervol ontslag, is door ons College benoemd de heer
J. Diebeis, Chef van de afdeeling Bevolking, Statistiek en
Verkiezingen te Maastricht.
In de vacature van bezoldigd Ambtenaar van den Burger
lijken Stand, mede ontstaan door het aan den heer van
Driesten verleend eervol ontslag, zal echter door Uwe
Vergadering moeten worden voorzien.
En aangezien de beide betrekkingen steeds door denzelfden
persoon zijn bekleed, de bureaux „Bevolking" en „Burger
lijke Stand" in één bureau zijn vereenigd en de bezol
diging, aan de betrekking van Ambtenaar van den Burgerlijken
Stand verbonden, in mindering wordt gebracht van die van
den Hoofdambtenaar, Chef van de afdeeling Bevolking,
bevelen wij U den heer Diebeis voornoemd aan voor de
vervulling van de betrekking van bezoldigd Ambtenaar van
den Burgerlijken Stand dezer gemeente.
Ter voldoening echter aan art. 149 der Gemeentewet
bevelen wij in de tweede plaats aan den heer Mr. E. Schotman,
Eeferendaris ter Gemeente-Secretarie alhier.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 27 November 1922.
Bij een verzoek om goedkeuring van een verbouwings
plan van het perceel Vischmarkt No. 9/10 van de N.V.
Gebroeders Schlatmann's Confectie- en Goederenhandel „de
Faam", werd tevens het verzoek gedaan, om vergunning-
tot het maken van een lichtkolk en een stortkolk langs den
zijgevel van het perceel in de Stadhuispoort, waarvoor een
gedeelte van de poort in beslag zou moeten worden genomen.
Zooals U bekend is, is de Stadhuispoort aan de zijde van
de Vischmarkt afgesloten en als een binnenplaats van het
Stadhuis te beschouwen.
De beschikking op dit verzoek berust derhalve bij
Uwen Eaad.
De stortkolk moet dienen voor het nu en dan
brengen van brandstoffen in den kelder voor de centrale
verwarming van bovengenoemd perceel. Aangezien voor het
plaatsen van deze stortkolk bezwaarlijk een andere geschikte
plaats is aan te wijzen, komt het ons College en ook der
Commissie van Fabricage voor, dat het verzoek kan
worden toegestaan, indien de veiligheid van de in de poort
uitkomende bureaux van het Eaadhuis daardoor niet wordt
geschaad en ook overigens de noodige voorschriften tegen
verontreiniging van de poort worden in acht genomen.
Ook wat de lichtkolk betreft zullen de noodige voor
schriften voor de overdekking moeten worden gegeven.
De hierna te noemen voorwaarden zullen daarin o. i. ge
noegzaam voorzien. Voorts komt het ons billijk voor, dat
aan de tot wederopzeggens te verleenen vergunning de
betaling van eene jaarlijksche vergoeding ad 25.ten
behoeve van de gemeente wordt verbonden zoowel
met het oog op het meerdere toezicht dat gehouden moet
worden als wegens een erkenning van het gedoogen van
dezen op het Stadhuisterrein gelegden last.
In verband met dit laatste moeten wij nog het navolgende
opmerken.
Blijkens de tegenwoordige situatie van het perceel Visch
markt 9/10 zijn in den zijgevel van dat perceel in de Stad
huispoort twee kelderopeningen aanwezig; of hiervoor oudtijds
vergunning werd verleend, is ons niet bekend. Verder mogen
krachtens oude beschikkingen vanwege de gemeente verleend,
laatstelijk van 22 Januari 1833, tot wederopzeggens 3 lichtkozij-
uen met schuiframen op den bega-nen grond aanwezig zijn.Thans
echter zijn in dien gevel een 25-tal ramen geplaatst, waar
van 8 op den beganen grond. Het schijnt dat bij vroegere
verbouwingen de kelderopeningen en de meerdere ramen
zonder speciale vergunning zijn aangebracht ofwel dat ver
ondersteld is, dat in de goedkeuring van de bouwplannen
die voor het aanbrengen van deze werken begrepen was.
Bij de nu voorgenomen verbouwing van het perceel, zal
in de plaatsing der lichtramen in bedoelden zijgevel opnieuw
verandering worden gebracht en is wederom één lichtkozijn
meer op de eerste verdieping ontworpen.
Tegen deze wijziging c. q. uitbreiding van de lichtramen,
bestaat intusschen bij ons College geen bezwaar. Echter is,
evenals voor het aanbrengen van de licht- en stortkolk, ook
voor deze uitbreiding en verandering van het getal ramen,
de vergunning van Uwen Eaad noodig.
Teneinde nu duidelijk te doen uitkomen en vast te leggen,
dat de nu bestaande zoowel als de te scheppen toestand
zijn een gedoogen van de gemeente, tot wederopzeggens toe,
bindend ook voor de opvolgende eigenaren van het perceel
Vischmarkt 9/10, achten wij het raadzaam, de vergunningen
tot wederopzeggens te verleenen met vestiging van een
erfdienstbaarheid, ten behoeve van genoemd perceel en ten
laste van de Stadhuispoort en tegen betaling, wat de licht
en stortkolken betreft van eene recognitie van 25.en wat
de lichtramen betreft, van eene jaarlijksche recognitie van
b.v. ƒ1.
Eesumeerende, geven wij Uwe Vergadering mitsdien in
overweging te besluiten
A. aan de N.V. Gebroeders Schlatmann's Confectie- en
Goederenhandel „de Faam" en rechtverkrijgenden in den
eigendom van het perceel Vischmarkt 9/10 alhier, tot weder
opzeggens en behoudens rechten van derden, en met intrek
king van alle vroeger verleende vergunningen te dier zake,
vergunning te verleenen tot het hebben van een stortkolk
en een lichtkolk in de Stadhuispoort, onder de navolgende
voorwaarden
1°. dat de wanden der kolken worden gemaakt van klin
kers in sterke cementmortel, de kolken zelf worden afge
dekt met ijzeren luiken of met draadglas in ijzeren raam
werken van voldoende sterkte om de belasting te dragen
en dat de kolken overigens ten genoegen van Burgemeester
en Wethouders worden gemaakt en onderhouden;
2°. dat de afsluiting van de in de poort te maken stortkolk
alleen van de buitenzijde mogelijk zij en de sleutel daarvan
beruste bij het personeel, belast met de bewaking van het
Eaadhuis