GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
25
IBTCrEKOMEar STUKKEN.
N°. 36. Leiden, 31 Januari 1921.
Tegen de begrootingsregeling, gevoegd bij de voordracht
van Burgemeester en Wethoudres opgenomen onder No. 20
der Ingek. Stukken, heeft de Commissie van Financiën geen
bezwaar, indien de Raad het daarin bedoeld bedrag van /"5000.—
beschikbaar stelt.
Evenmin heeft de Commissie bedenking tegen den aankoop
van het perceel Zonneveldstraat 12 voor de som van ƒ0500.
vermeerderd met de kosten van overdracht, noch tegen de
daarop betrekking hebbende begrootingsregeling (Ingek. St.
No. 30), weshalve zij U adviseert dienovereenkomstig te
besluiten.
Aan den Gemeenteraad. Dp Commissie van Financiën.
N°. 37. Leiden, 31 Januari 1921.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen,
dat zij geene bedenkingen heeft tegen:»
1°. de begrooting, dienst 1921, van het Gereformeerde Minne-
of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis;
2°. den staat van af- en overschrijving op de begrooting,
dienst 1920, van het College van Vrouwen-Kraammoeders;
3°. de begrooting, dienst 1921, van dat College;
4*>. de rekening over 1920 van de Plaatselijke Schoolcom
missie.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 38. Leiden, 1 Februari 1921.
Tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van Dr. W.
Th. M. Weebers bestaat bij ons College geen bezwaar.
Wij geven Uwe Vergadering mitsdien, overeenkomstig
de in de Leeskamer liggende adviezen, in overweging Dr.
W. Th. M. Weebers wederom voor den tijd van drie jaren,
ingaande 1 Januari 1921, te bestendigen in de betrekking
van Stads-geneesheer.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
De ondergeteekende, stadsgenees- en heelkundige heeft door
dezen de eer U te verzoeken hem in zijn betrekking van
stadsgenees- en heelkundige te willen bestendigen.
Het welk doende enz.
Leiden, 5 Jan. 1921. Dr. W. Th. M. Weebers.
N°. 39. Leiden, 1 Februari 1921.
Bij nevensgaand schrijven verzoekt Mejuffrouw M. van der
Hoeven—Fraai bestendiging in hare betrekking van Stads-
vroed vrouw.
Aangezien bij ons College tegen inwilliging van dat verzoek
geenerlei bedenking bestaat, geven wij Uwe Vergadering,
overeenkomstig de in de Leeskamer liggende adviezen, in
overweging Mejuffrouw M. van der Hoeven—Fraai weder
voor den tijd van drie jaren, ingaande 5 Februari 1921, in hare
betrekking van Stadsvroedvrouw te bestendigen.
Leiden 29 Januari 1921.
WelE.Achtb. Heeren Burgemeester, en Wethouders
Ondergeteekende, verzoekt vriendelijk, haar als Stadsvroed
vrouw, voor den tijd van drie jaren te herbenoemen.
M. v. n. HoevenFraai
Stadsvroedvrouw
N°. 40. Leiden, 1 Februari 1921.
Naar aanleiding van het bij de behandeling der be
grooting voor 1921 aangenomen voorstel van Uw medelid,
Mevrouw Baart—Braggaar, luidende:
«Ondergeteekende stelt voor dat B. en W. in overleg treden
met de Commissie voor Schoolkindervoeding tot benoeming
van een gedelegeerde uit den gemeenteraad", hebben wij ons
tot het Bestuur van de Vereeniging «Schoolkindervoeding en
-kleeding" gewend met de vraag, ol er zijnerzijds bezwaar
tegen zou bestaan, indien een lid van den Gemeenteraad in
het bestuur zitting nam.
Bij schrijven van 29 Januari j. 1. deelt het bestuur ons nu
mede, dat het hiertegen niet het minste bezwaar heeft, dat
het 't bestuur integendeel hoogst aangenaam zou zijn, indien
een gedelegeerde uit den Gemeenteraad in het bestuur zit
ting nam.
En aangezien ook bij ons College hiertegen geen bewaar
bestaat, geven wij U alsnu in overweging te besluiten, dat in het
bestuur der vereeniging «Schoolkindervoeding en -kleeding"
een lid van Uwe Vergadering als gedelegeerde zitting zal
nemen, en bij aanneming van dit voorstel tot de benoeming
over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 41. Leiden, 1 Februari 1921.
Tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van den heer
P. J. Mulder bestaat bij ons College geenerlei bezwaar.
Mitsdien geven wij Uwe Vergadering in overweging aan
den heer P. J. Mulder, op diens verzoek, eervol ontslag te
verleenen als Ambtenaar van den Burgerlijken Stand, uitslui
tend belast met het voltrekken der huwelijken, onder dank
betuiging voor de als zoodanig bewezen langdurige diensten.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 25 Januari 1921
Aan H.H. Burgemeester en Wethouders alhier
Mijneheeren
Met deze verzoek ik beleefdelijk mijn ontslag na zestien
jarigen dienst als ambtenaar van den Burgerlijken Stand.
Hoogachtend
Udv. dienaar
P. J. Mulder
N°. 42. Leiden, 1 Februari 1921.
Bij nevensgaand schrijven verzoekt de heer H. J. Hartwijk
eervol ontslag als leeraar in de algebra en meetkunde aan de
afdeeling A der Kweekschool voor Onderwijzers en Onder
wijzeressen, alhier.
Tegen inwilliging van dat verzoek bestaat bij ons College
geen bezwaar en wij geven U derhalve in overweging aan
den heer H. J. Hartwijk, op zijn verzoek, eervol ontslag te
verleenen uit zijne betrekking van leeraar in de algebra en
meetkunde aan de afdeeling A der Kweekschool voor Onder
wijzers en Onderwijzeressen alhier en dat ontslag te doen
ingaan op 15 Februari 1921.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Den Haag, 21 Januari 1921.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Ondergeteekende verzoekt beleefd, hem eervol ontslag te
willen verleenen uit zijn betrekking van leeraar in algebra
en meetkunde aan de Afdeeling A der gemeentelijke Kweek
school voor onderwijzers en onderwijzeressen te Leiden.
Van Uwen Raad de dienstwillige dienaar
H. J. Hartwijk.
N°. 43. Leiden, 1 Februari 1921.
Tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van Mej. H. Pel
bestaat bij ons College geen bezwaar.
Wij geven U derhalve in overweging aan Mej. H. Pel, op
haar verzoek, eervol ontslag te verleenen uit hare betrekking
van leerares in de nuttige handwerken aan de afdeeling B
der Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen alhier
en dat ontslag te doen ingaan den len April 1921.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden 28 Januari 1921.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
De ondergeteekende verzoekt U door dezen, haar eervol
ontslag te verleenen, als leerares in de nuttige handwerken
aan de afdeeling B der Kweekschool voor onderwijzers en
onderwijzeressen, met ingang van 1 April a. s,
Hoogachtend
Uwe dienstwillige dienaresse
H. Pel.