DONDERDAG 16
DECEMBER 1920.
717
ook wielrijders hebben er last van, maar men begrijpt het
niet. Als men er naar vraagt, krijgt men ten antwoord, dat
de oorzaak is gelegen in het feit, dat die wegen nu en dan
worden opgebroken al is het in de sectie ook nog zoo uit
voerig uiteengezet! De zorg voor die grintwegen is slecht.
In den Witten Singel heeft men vele kuilen en oneffenheden.
Men denkt dien singel te kunnen onderhouden door er telkens
wat teer op te gooien, maar door die teerbedekking wordt
de toestand nog verergerd. In Leiden mist men het eerste
begrip van het onderhouden van grintwegen.
De heer Bots. M. d. V. Een groot kwaad voor grintwegen
is, dat zij beplant zijn, want, zijn het open wegen, dan drogen
zij beter op en ontstaan niet door het afdruipen van de
boomen gootjes, welke de golvingen veroorzaken. Eeri tweede
bezwaar is de slappe bodem. Wij hebben bij Endegeest aan
den Hoogevoortschen weg veel kosten besteed om dien te ver
beteren, maar wij hebben niet bereikt wat wij wenschten.
Wat het rijden met auto's betreft, zou de toestand volgens
den heer Eerdmans erger zijn dan elders, maar dat kan ik
niet zoo grif toegeven. Ik heb onlangs nog te Rotterdam
gereden, maar daar is het nog veel erger dan hier. Een groote
factor is in deze het snel rijden, want onze wegen en straten
zijn nu eenmaal niet op het snelverkeer aangelegd, en als er
gereden werd met bijvoorbeeld 20 K.M. vaart, zou men niet
den last hebben, dien men heeft als men hard rijdt. Om te
dien opzichte een advies in te winnen bij de Wegencommissie
van den Algemeenen Nederlandschen Wielrijdersbond zal
Gemeentewerken weinig helpen, want wat bekend is van den
aanleg van wegen, weet men hier ook. Het ronde van een
grintweg tracht men juist te krijgen voor een goede afwatering,
al voorkomt men daarmede niet, dat de weg bij regenachtig
weer smerig is
De heer Knuttel. Op de geteerde wegen is dat niet het geval.
De heer Bots. Wanneer men het teeren onder gunstige
omstandigheden doet, tnaar als er een regenbui komt, wanneer
het een paar dagen oud is, is het voor den geheelen tijd, dat
het er ligt, niet goed. Daarom is dat niet zoo bijzonder aan
te bevelen.
De heer Eerdmans. Ik zou daarop willen antwoorden, mijn
heer de Voorzitter, dat niet is tegengesproken, dat er hier
aan de wegen nooit iets wordt gedaan, terwijl aan de Rijks
grintwegen wel zoo nu en dan iets wordt gedaan. Wanneer
dat tijdig wordt gedaan, kan men de grintwegen lang goed
houden. Hier denkt men er bijvoorbeeld niet aan de wegen
bij te hakken, men gooit er alleen zoo nu en dan wat grint over.
Mijnheer de Voorzitter, wanneer u eens de moeite neemt
te gaan over de Jan van Houtkade en let op, dan zult u
zien, dat daar de wegbedekking lijkt op een klein-heuvelland.
De Wethouder sprak van een vaart van 20 K.M., maar ik
verzeker u, je kan er niet op een fiets rijden, zonder dat je
in de hoogte schiet. Ik dring er daarom op aan, de grintwegen
eens gelijk te maken en er niet enkel nieuw grint op te gooien.
De heer de Lange. M. d. V. Mag ik nog een enkel woord
zeggen over den Witten Singel? In 1917 heeft het Gemeente
bestuur dien singel goed in orde doen maken. Maar na dien
tijd is aan dien weg niets meer gedaan dan wat prutswerk
door niet-vakkundigen. Het met teer bewerken van grint
wegen schijnt niet een ieders werk te zijn. In 1917 is het
gedaan door een man, die zijn vak goed verstond en is het
wegdek behoorlijk hard geworden. De gemeente heeft er na
dien tijd, als er hier of daar een gat gedicht moest worden,
wat grint en koolteer in gegooid en dat is gedaan op een
manier, dat die plekken nu nog zacht zijn. Daarin kan men
nu nog een heel mooien afdruk van zijn voet maken.
Ik heb over deze zaak ook al eens gesproken in de Com
missie voor Fabricage maar kreeg ten antwoord: ja, dat is
waar, maar het goede onderhoud kost zooveel geld, want dan
moeten wij den aannemer weer hier halen, die den weg goed
in orde gemaakt heeft. Burgemeester en Wethouders zien er
tegen op, wegens de kosten op afdoende wijze dien singel te
doen onderhouden en dan krijgt men, wat hier thans het
geval is, dat het eene stuk goed is en het andere stuk niet;
dan krijgt men bergen en dalen en zal ten slotte zeggen
het was maar beter, dat de wegen nooit geteerd waren.
De heer Knuttel. M. d. V. Ik wensch even op te komen
tegen hetgeen de heer de Lange zegt. Ik geef toe het
heeft ook mij getroffen dat in den Witten Singel de kuilen
eenvoudig zijn dicht gemaakt, maar toch moet ik zeggen, dat
die singel, welken ik vóór het teren heb gekend en daarna,
door die bewerking met teer veel verbeterd is. Vroeger was
die singel 's winters onbegaanbaar, maar tegenwoordig is hij
in het algemeen goed te begaan; thet moet al buitengewoon
slecht weer zijn, wil dat niet het geval wezen.
De heer Wilbrink. M. d. V. Naar aanleiding van hetgeen
de heer de Lange heeft gezegd, wensch ik te doen opmerken,
dat, als men een aannemer, een deskundig man, Iaat komen,
deze altijd met mooi weer moet komen. Hij moet dat altijd
in zijn zak hebben, want anders helpt zijn deskundigheid ook
niets. Ik heb dat meermalen medegemaakt. Wil men op den
Witten Singel met succes werken, dan moet men mooi weer
hebbendat komt, omdat die singel onder het hout ligt.
De heer de Lange. Het spijt mij, dat men bij goed per
soneel ook goed materiaal noodig heeft.
De heer Wilbrink. Men heeft goed weer noodig en dat
kan men niet van de lucht grijpen.
De Voorzitter. Burgemeester en Wethouders zullen ernstig
overwegen, wat in deze ten goede is gedaan.
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgnr 134 wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Volgnr 135 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr 136, luidende: y>Onderhoud van
wandelplaatsen en plantsoenenf 29227.
De heer Dubbeldeman. M. d. V. Het antwoord van Burge
meester en Wethouders heeft mij niet geheel bevredigd. Is
het te veel gevergd, wanneer ik, met betrekking tot de kosten
van onderhoud van het van der Werff-park, een nadere
specificatie vraag van die f 1800? Burgemeester en Wet
houders zeggen, dat die uitgegeven worden aan verschillende
herstellingen, materiaal en arbeidsloonen, maar wat wordt
daarmede bedoeld?
De heer Sijtsma, M. d. V. Ik wil in aansluiting met het
gesprokene door den heer Dubbeldeman verklaren, dat het
hooge bedrag voor het onderhoud van de plantsoenen, in
het bijzonder voor het van der Werff-park, ook mij heeft
verbaasd. Een geheel jaar werkt er een hootdtuinman in en
dan krijgt men nog een bedrag van ƒ1800 voor verschillende
herstellingen, materiaal en arbeidsloonen. Ik zie dat werken
in het van der Werff-park niet eiken dag, maar in het
Plantsoen zie ik het wel dagelijks en ik geloof, dat men daar
te veel werklieden heeft. Als het gras een paar dagen ge
groeid is, komen een paar mannen het maaien en, als het
een beetje droog is, scheppen een paar menschen heel lang
zaam uit den singel wat water om de berm te bevochtigen.
Ik denk wel eens: dat is alleen om werk te zoeken. Als wij
willen bezuinigen en dat willen wij immers allen, laten wij
dan van dezen post, die 30.000 bedraagt en weer hooger is
dan velleden jaar, iets afnemen. Wij moeten het dunkt mij
wat minder doen. Blijkt in den loop van den zomer van 1921,
dat de plantsoenen er onder lijden, dat zij minder goed worden
onderhouden en minder mooi zijn, dan kunnen wij daarop
terugkomen.
Ik heb daarom de eer voor te stellen dezen post met
5000.te verlagen.
De heer Bots. M. d. V. Naar aanleiding van hetgeen de
heer Sijtsma heeft gezegd, moet ik opmerken, dat het geens
zins verwondering behoeft te wekken, gezien de algemeene
stijging van de begrooting, dat ook voor de plantsoenen
hoogere ramingen noodig waren. Dat is een gevolg van den
verkorten werktijd, maar ook van de stijging van de alge
meene kosten.
Wat de werkzaamheden zelf betreft, uit den aard van de
zaak is het altijd noodig bij tuinen en bij den landbouw in
het algemeen, dat op bepaalde tijden het gras moet gemaaid
worden. Groeit het gras slecht, omdat het droog weer is, dan
zal het met het werk wat slapper zijn, dan wanneer het goed
groeit. Maar daarvoor moet toch eenig personeel aanwezig
zijn; dat gaat zoo bij particulieren en is bij de gemeente
ook het geval.
Wat het Van der Werff-park betreft, daar is het 't zelfde
geval en de menschen, die daar werkzaam zijn, moeten er
inderdaad zijn. Er is voorts een specificatie gevr aagd van den
post van 4880.en Burgemeester en Wethouders meenen,
dat dé door hen gegeven specificatie voldoende is. Er is daar
een hoofd-tuinman in vasten dienst, maar wanneer er meer
menschen moeten werken, moeten die ook uit dezen post
betaald worden.
De heer Sijtsma. M. d. V. Ik heb hier een amendement.
Laat men nu aannemen, dat ik straks eenigszins heb over
dreven, ieder zal toch wel overtuigd zijn, dat bezuinigd kan
worden en ik heb daarom mijn amendement zoodanig ge-