MAANDAG 25 JUNI 1922.
289
Zitting van Maandag 26 Juni 1932.
Geopend des namiddags te twee uur.
Voorzitter: de Wethouder Mr. J. C. VAN DEE LIP.
Te behandelen onderwerpen:
1° Praeadvies op het verzoek van den heer Dr. J. W. Lely
om eervol ontslag als leeraar in de oude talen aan het
Gymnasium. (181)
2° Praeadvies op het verzoek van den heer M. van Wamelen
om eervol ontslag als Hoofd der Jongensschool le klasse.
(182)
8° Praeadvies op het verzoek van den heer A. W. J. van
Driesten om eervol ontslag als bezoldigd Ambtenaar van
den Burgerlijken Stand. (183)
4° Praeadvies op het verzoek van den heer J. C. Pieterse,
om alsnog goed te keuren, dat het schuurtje op het
perceel aan den Hoogen Rijndijk N°. 42a, van hout is
gemaakt. (184)
5° Voorstel tot verhooging van eenige posten der begrooting,
dienst 1922, waarvan de raming te laag is gebleken.
(186)
6° Voorstel tot wijziging van de begrootingen, dienst 1921
en 1922, in verband met de storting der waarborgsommen
door verschillende schoolbesturen. (187)
7° a. Herstemming over het amendement van den heer van
Eek op de conclusie sub b van het voorstel tot nadere
vaststelling van den prijs van het gas.
b. Voortzetting van de behandeling van het voorstel tot
nadere vaststelling van den prijs van het gas. (171)
8° Voortzetting van de behandeling van het voorstel in zake
de reorganisatie van het Openbaar Lager Onderwijs. (158)
9° Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe
belasting, diensten 19191920 en 19201921. (185)
10° Interpellatie van den heer Piekaar, in zake het uit
voeren van timmerwerk door krachten van buiten de ge
meente.
Tegenwoordig zijn 29 leden, namelijk de heeren: van Eek,
Bisschop, Sanders, Eerdmans, Jan de Lange, mevrouw Dubbelde-
manTrago, de heeren Schoueveld, Heemskerk, Pera, Mulder,
Bots, mevrouw van Itallievan Embden, de heeren A. Eiker
bout, Wilbrink, Splinter, Kuivenhoven, Meijnen, Wilmer,
Huurman, Sijtsma, van Stralen, Oostdam, Stijnman, de Lange,
van der Lip,'Piekaar, Knuttel, Groeneveld en van Hamel.
Afwezig: de Burgemeester wegens uitstedigheid, de heer
F. Eikerbout wegens uitlandigheid en de heer Dubbeldeman
wegens ongesteldheid.
De notulen van het verhandelde in de vergadering van
49 Juni 1922 worden goedgekeurd.
De Voorzitter legt over:
1°. Rekening, dienst 1921, van de Stedelijke Werkinrichting.
Wordt gesteld in handen van de Commissie van Financiën.
2°. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe
belasting.
Worden gesteld in handen van de Reclamecommissie.
3°. Voorstel van den heer A. Eikerbout, in zake loonregeling
van het verplegend personeel in de gestichten Endegeest c.a.
Dit voorstel luidt als volgt:
Aan den heer Voorzitter van den Raad
der Gemeente Leiden.
Edelachtbare,
Bij de behandeling van het verzoek van het Hoofdbestuur
van den Centralen Nederlandschen Ambtenaarsbond om her
ziening van de salarisregeling verplegend personeel Endegeest"
c.a., heeft U. E.A. in de Raadszitting van 15 Mei j.l. o.a.
gezegd: »Hebben de stukken ter visie gelegen, dan kan ieder
lid van den Raad desgewenscht een voorstel doen."
Naar aanleiding hiervan verzoek ik U beleefd, het volgende
voorstel in den Raad aan de orde te willen stellen.
De loonregeling voor leerlingen A. 1, A. 2 en Gediplomeerden
A. 3, werkzaam in de gestichten »Endegeest" c.a., worde als
volgt vastgesteld:
Leerlingen A 1
Leerlingen A 2
Gediplomeerden A 3
550.—
700.—
800.—
550.—
700.—
1200.—
32.-
40.—
Ondergeteekende merkt hierbij ter toelichting op, dat eene
dergelijke regeling is vastgelegd voor de gestichten »Het
Oude en Nieuwe Gasthuis" te Zutfen, »Het Apeldoornsche
Bosch" te Apeldoorn en »Het St. Elisabethsgasthuis" te
Deventer.
Bij deze gestichten kwam zoodanige regeling tot stand door
onderling overleg van directies en organisaties.
Door tot stand koming van de voorgestelde regeling zal
ongetwijfeld het groote verloop van personeel zeer verminderen.
Bovendien zal door de betere positie, welke alsdan in uit
zicht gesteld wordt, het peil der sollicitanten stijgen, wat den
patiënten en den naam van het gesticht zeer ten goede zal
komen.
Waar U. E. A. bij dezelfde gelegenheid, als in den aanhef
dezes bedoeld, zeidet, dat het thans heusch de tijd niet is om
salarissen te gaan verhoogen, meent ondergeteekende te moeten
opmerken, dat de financiëele toestand van Endegeest c.a.
zoodanig is, dat een bescheiden verhooging als hier voor
gesteld, alleszins gewettigd is. Gevraagd mag zelfs worden of
het wel toelaatbaar is, dat bij zulk een gunstig financieel
resultaat, het personeel behoort tot het slechtst betaalde van
dien aard in ons land.
0. i. bewijst het financiëel resultaat, dat een behoorlijke
loonregeling voor het personeel mogelijk is. Er is dus geen
steekhoudend motief aanwezig, om het personeel een zoo
danige regeling langer te onthouden.
Leiden, Juni 1922. Hoogachtend,
A. Elkerbout.
De Voorzitter, Dit voorstel is persoonlijk aan mij gericht,
maar de heer Eikerbout zal wel goedvinden, dat wij het
beschouwen als bij den Raad te zijn ingediend.
De heer A. Elkerbout. Ja, Mijnheer de Voorzitter
De Voorzitter. Wenscht de heer Elkerbout het nog nader
toe te lichten?
De heer A. Elkerbout. Dank u, Mijnheer de Voorzitter!
Het voorstel van den heer Elkerbout wordt voldoende
ondersteund en maakt derhalve een onderwerp van beraad
slaging uit.
De Voorzitter. Dit voorstel heeft ons in een beetje moei
lijk parket gebracht. De Raad weet, dat Burgemeester en
Wethouders op het standpunt staan, dat het thans geen tijd
is om tot salarisverhoogingen over te gaan, ook niet voor het
personeel van de Gestichten Endegeest enz., maar waar dit
voorstel van een lid van den Raad uitgaat, meenden wij bij
slot van rekening niet te mogen voorstellen het voor kennis
geving aan te nemen en stellen wij daarom voor het in onze
handen te stellen ten fine van praeadvies.
De heer van Stralen. M. d. V. Beteekent dat, dat wij het
praeadvies reeds in de volgende Raadsvergadering krijgen,
want gij weet nu reeds hoe het zal luiden?
De Voorzitter. Nu de zaak toch behandeld wordt, wordt
het voorstel natuurlijk eerst in handen van de Commissie
voor de Gestichten gesteld, om Burgemeester en Wethouders
van advies te dienen.
De beraadslaging wordt gesloten en zonder hoofdelijke
stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en
WTethouders besloten.
De Voorzitter deelt nog mede:
dat op 20 Juni j.l. heeft plaats gehad de opneming van de
boeken en kas van den Gemeente-Ontvanger, waarvan proces
verbaal is opgemaakt, dat in de Leeskamer is nedergelegd.
en aan Gedep. Staten is toegezonden.
Aan de orde is alsnu:
1. Praeadvies op het verzoek van den heer Dr. J. W. Lely
om eervol ontslag als leeraar in de oude talen aan het Gym
nasium.
(Zie Ing. St. No. 181).
TITULATUUR.
INWONEND.
Jaarloon, bovan kost
en inwoning.
UITWONEND.
Weekloon.
Minimum
Maximum
Minimum
Maximum