209
dragen met de oorspronkelijk geraamde sommen, zijn wij zoo
vrij U te verwijzen naar de ter visie liggende stukken en de
begrooting, opgenomen in het lngek. Stuk no. 198 van 1918.
De stijging van de bouwkosten brengt natuurlijk ook weder
wijziging in de exploitatierekening, tengevolge waarvan
mede de crisisbijdragen in het jaarlijksch tekort zullen moeten
worden verhoogd.
Bij de desbetreffende Koninklijke besluiten zijn deze bij
dragen voor het bouwplan der 147 woningen op ƒ22.415 905
en voor het bouwplan der 30 woningen op 2640.68 bepaald,
waarvan ten laste der gemeente komt resp. f 6153.52" en
797.77 Deze bijdragen zullen, indien zij worden verhoogd
naar denzelfden maatstaf, waarnaar zij aanvankelijk werden
toegekend, worden gebracht op 26161.35en ƒ3189.41,
waarvan voor rekening der gemeente 7133.27" en ƒ939.80",
hetgeen derhalve voor de gemeente een meerderejaarlijksche
uitgaaf van f 979.75 en 142.03" medebrengt.
Indien de Regeeiing echter de bijdragen in het exploitatie
tekort naar het systeem, dat tegenwoordig gevolgd wordt,
mocht berekenen, dan zou het niet onmogelijk zijn, dat de
huuropbrengst hooger zou moeten zijn, dan thans door de
Vereeniging geraamd wordt.
Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie lig
gende stukken geven wij Uwe Vergadering alsnu in over
weging ons College te machtigen tot H. M. de Koningin het
verzoek te richten:
A. 1°. het bij Koninklijke besluiten van 20 Juli 1918 no.
72 en 25 October 1919 no. 12 aan de gemeente Leiden ver
leende voorschot van ten hoogste 829100.(grondvoor-
schot f 70000.en bouwvoorschot 759100.ten einde
de gemeente in staat te stellen een voorschot van gelijk
bedrag te verleenen aan de Vereeniging tot Bevordering van
den Bouw van Werkmanswoningen ten behoeve van den aan
koop van den grond voor en den bouw van 147 woningen en 2
pakhuizen op het z.g. Kooiterrein, te verhoogen tot ten hoogste
f 962000.(grond voorschot tot 124563.39 en bouwvoor
schot tot f 837436.61).
2°. het bij Koninklijke besluiten van 20 Juli 1918 no.
74 en 25 October 1919 no. 63 aan de gemeente Leiden ver
leende voorschot van ten hoogste 188500.(grondvoor
schot f 12600.en bouwvoorschot f 175900.ten einde
de gemeente in staat te stellen een voorschot van gelijk be
drag te verleenen aan de genoemde vereeniging ten behoeve
van den aankoop van den grond voor en den bouw van 30
woningen aan het aan te leggen Volkspark, te verhoogen
tot ten hoogste f 221000.(grondvoorschot tot f 32600.
en bouwvoorschot tot f 188400.
een en ander met het oog op de gebleken hoogere bouw
kosten en de hoogere kosten van straataanleg.
B. in verband met de te verleenen hoogere voorschotten
de toegezegde rijksbijdragen iu de betaling van de ter zake
aan het Rijk verschuldigde annuïteiten evenredig te verhoo
gen, op den van Rijkswege vastgestelden voet.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 320. Leiden, 21 September 1920.
Wij hebben de eer LI de volgende voordrachten aan te
bieden voor de benoeming van:
1°. eene onderwijzeres aan de openbare school der 3e k'asse
No. 1, ter vervanging van den heer J. M. Vos, die benoemd
werd tot onderwijzer-plaatsvervangend hoofd aan deze school;
2°. twee onderwijzeressen aan de openbare school der 3e
klasse No. 2, ter vervulling van de vacatures, welke zijn
ontstaan tengevolge van de benoeming van Mej. L. van
den Brander tot pnderwijzeres aan de openbare school der
2e klasse voor jongens en meisjes No. 4 en het verleend
eervol ontslag aan den heer E. G. Vorsselman, welke laatste
vacature voortduurt door het niet aannemen van de benoeming
door den heer D. B. G. van Heuven te Bussum;
3°. eene onderwijzeres aan de openbare school der 3e klasse
No. 3, ter vervanging van den heer J. L. van Heteren, aan
wien met ingang van 1 September j.l. eervol ontslag werd
verleend
4*. eene onderwijzeres aan de openbare school der 3e klasse
No. 4, ter vervanging van Mej. M. H. S. van Ewijck, die
benoemd werd tot onderwijzeres aan de openbare school
der 2e klasse voor jongens eri me'isjes No. 4, in deze gemeente.
School 3e klasse No. 1.
1°. Mej. M. S. DEN BLAAUWEN, onderwijzeres aan de
O. L; school der 3e klasse No. 6;
2°. Mej. J. J. RA GUT, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school der 3e klasse No. 1, te Leiden;
3°. Mej. E. SAGEKUELE, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school der 3e klasse No. 3, te Leiden.
School 3e klas-e No. 2.
(Vacature: Mej. L. van den Brander).
1°. Mej. J. C. E6G1NK, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school 2e klasse voor jongens en meisjes No 4, te Leiden;
2°. Mej. S. M. BLOM, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school der 2e klasse voor jongens en meisjes No. 4, te
Leiden
3°. Mej. A. A. VELLEKOOP, tijdelijk onderwijzeres aan de
O. L. school der 3e klasse No. 9, te Leiden.
(Vacature E. G. Vorsselman).
1°. Mej. J. MEEWIS, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school der 2e klasse voor jongens en meisjes No. 4, te
Leiden
2°. Mej. J'. J. EGG1NK, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school der 3e klasse No. 4, te Leiden
3°. Mej. J. J. DE BRUIN, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school der 2e klasse voor jongens en meisjes No. 4, te
Leiden.
School 3e klasse No. 3.
1°. Mej. J. J. RAGUT, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school der 3e klasse No. 1, te Leiden;
2°. Mej. J. MEEWIS, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school der 2e klasse voor jongens en meisjes No. 4, te
Leiden
3°. Mej. E. SAGEKUELE, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
schQol der 3e klasse No. 3, te Leiden.
School 3e klasse No. 4.
1°. Mej. J. J. EGGINK, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school der 3e klasse No. 4, te Leiden;
2°. Mej. A. VAN DER LAAKEN, tijdelijk onderwijzeres aan de
O. L. school der 3e klasse No. 6, te Leiden;
3°. Mej. J. J. DE BRUIN, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L.
school der 2e klasse voor jongens en meisjes No. 4, te
Leiden.
Onder meiedeeling, dat het advies van den Arrondissements-
Schoolopziener en de berichten van de Hoofden der betrokken
scholen in de Leeskamer ter inzage liggen, geven wij U in
overweging tot de benoemingen over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
No. 321. Leiden, 21 September 1920.
Tegen inwilliging van bijgaand verzoek van den heer A.
Sjouw, om ontslag uit zijne betrekking van onderwijzer-plaats
vervangend hoofd aan de openba- e lagere school der 3e klasse
No. 3 alhier, bestaat bij ons College geen bezwaar.
Wij geven U mitsdien in overweging aan den heer A.
Sjouw, op diens verzoek, eervol ontslag te verleenen uit zijne
bovengenoemde betrekkingen dat ontslag te doen ingaan den
len October 1920.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Edelachtbare Heeren.
Ondergeteekende, A. Sjouw, onderwijzer-plaatsvervangend
hoofd aan de O. L. S. 3e kl. No. 3 Korte Mare, heeft de
eer ontslag aan te vragen uit zijn betrekking met ingang
van 16 Sept. a. s., wegens benoeming tot tijdelijk leeraar
aan de Rijks Hoogere Burgerschool te Almelo.
Hoogachtend heeft hij de eer te zijn,
Edelachtbare Heeren,
Uw dw. A. Sjouw.
Thorbeckestr. 14.
Leiden, 7 Sep. 1920.