138
een rente van 5%, heeft aangenomen, terwijl de rente voor
de Rijks voorschotten sedert l December 1920 6 9/o bedraagt.
In verband daarmede zullen de geraamde huurprijzen der
huizen met gemiddeld f 0.75 per week en per woning dienen
te worden verhoogd.
Een rente van 6 tot maatstaf nemende, moet het jaar-
lijksch tekort op 55230.40 worden geraamd, waarvan
41422.80 door het Rijk en 13807.60 door de gemeente
wordt gedragen. Voor verdere bijzonderheden verwijzen wij
naar de hieronder afgedrukte exploitatiebegrooting.
Intusschen heeft de Minister van Arbeid den 1 Juni een
circulaire uitgevaardigd, volgens welke bouwplannen, die op
dien datum niet het Departement hadden bereikt voorshands
niet in behandeling zouden worden genomen. Aan het slot
worden evenwel uitzonderingen in uitzicht gesteld.
Het is te begrijpen dat deze brief bij de vereeniging »Ons
Belang", die het onderwerpelijke plan al zoo lang in voor
bereiding had, en het reeds in December, zij het ook onvol
ledig, bij de gemeente indiende, groote teleurstelling wekte.
Indien toch van de uitvoering van dit plan inderdaad moest
worden afgezien, zou alle arbeid, aan het ontwerpen der plan
nen, het maken der teekeningen en de verdere voorbereidin
gen besteed, geheel nutteloos zijn verricht. De hierdoor ver
oorzaakte kosten, een vrij belangrijk bedrag, zouden voor de
vereeniging weggeworpen geld zijn. Maar vooral zou het niet
totstandkomen van dit bouwplan moeten worden betreurd,
wijl dit in belangrijke mate tot de leniging van den nog
steeds te dezer stede heerschenden woningnood kan bijdragen;
de bouw van 233 woningen zou voorzeker weer een mooie
aanwinst zijn. Ons College ondersteunt daarom de pogingen
der vereeniging, om de uitvoering van dit plan alsnog ver
zekerd te krijgen, gaarne. En dit te meer, wijl de bouwgrond
door de gemeente voor het grootste gedeelte eerst betrekkelijk
korten tijd geleden en juist in het belang van de verbetering
der Volkshuisvesting, werd aangekocht. Bovendien werd
nog onlangs bij Uw besluit van 11 April 1921 (Ingek.
Stukken No. 105) toen van het voornemen van den Minister
nog niets bekend was, de huur van de hierboven sub c ver
melde perceelen afgekocht tegen betaling aan den huurder
van een schadevergoeding van f 450.
Waar voorts het particuliere initiatief tot dusverre in zeer
geringe mate in de woningbehoefte voorziet en momenteel in
deze gemeente voldoende arbeidskrachten aanwezig geacht
moeten worden, ook voor de uitvoering van dit bouwplan,
daar vertrouwt ons College, dat de Minister ten aanzien van
deze woningen een beroep op de in uitzicht gestelde uitzon
deringen zal toelaten.
Wij merken ten slotte nog op dat de verschillende voor
waarden en bepalingen, in de conclusie van ons voorstel op
genomen weder de gebruikelijke zijn, behoudens, dat een
enkele aanvulling of wijziging moest worden aangebracht in
verband met de verschijning van het nieuwe Woningbesluit.
De voorwaarde betreffende het verhuren van huizen aan hen,
die hun eigen woning hebben verkocht, welke voorwaarde
eveneens door het Rijk wordt gesteld, is opgenomen ingevolge
een algemeene circulaire van den Minister aan de gemeente
besturen.
Onder verwijzing naar de ter visie liggende stukken en
teekeningen geven wij Uwe Vergadering alsnu in over
weging:
I. te besluiten aan de woningbouwvereeniging ȟns Belang"
voor het sub II genoemde doel te verkoopen een op de
situatie in rood aangegeven terrein ter oppervlakte van
20200 M2., deel uitmakende van de kadastrale perceelen
der gemeente Leiden, Sectie O nis. 842, 845, 846, 847, 914,
915 en 916, gelegen ten zuiden van den Haagweg, tegen den
prijs van 71676.
II. Ons College te machtigen aan te vragen en te aanvaarden
uit 's Rijks kas een voorschot groot 1.761.200.of zooveel
minder als in verband met de kosten van het door de te
Leiden gevestigde woningbouwvereeniging »Ons Belang"
toegelaten als vereeniging, uitsluitend werkzaam in het belang
van de volkshuisvesting bij Koninklijk besluit van 10 Maart
1914, No. 16 uit te voeren, hieronder nader omschreven,
bouwplan en den aankoop van den daarvoor benoodigden grond
zal noodig blijken, ten behoeve van de verstrekking aan deze
vereeniging van een evengroot voorschot,
een en ander tegen eene overeenkomstig art. 17 van het
Woningbesluit, te bepalen rente en aflossing in 75 gelijke
annuïteiten, voorzooveel betreft een bedrag van ten hoogste
283150.—, bestemd voor den aankoop van den grond en den
straataanleg c.a., en in 55 gelijke annuïteiten, voorzooveel betreft
een bedrag van ten hoogste f 1.478.050.bestemd voor den
woningbouw;
III. ons College te machtigen bij de sub II bedoelde aan
vrage tevens het verzoek te richten, dat in de tengevolge
van de verstrekking van het voorschot door de gemeente aan
het Rijk te betalen annuïteiten een bijdrage worde verleend
op den van Rijkswege vastgestelden voet;
IV. na ontvangst uit 's Rijks kas van het onder II ver
melde voorschot en onder voorbehoud, dat het Rijk zich bereid
verklaart de sub III bedoelde bijdrage te verleenen, dit voor
schot te verstrekken aan voornoemde vereeniging, onder de
navolgende voorwaarden en bepalingen:
a. het voorschot wordt verstrekt tegen dezelfde rente en
aflossing in evenveel gelijke annuïteiten als de gemeente aan
het Rijk moet betalen. In de door de vereeniging aan de
gemeente te betalen annuïteiten wordt door de gemeente een
bijdrage verleend tot zoodanig bedrag als door het Rijk zal
worden bepaald, terwijl alle voorwaarden, die het Rijk aan
de verstrekking van het voorschot en het verleeren der bij
drage verbindt, ook tegenover de vereeniging zullen gelden;
b. het voorschot moet uitsluitend worden aangewend ten be
hoeve van den bouw van 233 enkele woningen, 2 winkelwonin
gen en een vergaderlokaal met annex bergplaats en den aan
koop van den daarvoor benoodigden grond, gelegen onder de
gemeente Leiden, ten zuiden van den Haagweg, op de teeke-
ning nader'aangegeven, volgens door Burgemeester en Wet
houders vooraf goed te keuren plannen en bestekken, terwijl
gunning aan aannemers slechts zal mogen plaats hebben na
daarvoor bekomen machtiging van Burgemeester en Wet
houders;
c. de vereeniging verbindt zich tot terugbetaling van alle
kosten, verbonden aan het aanleggen van de straten en de
rioleering en aan het ophoogen van het bouwterrein enz.,
voor zoover zulks van gemeentewege, doch voor rekening van
de vereeniging zal geschieden;
d. het juiste bedrag van het voorschot, de storting daarvan
en de aflossing bij wijze van annuïteiten zullen bij nadere
overeenkomst door Burgemeester en Wethouders met de ver
eeniging worden geregeld op den voet van hetgeen ten deze
door het Rijk tegenover de gemeente zal worden bepaald;
e. de vereeniging verbindt zich jegens de gemeente op de
met behulp der voorgeschoten gelden verkregen onroerende
goederen eerste hypotheek te verleenen tot een aan het
onder II bedoelde voorschot gelijk bedrag; de kosten der
hypotheekstelling zullen komen ten laste der vereeniging;
f. bij faillissement of' bij ontbinding der vereeniging, als
mede indien één of meer van de voorwaarden, waaronder het
voorschot is verleend, niet worden nageleefd, zal het voorschot
of het onafgeloste deel daarvan terstond opvorderbaar zijn,
terwijl in dat geval ook geen bijdragen van gemeentewege
meer verschuldigd zullen zijn;
g. bij vervreemding of bezwaring van onroerende goederen
der vereeniging zonder goedkeuring van Burgemeester en
Wethouders, of, na weigering van Gedeputeerde Staten, zal
het bestuur aan de gemeente verbeuren eene som van vijf
duizend gulden, waarvoor de leden van het bestuur hoofdelijk
ieder voor het geheel aansprakelijk zullen zijn, onverminderd
het recht der gemeente om, zoo daartoe termen zijn, in plaats
van de geldboete schadevergoeding te eischen en om de ver
vreemding of bezwaring niet als geldig te erkennen;
h. de gemeente zal, zoolang het voorschot niet geheel is
afgelost, met goedkeuring van Gedeputeerde Staten, of bij
weigering met Koninklijke goedkeuring, het recht hebben
alle bezittingen dér vereening, met het voorschot verkregen,
met de daarop rustende lasten en verplichtingen en alle
schulden der vereeniging, voor zoover die ten behoeve van
die bezittingen zijn gemaakt, gezamenlijk over te nemen, tegen
betaling van een bedrag, door Gedeputeerde Staten goedgekeurd
of bij weigering door de Kroon vast te stellen, met dien ver
stande, dat boven het voor de verwerving of de instandhouding
van die bezittingen aangewende deel van het eigen vermogen
van de vereeniging, slechts eene billijke vergoeding voor nood
zakelijke met den eigendomsovergang verband houdende
kosten wordt uitgekeerd
i. bij de uitvoering van het bouwplan mogen bestuursleden
der vereeniging niet middellijk of onmiddellijk zijn betrokken
of voordeel genieten als aannemer, onderaannemer, uitvoerder,
arbeider of architect;
j. personen, die hun eigen honing vrijwillig hebben verkocht
mogen eerst in de laatste plaats als huurder in aanmerking
komen en dan nog alleen tegen een huur, die den kostprijs
der woning dekt;
k. de gemeente heeft het recht, op door Burgemeester en
Wethouders te bepalen wijze, in haar dienst zijnd personeel
als huurders voor ten hoogste 11 woningen aan te wijzen, met
dien verstande, dat deze huurders verplicht zijn zelf de huur
aan de vereeniging te betalen en ook overigens de regelen,
welke voor de huur en de wijze van bewoning bij den aan
vang der bewoning of later gesteld zijn, na te komen;
l. het bestuur der vereeniging is verplicht aan Burgemeester
en Wethouders of aan iemand daartoe door hen gemachtigd,
alle gevraagde inlichtingen te verschaffen. Daarenboven zijn
Burgemeester en Wethouders bevoegd om in persoon of door
een gemachtigde inzage, afschriften of uittreksels te nemen
van de boeken en bescheiden der vereeniging;
m. jaarlijks worden de begrootingen vóór 1 October van het