MAANDAG 27 NOVEMBER 1922. 475 De Voorzitter. Als het in een bepaald geval noodig is, kunnen de stenogrammen woordelijk worden uitgewerkt, maar dat behoeft alleen dan te geschieden, als die uitgewerkte stenogrammen dienst moeten doen. Ik zou den dames en heeren in overweging willen geven te besluiten, zooals Burgemeester en Wethouders voorstellen. Gaat het niet goed, dan kunnen wij op ons pad terugkeeren. De leden, die het verslag niet wenschen te corrigeeren, kunnen verzoeken het hun niet te sturen. Het is geheel: vrijheid, blijheid De beraadslaging wordt gesloten. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt in stemming gebracht en met 19 tegen 7 stemmen aangenomen. Vóór stemmen: de heeren van Hamel, Meynen, Splinter, Oostdam, Wilbrink, Stijnman, Huurman, Bisschop, Heemskerk, Sanders, Eerdmans, Wilmer, Eikerbout, Pera. Bots, Mulder, Sijtsma, van der Lip en Kuivenhoven. Tegen stemmen: de heeren Kooistra, Piekaar, Groeneveld, van Eek, Mevr. DubbeldemanTrago, de heeren van Stralen en Knuttel. XVI. Praeadvies op het adres van H. G. van de Sande Bakhuyzen e. a., in zake het verspreiden van verbrandings producten door de Electrische Centrale en de Vuilver branding. (Zie lng. St. No. 358.) De beraadslaging wordt geopend. De heer Eerdmans. M. d. V. Is het al te zeggen wanneer die bevrijdende inrichting zal worden aangebracht? In uitzicht is gesteld, dat een stofafzuiger zal worden aangeschaft, maar het zal nog wel lang duren eer dat die inrichting er is. Degenen, die in de omgeving van de fabriek wonen, klagen steen en been. De Voorzitter. Gij ziet, dat zij hoofdzakelijk ten onrechte klagen. De heer Eerdmans. Ik heb gezien, dat er terecht geklaagd wordt, aan het aantal projectielen, dat in die omgeving is opgehoopt. Ik heb vroeger ook in die omgeving gewoond en toen wel vele roetvlokken gevonden, maar niet zulke zware lichamen als daar tegenwoordig neerkomen. Het praeadvies wordt zeer gewaardeerd, omdat het blijk geeft van een grondig onderzoek, dat heeft plaats gehad, maar nog meer zou men het waardeeren, als dat zuigapparaat, dat de stukken weet binnen te houden, spoedig kwam. Ik weet niet wanneer dit zal zijn en daarom stel ik mijn vraag. De heer Bots. M. d. V. De bedoeling is het met bekwamen spoed daar te stellen. In verband met het onderzoek is er eenige tijd overheen geloopen, maar vrijwel is besloten een dergelijk afzuigapparaat aan te brengen. De heer Eerdmans. M. d. V. Ik mag er wel even den nadruk op leggen ik moet eenigszins voorzichtig zijn dat, waar de Wethouder heeft gezegd, dat er »vrijwel besloten" is, dit in officieele taal, in het stenografisch verslag vastgelegd, zoo zou kunnen worden uitgelegd, dat er niet besloten was. De heer Bots. M. d. V. Laat ik zeggen, dat, zoodra het met mogelijkheid kan geschieden, de zaak in orde komt. De beraadslaging wordt gesloten waarna zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders wordt besloten. XVII. Voorstel: a. tot kostelooze overname in eigendom en onderhoud bij de gemeente van een gedeelte grond, Kad. bekend ge meente Leiden, Sectie K nis 3520 en 3073 ged. b. tot vaststelling van een ontwerp tot herziening van het uitbreidingsplan der gemeente beoosten den Zijlsingel en van een uitbreidingsplan in de z.g. Waard. (Zie lng. St. No. 349.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XVIII. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 11 November 1909 (Gem.blad No. 23), regelende het onderwijs aan spraakgebrekkige kinderen te Leiden. (Zie lng. St. No. 363.) Algemeene beschouwingen worden niet gehouden. De artikelen I en II worden achtereenvolgens zonder be raadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. Beraadslaging over art. III, luidende: Artikel 3 wordt gelezen als volgt: »Het onderwijs door de hoofdonderwijzeres wordt gegeven na afloop van de gewone schooltijden in een der lokalen van het Elisabeths-Gasthuishof, plaatselijk gemerkt No. 16; dat door de andere onderwijzeressen of onderwijzers vóór of na de gewone schooltijden in een lokaal der betrokken schooi of van een der betrokken scholen." De heer Oostdam. M. d. V. In dit artikel wordt gezegd, dat het onderwijs aan spraakgebrekkige kinderen kan gegeven worden vóór of na de gewone schooltijden. Nu is mij gebleken, dat dit onderwijs, wanneer het vóór de gewone schooltijden gegeven wordt, niet altijd goed tot zijn recht komt, omdat de ouders in deze niet steeds voldoende medewerkende kinderen moeten dan een half uur eerder komen, maar dit geschiedt niet immer even prompt. Daarom leek het mij aanvankelijk beter om in dit artikel de woorden »vóór of" te laten vervallen. Het is echter mogelijk dat er redenen kunnen zijn om het onderwijs vóór de gewone schooltijden te geven en nu heb ik gedacht over een meer soepele regeling, waarbij gesproken wordt van »als regel na de gewone schooltijden". Hierdoor blijft altijd nog de moge lijkheid open om, waar het noodzakelijk mocht wezen, dit onderwijs te geven vóór schooltijd, maar in elk geval moeten dan aan de betrokken autoriteiten de redenen daarvoor opge geven worden. De heer van der Lip. M. d. V. Ik gevoel niet veel voor de wijziging, die de heer Oostdam aanbeveelt. Het komt wel ongeveer op hetzelfde neder, maar ik zou zeggen: wij moeten aan de hoofden en aan de betrokken onderwijzers en onderwijzeressen overlaten te bepalen wanneer dit onderwijs gegeven zal worden, vóór of na den schooltijd. Er is geen enkele reden om vast te leggen, dat het per se moet gegeven worden na den schooltijd. Voor zoover ik weet wordt aan bijna alle scholen dit onderwijs gegeven na schooltijd en slechts in een zeer enkel geval vóór den schooltijd. Er kunnen bijzondere omstandigheden zijn waarom het beter is dit onderwijs vóór den schooltijd te geven. Ik zou daaromtrent geen bepaalden regel willen stellen, maar het willen overlaten aan de betrokken personen. Hier komt nog iets bij. Als aangebracht werd de wijziging, die de heer Oostdam aangeeft, en gelezen werd: »als regel na de gewone schooltijden", dan zou de gelegenheid geopend worden om dit onderwijs bijvoorbeeld te geven op de vrije middagen, en daarvoor zou toch ook de heer Oostdam niet zijn. Dit onderwijs moet aansluiten aan den gewonen school tijd; het moet gegeven worden öf daarvóór óf daarna, maar niet op andere uren. Dan zou er niet veel van terecht komen. Het is altijd zoo geweest en het heeft in de practijk nooit tot bezwaar aanleiding gegeven, en waar dit onderwijs toch al in den regel na de gewone schooltijden gegeven wordt, zie ik geen reden om er verandering in te brengen. Ik zou de betrokken personen daarin vrij willen laten. De beraadslaging wordt gesloten en artikel III zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Artikel IV wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stem ming aangenomen, waarna de geheele verordening zonder hoofdelijke stemming wordt vastgesteld. (De heer Knuttel had de vergadering inmiddels verlaten.) XIX. Praeadvies op het verzoek van J. Romanesko, om eervol ontslag als Directeur van den Markt- en Havendienst. (Zie lng. St. No. 359.) De beraadslaging wordt geopend. De heer Sijtsma. M. d. V. Acht u het ook niet beter met het oog op het voorstel, dat ik heb ingediend, om dit punt te laten volgen op punt 20 van de agenda? De Voorzitter. De heer Sijtsma mag het volgend punt gelijktijdig bespreken. Ik doe alleen opmerken, dat naar mijn inzien er tusscher. beide punten geen verband bestaat, omdat de heer Romanesko, omdat hij afgekeurd is, staat op zijn ontslag. De heer Sijtsma. M. d. V. Zou men den heer Romanesko niet kunnen bewegen tijdelijk op zijn voornemen terug te komen en nog bijvoorbeeld twee maanden aan te blijven? De Voorzitter. De heer Romanesko treedt af met het oog op zijn gezondheidstoestand. Hij staat er op om ontslag te krijgen nu hij recht heeft op pensioen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1922 | | pagina 13