282 MAANDAG 8 AUGUSTUS 1921. v/h H. Zimmerman Co. te Utrecht en van de uitvoering van de gewapend betonwerken in die schóól aan de Konink lijke Rotterdamsche Betonijzer-Maatschappij v/h v. Waning en Co. te Rotterdam en tót overname in eigendom en onder houd bij de gemeente van de Haverzaklaan. 6°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van het goed gekeurd raadsbesluit tot verhooging der begrooting, dienst 1921, ten behoeve van de kosten van versterking van de Kraaierbrug, de Pauwbrug en de Leiderdorpsche brug. 7°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van het goed gekeurd raadsbesluit tot wijziging der begrooting, dienst 1921, ten behoeve van de kosten van verbouwing van het Museum »de Lakenhal". 8°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goed gekeurde raadsbesluiten tot wijziging der begrooting, dienst 1921, in verband met de hoogere kosten van aanleg van het Volkspark, de verhooging van te laag geraamde posten en de uitkeering van hoogere voorschotten in de uitvoering van bouwplannen van woningbouwvereenigingen, benevens tot wijziging der begrooting, dienst 1921, in verband met de kosten van verbreeding van de Brandewijnsteeg en den bouw van een zuster- en broederhuis op Endegeest. 9°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van het goed gekeurd raadsbesluit d.d. 11 Juli 1921 inzake het kosteloos van gemeentewege verstrekken of in bruikleen geven van leer middelen aan leerlingen van het Gymnasium en de beide Hoogere Burgerscholen. 10°. Afschrift van het Koninklijk Besluit van 18 Juni 1921, No. 34, waarbij het aan de gemeente Leiden ten behoeve van de woningbouwvereeniging »de Eendracht" voor den bouw van een badhuis aan de Medusastraat verleende voorschot wordt verhoogd tot ten hoogste ƒ71500. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Adres van de Nederlandsche Vereeniging van visch- handelaren, gevestigd te Utrecht, houdende verzoek om over te gaan tot opheffing van den gemeentelijken vischverkoop. 2°. Uitnoodiging van het Bestuur der Federatie van de te Leiden gevestigde woningbouwvereenigingen tot bijwoning harer protestvergadering op Donderdag 21 Juli des avonds te 8 uur op de Burcht. Worden voor kennisgeving aangenomen. 3*. Nader verzoek van Dr. J. J. Neurdenburg, oud-inspecteur en directeur der gemeente-gasfabriek in zake toekenning van een verhoogd pensioen. Zal worden behandeld bij punt 18 der agenda. 4°. Adres van de Afdeeling Leiden en Omstreken van den Nederlandschen Bond van Koffiehuis-, Restauranthouders en Slijters in zake de wijze van herschatting ter bepaling van het gemeentelijk vergunningsrecht voor den verkoop van sterken drank in het klein. 5°. Verzoek van de Afdeeling Leiden der Centrale van Arbeiders Jeugdvereenigingen om beschikbaarstelling van een gemeentelijk gymnastieklokaal en een gemeentelijk terrein voor openluchtsport en athletiek. 6°. Verzoek van den Hoogleeraar in de Verloskunde om een gedeelte van de vroegere Centrale Keuken te mogen huren voor het verrichten van dierproeven. 7°. Verzoek van den Nederlandschen Grossiersbond voor den Vleeschhandel om het aanvangsuur van de veemarkt te bepalen op half acht. Worden gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. 8°. Verzoek van de Zuid-Hollandsche Propaganda-commissie van de Nederlandsche Onderwijzers Propagandaclub voor drankbestrijding om haar wederom een subsidie voor zaalhuur toe te kennen. Zal worden behandeld bij de begrooting, dienst 1922. 9°. Verzoek van de Maatschappij tot Détail verkoop van petroleum »De Automaat" te Rotterdam om twee stukjes grond, één aan den Hoogen Rijndijk bij de Burggravenlaan en één op den hoek van de Beestenmarkt, ten N.W. van de Blauwpoortsbrug van de gemeente in huur of op andere wijze in gebruik te ontvangen voor plaatsing van benzinedepots. 10°. Verzoek van H. J. Plantfeber om het benedengedeelte van perceel Nieuwe Rijn 22 te mogen huren. Worden gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. '11°. Adres van R. Posthumus, waarin deze aandringt op eene beslissing op zijn verzoek om toekenning van een suppletie pensioen en verhooging van het hem toegekende rijkspensioen met 40%. Zal worden behandeld bij punt 18 der agenda. 12°. Rapport van de Gezondheidscommissie naar aanleiding van het door haar ingesteld onderzoek naar den toestand van het veranderde stationsernplacement der Hollandsche Spoor. De Voorzitter. Ten aanzien van dit rapport wil ik opmerken, dat daarin de veiligheid van het verkeer en de indruk, dien de stationsuitbreiding uit een aesthetisch oogpunt maakt, een belangrijke plaats innemen en dat het derhalve grootendeels handelt over aangelegenheden, buiten de bemoeiingen van de Gezondheidscommissie gelegen. Desniettegenstaande stellen Burgemeester en Wethouders U voor het rapport voor de Raadsleden ter visie te doen leggen. Daartoe wordt besloten. 13°. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de Plaatselijke Directe Belasting. Worden gesteld in handen der Reclamecommissie. 14°. Adres van den Leidschen Besluurdersbond in zake het buiten toepassing laten van de «Huuraanzeggingswet" door Burgemeester en Wethouders. Dit adres luidt alsvolgt: Leiden, 5 Augustus 1921. Aan den Raad der Gemeente Leiden. Geeft beleefd te kennen de Leidsche Besluurdersbond, domicilie kiezende Heerengracht 32; dat sinds 1 April 1921 de Huuraanzeggingswet in werking is getreden, welke aan de H uurcommissie de bevoegdheid geeft, na machtiging van Burg. en Wethouders, woningen of woninggedeelten, in welker bewoning niet op ernstige wijze is voorzien, namens den rechthebbende te verhuren dat evenwel van de uitvoering dezer wet nog niets is gebleken, hoewel ruim 4 maanden sinds de inwerkingtreding is verloopen en dat nog steeds meerdere groote en ook kleinere perceelen blijven leegstaan, zonder dat van optreding der Huurcommissie inzake verhuring iets blijkt; dat het adressant gebleken is, dat een der redenen, waarom de Huurcommissie van hare bevoegdheid tot verhuring van leegstaande woningen geen gebruik maakt, deze is, dat Burgemeester en Wethouders nog steeds de bij de wet be doelde machtiging tot huuraaDzegging aan de Huurcommissie hebben onthouden; dat het adressant zeer leed doet dat een sociale wet als de Huuraanzeggingswet is, nog steeds buiten toepassing blijft, waardoor het algemeen belang zeer wordt benadeeld ten gerieve van hen, die uit puur eigen belang in dezen tijd van woningnood woningen aan hunne bestemming onttrokken houden dat adressant Uwen Raad beleefd doch dringend verzoekt Burgemeester en Wethouders te willen uitnoodigen de noodige maatregelen te willen nemen tot onverwijlde toepassing van de Huuraanzeggingswet. 't Welk doende enz., Voor de Leidsche Bestuurdersbond, H. J. Baart, Voorzitter. J. J. van Stralen, Secretaris. De heer van der Pot. M. d. V. Ik wil gaarne eenige feiten en gegevens noemen, opdat de Raad in de gelegenheid zij zich een oordeel te vormen of juist is de indruk, welken dit adres moet wekken, dat er gemis aan medewerking is bij Burgemeester en Wethouders, waardoor nog geen toepassing is gegeven aan de Huuraanzeggingswet. Volgens de Huuraanzeggingswet heeft de Huurcommissie van Burgemeester en Wethouders toestemming noodig om een huuraanzegging te doen, dit wil zeggen, dat men begint den eigenaar in kwestie te zeggen, dat hij_ zijn perceel moet verhuren, waarop dan een gedwongen verhuring kan volgen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1921 | | pagina 2