MAANDAG 31 OCTOBER 1921. 383 De Voorzitter. Ik verzoek den heeren Dubbeldeman, Wil brink, Kuivenhoven en Sanders het stembureau te willen uitmaken. Met 20 stemmen wordt de heer H. W. Blöte voor het tijdvak 1 November 1921 tot 1 November 1924 bestendigd in de betrekking van Stads-geneesheer, terwijl 1 biljet van onwaarde was. II. Benoeming van twee tijdelijke leeraren in het teekenen aan het Gymnasium. (Zie Ing. St. No. 335.) Achtereenvolgens worden benoemd voor het tijdvak van 1 October 1921 tot 1 September 1922 de heer J. IJ. Wattez met 20 stemmen ;1 biljet was in blanco; voor het tijdvak van 12 October 1921 tot 1 September 1922 de heer H. van Batenburg eveneens met 20 stemmen ;1 biljet was in blanco. III. Benoeming van een leeraar in de gymnastiek aan het Gymnasium. (Zie Ing. St. No. 345.) Wordt benoemd met 18 stemmen de heer A. Metz; de heer J. Planjer verkreeg 3 stemmen, terwijl 1 biljet in blanco was. (De heer van Hamel was inmiddels ter vergadering gekomen.) IV. Benoeming van eene onderwijzeres in de handwerken aan de school der 3de klasse No. 8. (Zie Ing. St. No. 346.) Wordt benoemd met 20 stemmen mej. VV. Verkoren, terwijl 2 biljetten in blanco waren. De Voorzitter. Ik dank de leden van bet stembureau voor de genomen moeite. V. Praeadvies op het verzoek van R. van Ammers, om eervol ontslag als Directeur der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit. (Zie Ing. St. No. 333.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten. VI. Praeadvies op het verzoek van A. Grijsen, om eervol ontslag als Opzichter der Gemeentereiniging. (Zie Ing. St. No. 353.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten. VII. Praeadvies op het verzoek van J. G. Geerts, om eervol ontslag als onderwijzer aan de schooi 3de klasse No. 9. (Zie Ing. St. No. 362.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten. VIII. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1920, van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. (Zie Ing. St. No. 330.) Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt tot goedkeuring van dezen staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst '1920, besloten. IX. Rekening, dienst '1920, van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. (Zie Ing. St. No. 330). Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt tot goedkeuring dezer rekening besloten. (De Voorzitter had gedurende de behandeling van dit punt de vergadering tijdelijk verlaten, terwijl dejheer Bots gedurende dien tijd het voorzitterschap waarnam.) X. Rekening, dienst 1920, van de Gezondheidscommissie. (Zie Ing. St. No. 330.) Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt tot goedkeuring dezer rekening besloten. XI. Praeadvies op het verzoek van A. Capaan om een te bouwen schuurtje op een terrein achter perceel Haarlemmer weg no. 58, van hout te mogen maken. (Zie Ing. St. No. 349.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming overeen komstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten. XII. Voorstel tot verhuring van het pakhuis achter het perceel Nieuwsteeg No. 10, aan Mevrouw de Wed. P. J. Burgersdij k—Elshout. (Zie Ing. St. No. 336.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XIII. Voorstel tot verhuring van de perceelen teelland met schuren benoorden den Heerensingel, Sectie K nis. 333 en 1836, aan G. F. Hemerik. (Zie Ing. St. No. 337). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XIV. Voorstel tot verhuring van de perceelen weiland en water, benoorden den Maresingel, Sectie N nis. 134, 135 en 136, aan M. Bol. (Zie Ing. St. No. 354.) De beraadslaging wordt geopend. De beer A. Elkep.bout. M. d. V. In de laatste Raadsver gadering heeft een breedvoerige discussie plaats gehad over de oprichting van kinderspeelplaatsen en toen is door Burge meester en Wethouders de toezegging gedaan, dat zij deze zaak met spoed zouden ter hand nemen en zouden uitzien naar geschikte terreinen voor dit doel. Ik zou nu de aandacht willen vestigen op dit terrein, dat Burgemeester en Wethouders thans voorstellen te verhuren. Het terrein ligt vlak bij de openbare school in een goed bevolkte buurt. Ik zou met het oog daarop in overweging willen geven dit punt aan te houden ten einde Burgemeester en Wethouders in de gelegenheid te stellen'alsnog een onder zoek te doen instellen naar de vraag of dit terrein geschikt is om tot speelterrein ingericht te worden. De Voorzitter. Ik doe opmerken, dat deze verhuring plaats heeft onder ^e voorwaarde van opzegging eventueel binnen korten tijd. Op het oogenblik zijn wij er toch in elk geval nog niet aan toe om practisch werk van die quaestie van de speelterreinen te maken. De aandacht is op die zaak gevestigd en mochten vvij dit terrein voor dat doel noodig hebben, dan kan het binnen zeer korten tijd weder te onzer beschikking zijn. De heer A. Elkerbout. M. d. V. In de stukken lezen wij, dat de toekomstige huurder van dit terrein spoedig wil weten of hij het in huur zal krijgen, met het oog op den aanvoer van grondstoffen, ten einde het terrein in orde te maken. Als wij nu besluiten het terrein voor 3 jaar te verhuren, dan kunnen wij de huur toch niet opzeggen dan met een jaar, want anders zouden kosten, welke de huurder maakt voor het in orde maken van het terrein, weggegooid geld zijn. Ik zou er daarom voor zijn dit punt nog 14 dagen aan te houden; Burgemeester en Wethouders kunnen dan nagaan, of dit een geschikt terrein voor kinderspeelplaats is en dan kunnen wij over 14 dagen een beslissing nemen. De Voorzitter. De gemeente heeft te allen tijde het recht om met 3 maanden de huur op te zeggen, natuurlijk tegen een billijke schadevergoeding. De heer Wilbrink. M. d. V. Ik zou willen doen opmerken dat, als die mijnheer Bol van plan is het land in orde te gaan maken om het het volgend jaar te gaan gebruiken, het zeer goed mogelijk is dat hij voor 300 a 400 specie op dat land brengt en dan zou het zeer billijk zijn, indien de gemeente een schadevergoeding van 500 verleende bij tusschentijdsche opzegging. Immers, hij heeft niet alleen die specie erop gebracht maar die ook er overheen gewerkt en als bij dit nog niet gedaan heeft dan zal hij haar weder moeten wegvoeren. Het is dan weggegooid geld.. Laten wij dus dit punt nog 2 of 4 weken aanhouden ten einde Burgemeester en Wethouders in de gelegenheid te stellen een onderzoek in te stellen, of dit terrein als kinder speelterrein ware te gebruiken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1921 | | pagina 3