DONDERDAG 16 DECEMBER 1920. 725 8 van het Reglement voor de schoolvergaderingen. Dat is niet de juiste weg. De Raad kan aan deze Commissie geen op dracht geven. De heer Groeneveld kan voorstellen dit aan Burgemeester en Wethoudeis te verzoeken, die het dan kunnen overwegen en dan aan de Commissie voor de huis houdelijke verordeningen advies vragen. Dit wat betreft den vorm van het voorstel. Ik zal volstrekt niet beweren, mijnheer de Voorzitter, dat artikel 8 van het reglement voor de schoolvergaderingen niet voor aanvulling vatbaar is, maar ik zou er tegen zijn, om de bepaling aldus te wijzigen, dat alle onderwerpen er besproken kunnen worden De heer Groeneveld. Het onderwijs betreffende. De heer van der Lip. Natuurlijk, alle onderwerpen het onderwijs betreffende. Dat lijkt mij veel te algemeen. Wij hebben indertijd, toen het artikel werd vastgesleld, zorgvuldig nagegaan welke onderwerpen er in opgenomen moesten worden, want het is volstrekt niet van belang onibloot, welke onder werpen in die vergadering besproken kunnen worden. Een algemeene bepaling krachtens welke alles beproken kan worden, lijkt mij te ver te gaan. Er zijn bijv. onderwerpen, bij de wel geregeld en daaromtrent heeft die vergadering dus niets te zeggen. Er zijn thans in dat artikel 8 verschillende onderwerpen genoemd, wil de heer Groeneveld daar er nu enkele aan toevoegen, dan kan dat worden overwogen. In ieder geval zou ik echter gaarne zien, wanneer het voorstel ge handhaafd wordt, dat men meeging met het idee van den heer Wilmer, om het in handen van Burgemeester en Wet houders te stellen voor praeadvies, omdat de zaak op het oogenblik niet voldoende voorbereid is om er direct over te stemmen. De heer Groeneveld. M. d. V. Ik kan meegaan met het idee van den heer Wilmer om een praeadvies van Burge meester en Wethouders af te wachten. Het is dan niet noodig het voorstel te wijzigen, omdat Burgemeester en Wethouders in hun praeadvies wel de formeele bezwaren zullen aanwijzen. De heer van Hamel. M. d. V. Met 1 Januari komt er een nieuwe Schoolcommissie en nu ligt het dunkt mij op den weg van die nieuwe commissie om, als de heer Groeneveld daarop prijs stelt, ook dit onderwerp te bezien en daaromtrent Burgemeester en Wethouders van advies te dienen. Men kan met de behandeling van deze kwestie wachten totdat de nieuwe commissie het terrein kan overzien. Ik vind het zeer praematuur daarover thans een beslissing te nemen. De heer van der Lip. M. d. V. Met goedvinden van den heer Groeneveld zal zijn motie nu aldus luiden: »De ondergeteekende stelt voor Burgemeester en Wethou ders uit te noodigen te overwegen of het wenschelijk is een regeling te ontwerpen waardoor art. 8 van het Reglement op de schoolvergaderingen zoodanig wordt, gewijzigd, dat alle zaken het onderwijs betreffende in de schoolvergaderingen besproken kunnen worden." Daardoor wordt dus omtrent het principe nog niets beslist. De heer van Hamel. Dat weet ik niet. De Voorzitter. Ik stel voor de gewijzigde motie van den heer Groeneveld in handen van Burgemeester en Wethouders te stellen om praeadvies. Daartoe wordt zonder hoofdelijke stemming besloten. De beraadslaging wordt gesloten. Volgnr 151 wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De volgnrs 152 tot en met 154, dit laatste verhoogd met 385.wegens aanschaffing van boeken, stoffen en een derde handnaaimachine ten behoeve van de Herhalingsschool, afdee- ling Meisjes, en de volgnrs 155 tot en met 158, dit laatste verhoogd met ƒ550.wegens aanschaffing van gymnastiek- werktuigen voor het gymnastieklokaal van de school 3de klasse n°. 5, worden achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. Beraadslaging over volgnr 159, luidende: vKosten van verlichtinqverwarminq en schoonhouden der schoollokalen f 51.540.—". De heer Dubbeldeman. M. d. V. Wij kunnen met het antwoord van Burgemeester en Wethouders in zake het loon van de werksters aan de openbare scholen en aan de bewaar scholen ook niet tevreden zijn. Aan die werksters wordt op dit oogenblik als loon 30 cent per uur betaald. De Voorzitter. Mag ik u er op wijzen, dat deze zaak bij de algemeene beschouwingen is afgedaan en toen daaromtrent een beslissing is genomen? De heer Dubbeldeman. Ik wil voorstellen den post te ver- hoogen. De Voorzitter. Dat gaat niet, als een zaak eenmaal beslist is. De heer Dubbeldeman. M. d. V. Laten wij billijk zijn zoo wel tegenover den een als tegenover den ander. Laten wij tusschen de rechten van katholieken en sociaal-democraten geen verschil maken. Wij hebben straks zeker een uur gepraat over een zaak, waarvan wij algemeen dachten, dat zij was afgedaan. Ik heb toen getracht een motie van orde in te dienen, maar toen hield de Voorzitter zich doof. Ik vond dat een zeer belangrijke zaak en het was mijn bedoeling voor te stellen haar op een ander tijdstip aau de orde te stellen. Ik wilde een kans laten de begrooting van avond af te maken, maar het gaat nu toch niet aan, dat men tegen mij zegt: je mag geen woord meer over deze zaak spreken, want ik heb toch het recht, om, als een kwestie in de sectie is be sproken, voor te stellen, dat de een of andere post met een bedrag wordt verhoogd of verminderd. De Voorzitter. Hier is een beslissing gevallen, bij het voorgaande was nog geen beslissing gevallen. Er is dus een groot verschil tusschen die gevallen. De heer Dubbeldeman. Dit is ook een gansch nieuwe zaak. Ik stel niets anders voor, dan het bedrag onder volgnommer 159 genoemd met ƒ2000.te verhoogen en dan moet ik dat toch even toelichten. Dat is dus een nieuwe kwestie. Als ik dan nog even terug mag komen op hetgeen ik heb gezegd, wil ik er op wijzen, dat op het oogenblik aan de werksters van de openbare scholen wordt betaald 30 cent per uur en aan de werksters van de bewaarscholen 22 cent per uur. Er wordt door die vrouwtjes gevraagd 40 cent per uur zoowel voor de openbare lagere als voor de bewaarscholen. Ik wil nog even in herinnering brengen, dat er een regeling is getroffen voor de zomervacantie, als de scholen van boven tot beneden worden schoongemaakt, dan krijgen zij drie weken dubbel loon, dat wil zeggen 100% meer dan in gewone gevallen. Nu bevreemdt het mij, dat zulks wel wordt betaald in de groote vacantie, maar niet in de kleinere vacanties, terwijl in die kleinere vacanties toch hetzelfde werk wordt verricht. In ieder geval staat echter vast, dat diezelfde werkzaamheden worden verricht en dat langer wordt gewerkt. Dan is mij opgevallen ik heb dat gehoord en waarschijnlijk zal de Wethouder dat wel willen bevestigen of tegenspreken dat voor het aanmaken van de kachels wordt betaald 10 cent. En ik wil er ook nog op wijzen, dat als de kachel uitgaat, de stumperds van huis gehaald worden, om de kachels opnieuw aan te maken. Alles voor dat dubbeltje. En op gevaar af, dat de heer van Hamel zal zeggen: je moet naar Rhijngeest en dat de heer Sijtsma zal zeggen: je zit altijd maar te prikkelen, meen ik toch, dat het een schande zou zijn voor de gemeente Leiden, als het de werksters, die waarlijk dat werk niet voor haar pleizier doen, laat werken voor 30 cent per uur. Ik zou daarom willen voorstellen, dezen post met ƒ2000.te verhoogen. De Voorzitter. Er is een amendement ingediend, geteekend door de heeren van Stralen en Dubbeldeman, luidende als volgt: »ündergeteekenden stellen voor den post onder volgnr 159 voor het schoonhouden der schoollokalen te verhoogen met ƒ2000.teneinde daardoor een verhooging van het uurloon der schoolwerksters mogelijk te maken." De heer van der Lip, De heer van Stralen is er niet en kan dus geen voorstel doen. De heer Dubbeldeman. M. d. V. De kwestie is deze, dat de heer van Stralen niet aanwezig kon zijn en mij nu verzocht heeft, dat voorstel in te dienen. Ik heb het daarom mede onderteekend. Het amendement wordt voldoende ondersteund en maakt derhalve een onderwerp van beraadslaging uit. De Voorzitter. Ik wil van dit voorstel het volgende zeggen. Het is nog maar korten tijd geleden, dat een loonsherziening heeft plaats gehad, waarbij de bedragen voor de schoolwerksters verhoogd zijn De heer Dubbeldeman. Met hoeveel? De Voorzitter. Vroeger werden verschillende loonen betaald. Daarin is thans eenheid gebracht, nog maar een week of drie, vier geleden. De zaak is toen op bevredigende wijze opgelost

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1920 | | pagina 11