159 Art. 2. De vergaderingen der commissie worden gehouden in een der lokalen van het Raadhuis. De gewone vergaderingen worden gehouden op den eersten en den derden Dinsdag van iedere maand en vangen aan des avonds te half negen uren precies. Voor deze vergade ringen geschiedt geene oproeping. Voor buitengewone vergaderingen worden de leden schrif telijk opgeroepen en wel, spoedeischende gevallen uitgezonderd, ten minste 2 x 24 uren te voren. De leden, die op eene vergadering niet kunnen verschijnen, zullen dit, zoo mogelijk, vooraf aan den Secretaris berichten. Art. 3. Bij het ontstaan eener vacature in de commissie geeft de Secretaris daarvan onmiddellijk kennis aan Burgemeester en Wethouders. Art. 4. Ter vervanging van den Voorzitter en den Secretaris bij ontstentenis of verhindering benoemt de commissie uit haar midden een Vice-Voorzitter en een 2en Secretaris. Voorzitter en Vice-Voorzitter, Secretaris en 2e Secretaris treden telken jare af in de eerste vergadering der maand Maart. Art. 5. De commissie kan alleen dan geldige besluiten nemen, wanneer ten minste vijf leden tegenwoordig zijn. Art. 6. De commissie besluit en benoemt met volstrekte meerder heid van stemmen der aanwezige leden; over zaken wordt mondeling, over personen schriftelijk gestemd met niet onderteekende briefjes. Staken de stemmen, dan beslist bij een mondelinge stem ming de door den voorzitter uitgebrachte stem. Wanneer bij een stemming over personen niemand bij eerste stemming de volstrekte meerderheid verkrijgt, dan wordt herstemd tusschen de twee of meer personen, d'e de meeste stemmen verkregen hebben. Hij, die bij de herstemming het grootste aantal stemmen verkrijgt, is gekozen. Staken in dat geval de stemmen, dan beslist het lot. Art. 7. Alle stukken, waarvan de commissie meent, dat zij niet door middel v£.n de posterijen besteld, maar uitgereikt be lmoren te worden, worden ter secretarie der gemeente be zorgd, waar voer de uitreiking wordt zorg gedragen. Blijkt dit wegens onbekendheid dergenen, aan wie de stukken gericht zijn, niet mogelijk, dan worden die stukken aan den Secretaris der commissie teruggezonden. De Secretaris der commissie teekent op ieder stuk, door hem ter uitreiking op de gemeente-secretarie bezorgd, den datum van de bezorging aan. Art. 8. Alle bij de commissie inkomende stukken worden door den Secretaris, in de orde waarin zij inkomen, van een volgnummer voorzien. Hij schrijft dat nummer en den korten inhoud van het stuk in een door hem geregeld bij te houden boek. De ingekomen stukken worden bewaard in het archief der commissie, dat door den Secretaris wordt beheerd. Alle stukken, van de commissie uitgaande, worden door den Secretaris eveneens van een volgnummer voorzien. Ook dat nummer en de inhoud van het stuk, geheel of verkort, al naar gelang het belang der zaak zulks vordert, worden door hem in een tweede, geregeld bij te houden, boek ingeschreven. Art. 9. De Secretaris houdt voorts twee gepagineerde registers. Het eerste is bestemd tot het geregeld inschrijven van iedere bemoeiing der commissie omtrent kinderen, die, leerplichtig zijnde, geen lager onderwijs ontvangenhet tweede is bestemd tot het geregeld inschrijven van iedere bemoeiing der commissie omtrent kinderen, die leerplichtig zijnde en lager onderwijs ontvangende, de school niet geregeld bezoeken. Bij de eerste inmenging der commissie, een leerplichtig kind betreffende, krijgt dat kind een hoofd in het op het geval betrekking hebbende register. Onder dat hoofd worden tevens geboekt de namen, voornamen, het beroep en de woonplaats van de personen op wie ten opzichte van dat kind de verplichtingen rusten, bij de Leerplichtwet opgelegd. Op elk dier beide registers wordt een klapper gehouden, waarin wordt ingeschreven de familienaam van het kind met bijvoeging van de voornamen en het nummer der op het kind betrekking hebbende bladzijde van het register. Art. 10. De Secretaris is belast met het notuleeren van het in iedere vergadering behandelde. Deze notulen worden in een daarvoor bestemd register ingeschreven en in de volgende vergadering voorgelezen. Ha goedkeuring en vaststelling door de commissie worden zij door den Voorzitter en den Secretaris onderteekend. Art. 11. Wanneer iemand naar aanleiding van art. 18 1 of art. 19 1 der Leerplichtwet opgeroepen, maar niet voor de com missie verschenen is, kan de Voorzitter der commissie een of meer leden aanwijzen voor het instellen van een onder zoek. Onmiddellijk nadat die opdracht is vervuld, wordt daarvan kennis gegeven aan den Secretaris der commissie. Art. 12. De onvermijdelijk door de commissie te maken kosten worden haar door de gemeente vergoed. Jaarlijks in de maand Januari dient de commissie bij Burgemeester en Wethouders een staat in van de door haar in het afgeloopen jaar gedane uitgaven, vergezeld van de noodige bescheiden tot staving daarvan. Aan den Secretaris der commissie kan uit de gemeente kas een voorschot worden verstrekt, tot een door Burge meester en Wethouders te bepalen bedrag, ter voorloopige bestrijding van de in de le alinea bedoelde kosten. IV. te rekenen met ingang van 1 Januari 1922 voor de Oommissie tot wering van Schoolverzuim: a. de belooning van den Secretaris te bepalen op 500. per jaar, b. het gezamenlijk bedrag der presentiegelden voor alle 9 leden vast te stellen op 675.per jaar en c. de vergoeding voor bureaukosten te bepalen op 100. per jaar. V. de ingevolge sub IV voor 1922 meer benoodigde gelden ad 775.te onzer beschikking te stellen, door vaststelling van den hierbij overgelegden staat van af- en overschrijving dienst 1922. Op den post voor Onvoorziene Uitgaven, waarvan dit bedrag van 775.wordt afgeschreven, is nog ƒ52790.50 beschikbaar. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. H°. 241. Leiden, 19 Augustus 1922. Krachtens Uw besluit van 20 Februari j.l. (Ingek. Stukken Ho. 45) is door ons aan de eigenaren van aan de Schelpenkade gelegen perceelen, die zich met een verzoek om kostelooze overneming in eigendom en onderhoud bij de gemeente van dien weg tot U hadden gewend, bericht, dat Uwe Vergadering bereid was daartoe te besluiten, indien door of vanwege een of meer eigenaren van bedoelden weg een bedrag ten beloope van de helft van de totale kosten der wegverbetering, welke helft werd begroot op 1563.binnen een door ons College te bepalen termijn in de gemeentekas werd gestort. Uit door ons van de zijde der belanghebbenden ontvangen mededeelingen blijkt thans, dat het overgroote deel der be trokken eigenaren tot betaling van hun aandeel in de kosten bereid is. Slechts één eigenaresse is vooralsnog ongenegen het van haar verlangde aandeel in de gemeentekas te storten, terwijl een eigenaar in staat van faillissement is verklaard en dus momenteel niet bij machte is de gevraagde som te betalen. De eigendom van beide laatstbedoelde eigenaren strekt zich uit over resp. 15 en 51 M2., zoodat aan het totale dezerzijds gevorderde bedrag van 1563.over 521 M2. voorshands nog 66 x 3.of 198.ontbreekt. Met de Commissie van Fabricage meenen wij, dat alsnu tot overneming van de Schelpenkade kan worden over gegaan, behalve dan voorloopig van de aan de beide zoo even bedoelde eigenaren toebehoorende perceelen, kadastraal bekend Sectie M. nis. 415 en 427 (ged.), welker overdracht intusschen na verloop van tijd wellicht eveneens zal kunnen plaats vinden. Met het oog op de uitvoering van het door U te nemen besluit hebben wij ons voorstel ten aanzien van de over te nemen perceelen in drieën gesplitst. Wij geven U thans in overweging:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1922 | | pagina 17