472 MAANDAG 27 NOVEMBER 1922. waar Burgemeester en Wethouders kort geleden gunstig hebben gepraeadviseerd ten opzichte van een aanvrage tot het plaatsen van een bloemen-kiosk op den Apothekersdijk, wil ik toch doen opmerken, dat het argument, hetwelk Burgemeester en Wethouders thans aanvoeren, dat sigaren en chocolade even goed in een winkel kunnen worden gekocht, evenzeer gold voor den bloemenverkoop, omdat er in Leiden een massa bloemenwinkels zijn. Deze zelfde opmerking geldt voor de benzine-kiosken, want er staat er zelfs een tegenover de garage van een automobielenzaak, waar men eiken dag benzine kan koopen. Men moet een vaste lijn in deze trekken en dat schijnt hier niet te geschieden. Misschien zal men aanvoeren, dat voor de kiosken, die reeds zijn geplaatst, iets voor de huur van den grond aan de gemeente wordt betaald, maar ook dat argument gaat niet op, want ook in dit geval zou men eenige huur kunnen vragen. Ik hoop dus een antwoord te ontvangen op mijn vraag welke lijn wordt gevolgd, als dergelijke verzoeken inkomen. De heer Heemskerk. M. d. V. Ik kan mij geheel vereeni gen met het praeadvies van Burgemeester en Wethouders, maar niet op de gronden, welke het college zelf aanvoert. Den vorigen keer, toen het ging over het plaatsen van een bloemententje op den Apothekersdijk, heb ik tegen het praeadvies van Burgemeester en Wethouders gestemd, omdat *ik voorzag, dat meerdere aanvragen voor andere doeleinden zouden inkomen. Waar Burgemeester en Wethouders zeggen, dat het beperkt moet worden tot bloemen, couranten en dergelijke artikelen, ben ik dat met hen niet eens, want naar mijn meening moeten dergelijke vergunningen in het geheel niet gegeven worden, juist met het oog op de bestaande winkels, die op lasten zitten en aan welke door dergelijke kiosken een oneerlijke concurrentie wordt aangedaan. Het gesprokene door den heer Sijtsma heeft mij verwon derd. Den vorigen keer, toen ik een soortgelijke opmerking maakte als thans, weid het door den heer Sijtsma benepen en kleinsteedsch gevonden om zulk een bloemenkiosk niet toe te laten en thans vraagt hij zelf welke lijn Burgemeester en Wethouders ten opzichte van aanvragen tot het plaatsen van kiosken volgen. Ik kan mij indenken, dat de houding, welke de heer Sijtsma de vorige maal heeft ingenomen, in strijd is met hetgeen hij thans aan zijn betoog heeft toegevoegd, namelijker zijn bloemenwinkels genoegWelnu, dan had hij de vorige maal ook moeten stemmen tegen het verleenen van een vergunning tot het plaatsen van een bloemenkiosk. De heer Mulder. M. d. V. Wat de heer Heemskerk zegt over de houding van den heer Sijtsma moge juist zijn, ik wil mij daarin niet mengen, want het is mogelijk, dat de heer Sijtsma zich op dit punt heeft herzien. De heer Sijtsma. Er is niets te herzien. De heer Mulder. Wij hebben al eens een aanvrage voor plaatsing van een kiosk voor den verkoop van andere artikelen gehad en die is afgewezen. Burgemeester en Wethouders vinden, dat het geheel iets anders is, dat er een bloementent staat dan dat er speciaal een winkeltent staat. Nu kan men wel zeggen, dat o»k bloemen wel in winkels zijn te koopen, maar wij weten allen, dat er geen enkele stad in het land is waarom zou Leiden in dat opzicht een uitzondering moeten maken waar men niet langs de straat een bloemen tent aantreft. Er worden daar geen reuzenbouquetten en reuzenbloemenmanden verkocht, maar bet is een gelegenheid, waar men zoo even in het voorbijgaan een bloempje koopt. Het is een geheel ander soort van tent dan de winkeltenten. Ik geloof niet, dat Burgemeester en Wethouders in deze stelselloos te werk gaanintegendeel, zij gaan van het stand punt uit, dat die dingen in het algemeen moeten worden gekeerd, maar dat een enkel bloemententje niet veel uitmaakt. De heer Eerdmans. M. d. V. Ik zou aan Burgemeester en Wethouders willen vragen wat zij bedoelen met «dergelijke artikelen". Zij vinden het wel geoorloofd kiosken te plaatsen tot den verkoop van bloemen, couranten en dergelijke artikelen, en nu kan ik mij voorstellen, dat adressant sigaren en chocolade tot «dergelijke artikelen" rekent, want sigaren en chocolade worden veel in kiosken gekocht, zoowel in binnen- als in buitenland. Het is gewenscht te weten, ook met het oog op toekomstige aanvragen, wat Burgemeester en Wethouders met die woorden bedoelen. De heer Sijtsma. M. d. V. Ik wil alleen zeggen, dat ik niets te herzien heb, maar ik zou wel wenschen, dat de Wethouder, als hij weder antwoord geeft op vragen, dan zelf eens ter plaatse gaat zien, want als hij bijvoorbeeld eens op den Apothekersdijk gaat kijken, dan zal hij in de tent daar zien dat men daar alles op het gebied van bloemen en planten- versiering kan bestellen zooals in een winkel. Die man is er geheel op ingericht. Ik meen, dat, waar men voor bloemenverkoop vergunning geeft, in dit geval ook een vergunning moet gegeven worden als het sigaren of chocolade geldt. De Voorzitter. Het is hier eigenlijk meer een quaestie van gevoel en het valt niet altijd nauwkeurig te definieeren, voor welke artikelen vergunning tot verkoop in een kiosk verleend moet worden. Bloemen zijn het gewone artikel voor verkoop in zoo'n kiosk. Zooals ik zeide, het is zeer moeilijk aan te geven wat onder «en dergelijke" te verstaan is; zoo pas heb ik nog benzine hooren noemen. Ik zou zeggen, laat men de voordracht op zich zelf bekijken en beoordeelen; dan kan men haar aannemen of verwerpen, maar Burgemeester en Wethouders kunnen niet van al die kleinigheden tekst en uitleg geven. Als er zulk een aanvraag komt, dan maken wij zelf uit, of dat kwaad of goed te achten is. Men moet vragen: doet men iets billijks of onbillijks? en dat moet men in elk geval op zich zelf beoordeelen. Telkens als een dergelijk verzoek ons bereikt, moeten wij er toch mede bij den Raad komen en men kan dan op elk verzoek op zichzelf een beslissing nemen. De beraadslaging wordt gesloten waarna zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten wordt. X. Voorstel tot verhuring van het perceel teelland nabij den Warmonderweg, Sectie P nis. 99 en 103, aan G. Lubbe Thzn. (Zie Ing. St. No. 357.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XI. Voorstel om het voorschrift van art. 9 der verordening op de Brandweer, in zake de leeftijdsgrens van de kaderleden, nog tijdelijk buiten toepassing te laten. (Zie lng. St. No. 355). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XII. Voorstel tot wijziging van de begrooting, dienst 1922, in verband met de verhooging der subsidie aan het Burgerlijk Armbestuur. (Zie Ing. St. No. 348.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XIII. Voorstel: a. tot voorloopige nadere vaststelling van de gemeentelijke subsidie over 1921 voor de Vakschool der vereeniging tot bevordering van de opleiding van instrumentmakers b. tot vaststelling van den desbetrefïenden begrootingsstaat. (Zie Ing. St. No. 350.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XIV. Voorstel tot het doen rooien en verkoopen van eenige boomen aan het einde van de Heerenstraat. (Zie Ing. St. No. 356.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XV. Voorstel inzake de opdracht van de levering van de Ingekomen Stukken en van een gedrukt steno-analytisch verslag van de Handelingen van den Gemeenteraad, aan de N.V. Boek-, Courant- en Handelsdrukkerij v.h. J. J. Groen en Zoon. (Zie Ing. St. No. 353.) De beraadslaging wordt geopend. De heer van Eck. M. d. V. Ik kan mij voorstellen, dat Burgemeester en Wethouders met dit voorstel zijn gekomen, omdat inderdaad de kosten verbonden aan het stenographisch verslag, met alle drukkosten, zeer hoog zijn, en ik geef toe, dat alles wat hier besproken wordt niet zoo belangrijk is, dat het voor de eeuwigheid behoeft bewaard te blijven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1922 | | pagina 10