352
MAANDAG 7 AUGUSTUS 1922.
kuipbaden 350.—de kuipbaden per abonnement 55.—
en de schoolbaden 1500.—totaal 4005.De uitgaven
zijn over dit jaar geraamd op 10500.er moet dus bij
gepast worden boven de bijdrage, die geraamd was op 4020.
nog 2480.
Ten slotte dit. Het was wel mogelijk geweest om dit antwoord
in druk te geven, maar wij meenden, dat dat onnoodig kosten
zou veroorzaken. Het is ook geen gewoonte. Dan zouden wij
al onze antwoorden wel kunnen laten drukken; dat zou niet
opgaan. De Raad krijgt nu toch de juiste cijfers voor zich
in het Raadsverslag.
De heer de Lange. M. d. V. Het is betamelijk dat ik
Burgemeester en Wethouders dank zeg voor de verstrekte
inlichtingen, wat ik dan ook bij dezen doe. Het stelt mij eeniger-
mate te leur dat Burgemeester en Wethouders niet hebben
kunnen voldoen aan mijn verzoek om het antwoord in de
Ingekomen Stukken op te nemen, maar ik moet natuurlijk
genoegen nemen met den vorm, waarin het antwoord gegeven
is en onderschrijf de opmerking van den Wethouder, dat het
antwoord ook zal komen in het verslag van deze Raadszit
ting, hetgeen tengevolge heeft dat er ook geen besparing is. Ik
zal nu, hoewel ik de cijfers gevraagd heb met de bedoeling om
op de hoogte te komen van de stichtingskosten en het tekort op
de exploitatie, over die cijfers geen beschouwingen houden, in
het vertrouwen dat mij daarvoor, als ik er behoefte toe gevoel,
in een volgende vergadering wel gelegenheid zal worden
gegeven.
Alleen zou ik nog dit aan den Wethouder willen vragen.
Hij noemt vier rubrieken: bestekwerk 45066.59, werk bui
ten het bestek 16126.84, extra werk 1032,26| en riolee-
ring en bestrating 6764.38L Wat valt nu onder de tweede
rubriek; dat heb ik niet goed begrepen.
De heer Mulder. M. d. Y. Men is begonnen aan dat werk
volgens een indertijd ontworpen bestek, maar daarin zijn
veranderingen gebracht zooals dat wel meer met bestekken
gebeurt. Dat is geschied bijvoorbeeld voor de installatie van
verwarming enz. en de kosten daarvan zijn geweest 16126.84.
De heer Splinter. M. d. Y. Ik zou het antwoord van den
Wethouder wenschen te verduidelijken. In die tweede rubriek is
opgenomen bijvoorbeeld een post van ongeveer 10500 voor
de gasverwarming. Die heeft nimmer in het bestek gestaan
en daarom is een aparte rubriek gemaakt om eventueel te
kunnen aantoonen wat de bouwkosten zijn geweest. In het
bestek zelf is geen wijziging gebracht waardoor het werk
duurder is geworden. Voor meerder werk is alleen besteed
de 1032.26|, maar in de 16126,84 zit behalve de ver
warming ook de inrichting der schoolbaden en het geheele
meubilair.
De Voorzitter. Heeft iemand nog iets in het midden te
brengen in het belang van de gemeente?
De heer de Lange. M. d. V. Ik heb gelezen in Ingekomen
Stuk no. 211, dat de Commissie van Financiën adviseert de
discussie en de beslissing over »deze zaak" uit te stellen tot
de behandeling van de begrooting, maar er is uit dat stuk
niet op te maken welke zaak dit betreft.
De Voorzitter. De zakelijke belasting.
De beer Bisschop. M. d. V. Toen ik zooeven bij de stem
ming over het voorstel in zake de werkverschaffing voor
sigarenmakers afwezig was, is de opmerking gemaakt, dat ik
zeker moedwillig de vergadering had verlaten. Ik was echter
toevallig afwezig en onderstelde, dat de Wethouder nog de
sprekers zou beantwoorden. Ik stel er prijs op te verklaren,
dat ik, indien ik aanwezig was geweest, het voorstel van
Burgemeester en Wethouders zou hebben gesteund.
De heer Dubbeldeman. M. d. V. Ik zou den Wethouder
van de Volkshuisvesting willen vragen, hoe het staat met de
praeadviezen van het college op mijne voorstellen in zake de
volkshuisvesting, welke mij bij de behandeling der begrooting
zijn toegezegd. Dat is nu ongeveer 9 maanden geleden en
wij zijn thans bijna weder aan de behandeling der begroo
ting toe.
Kunnen wij de verschijning van die praeadviezen nog dit
jaar tegemoet zien of zal het niet meer kunnen
De heer Mulder. M. d. V. Zou de heer Dubbeldeman willen
verduidelijken wat hij bedoelt?
De heer Dubbeldeman. M. de V. Ik heb bij de begrooting
twee voorstellen ingediend; vooreerst een voorstel om 100
huizen te bouwen op de gewone manier, zooals een bouwver-
eeniging dat doet; en verder om 100 huizen te bouwen,
welke zouden kunnen dienen als reserve-woningen, om de
gemeente in de gelegenheid te stellen krotten af te breken.
De heer Mulder. Ik kan den heer Dubbeldeman dit
antwoorden.
Na vele moeilijkheden en na veel heen en weder schrijven
en bespreken zijn wij nu zoover gekomen, dat wij van het
Rijk een toeslag krijgen voor den bouw van 68 of 69 woningen,
verdeeld over twee vereenigingen. Meer kunnen wij op dit
oogenblik niet gedaan krijgen.
Er is groote haast bijde Minister heeft geschreven, dat
de aanbesteding reeds vóór 1 October moet plaats hebben.
Vandaar dat die beide vereenigingen aangeschreven zijn om
met bekwamen spoed te werken.
Wat betreft de reserve-woningen, die gesticht moeten worden
in verband met het opruimen van krotten, deze zaak verkeert
momenteel in een ver gevorderd stadium van voorbereiding.
Er wordt ernstig aan gewerkt en wij zoeken naar den besten
weg om zoo niet 100 dan toch een tamelijk groot aantal van
die woningen te krijgen en aldus tot een zekere oplossing
te komen.
De heer Dubbeldeman. M. d. V. Ik dank den Wethouder
zeer voor zijn antwoord.
De heer Piekaar. M. d. V. Ik wil Burgemeester en Wet
houders verzoeken eens een onderzoek in te stellen naar de
wijze, waarop dit jaar de asfalteering van den Witten Singel en
den Maresingel geschiedt of geschied is.
Het is meer dan ergerlijk en ik zou het wenschelijk achten
dat men, wanneer het niet anders kon dan op dit oogenblik
geschied is, overging tot begrinting. De menschen in die
buurten komen zoo wat allen onder het teer thuis; kleeding,
meubelen, alles zit onder het teer.
Er komt bij, het wandelpad, dat rechts van den Maresin
gel ligt als men van de Heerenpoort af komt, wordt stuk
gereden. Men kiest eenvoudig dien asfaltweg niet; ook niet
voor het rij verkeer en daarom gaat men op het wandelpad.
Dat veroorzaakt niet alleen gevaar voor het publiek, maar
ook kosten voor de gemeente, want dat pad wordt gewoon
vernield.
Ik zou dus het college willen verzoeken een onderzoek te
doen instellen en verbetering in dien toestand aan te brengen.
De heer Mulder. Van hetgeen de heer Piekaar heeft gezegd
is helaas zeer veel waar. Hij maakt het wel wat te sterk,
maar in hoofdzaak is het juist.
Het betreft hier niet asfalteeren maar teren. Nu hebben
wij het helaas dit jaar bitter ongelukkig getroffen. Dat teren
kan feitelijk niet met goed succes gedaan worden, als men
niet eenige dagen achtereen droog warm weer heeft, en nu
weet de heer Piekaar dat wij het in dit opzicht bijzonder
ongelukkig getroffen hebben. Met het teren aan den Witten
Singel is het ook slecht gegaan. Als wij ons niet aan misluk
king willen blootstellen moeten wij het niet doen en weer
gaan begrinten, maar de aanvankelijke proeven zijn vrij goed
gelukt. Verleden jaar met de droogte hadden wij wellicht
meer succes gehad.
Niemand meer het woord verlangende, sluit de Voorzitter
de vergadei'ing.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.