408 MAANDAG 26 JULI 1920. geen zeep, soda, en dergelijke verkrijgen, maar het was bekend, dat in elk geval de waschbedrij ven nog in staat waren zich de noodige materialen te verschaffen, om de wasch op behoorlijke wijze te doen. Hoe kon dat dan? vraagt de heer Dubbeldeman. Dat is het geheim van zakenmenschen. De heer Knuttel zegt dat, werd het tarief 26 cent, dan zouden misschien ook de particulieren de goederen bij het gewone waschbedrijf kunnen brengen, dat het dan tegen ver minderden prijs zou wasschen. Men moet in aanmerking nemen, dat, als men van die zijde deze wasschen zou ont vangen, daardoor voor het bedrijf een vermeerdering van administratiekosten zou worden veroorzaakt, welke niet gering was, zoodat zeker gezegd kan worden, dat men dan nog hooger prijs zou moeten vragen dan de gemeente thans doet. Het is voor hen een groot gemak, als zij die groote balen gesorteerd van ons bedrijf kunnen halen en in bewerking nemen zonder er bijzondere zorg aan te hebben. Men moet zich in deze ook wel voor oogen stellen het gemak en het voordeel, dat het groote bedrijf ervan heeft, als het ineens de groote massa goederen ontvangt en deze niet in kleine hoeveelheden behoeft in ontvangst te nemen. Met alle kracht moet ik dus ontraden het stellen van een weistandsgrens van ƒ2500.Als men dat wilde, dan zou ik liever sterk willen aanraden het geheele voorstel van Burge meester en Wethouders af te stemmen, maar het komt mij voor, dat de verhooging van 20 op 26 cent alleszins aanbe veling verdient. De heer Elkerbout. M. d. V. In verband met hetgeen wij hebben gehoord omtrent de noodzakelijkheid om een deel van de menschen, die van de waschinrichting gebruik maken, te helpen en daarvoor een uitzondering te maken, ben ook ik bereid een inkomstengrens te stellen ter bepaling van het tarief, maar ik wil die grens niet leggen bij 2500.dan kan men even goed f 5000.— nemen doch bij 1000. inkomen. De Voorzitter. Mag ik verzoeken niet altijd gezamenlijk te roepen? Men kan wel eens interrumpeeren, maar er behoeft toch niet steeds een gehuil op te gaan, wanneer iemand iets voorstelt of zegt, dat een zeker aantal Raadsleden niet naar den zin is. De heer Elkerbout. M. d. V. Mijn voorstel strekt dus om degenen, die een inkomen beneden de f 1000.hebben, 20 cent te laten betalen en degenen, die een hooger inkomen hebben, 26 cent. Waar wij ons principieel tegen de wasch inrichting en verdere gemeentelijke crisis-instellingen ver klaren en niet geneigd zijn deze te blijven sanctioneeren, zou aanneming van mijn voorstel een uitstervingssysteem ten gevolge kunnen hebben. De Voorzitter. Van den heer Elkerbout heb ik een sub amendement ontvangen, strekkende om in het amendement van Mevr. DubbeldemanTrago in de plaats van »/'2500. te lezen f 1000. De heer Pera. M. d. V. Ik wensch even met allen nadruk op te komen tegen het voorstel, dat de heer Elkerbout thans doet. Men moet niet uit het oog verliezen, dat aanneming daarvan tengevolge zou hebben een breede administratie, welke de aanschaffing van hulp in de boekhouding met zich zou brengen. Wij moeten rekening houden met de uitgaven, welke de gemeente voor dit bedrijf heeft te doen. Wanneer de prijs voor de klanten wordt bepaald op 26 cent, moet de gemeente er altijd nog een aanmerkelijk bedrag bijleggen. Dat de gemeente Leiden in de gunstige omstandigheid ver keert er thans een gebouw disponibel voor te hebben, dat zich er uitstekend voor leent, is een voordeel, maar, wanneer de kosten van dat gebouw eenigszins in aanmerking werden genomen, indien het b.v. moest worden opgericht, zou het een aanzienlijke som zijn. We kunnen niet uit het oog ver liezen, dat feitelijk de kosten van het stichten van dat ge bouw ook in verband moeten worden gebracht met de uit oefening van het bedrijf. Ook met de ontvangst van 26 cent per K.G. van eiken klant, met welk inkomen ook, komen wij er niet mede uit, en ontbreekt er nog al wat aan. De kosten van de verwar ming en wat dies meer zij, komen er bovendien bij. Wil men het nu zoo maken, dat weder op die manier de kosten en de uitgaven worden verhoogd, men moet het weten maar ik moet het sterk ontraden. Men moet wat betreft de verhooging van het tarief ook rekening houden met de loorisverhooging, die plaats gehad heeft. De loonsverhooging van werksters is nog al aanzienlijk geweest, en dat veroorzaakt toch ook zooveel meer uitgaven. Het een houdt met het ander verband. Ook bij deze zaken moet men rekening houden met de aari het bedrijf verbonden uitgaven; men moet er zooveel mogelijk naar streven, dat de uitgaven door de inkomsten gedekt worden, wat bij deze regeling nog niet het geval zal zijn. Bij een particulier moet men meer betalen; 30 cent zegt men en meer. Dan is het de vraag, ol men niet veel beter uit is met te laten wasschen door tusschenkomst van ons bedrijf. De contröle, die uitge oefend wordt, de macht die als zoodanig van ons bedrijf uit gaat, de invloed dien men kan uitoefenen op de verschillende inrichtingen waar ge wasschen wordt, is nog al van 'beteeke- nis, veel meer dan het geval zou zijn wanneer klant voor klant met bezwaren bij een particulier bedrijf kwamen. Ook iri dit opzicht heeft ons waschbedrijf voor de klanten zeer zeker een tamelijke waarde. De beraadslaging wordt gesloten. De Voorzitter. Ik zal het eerst in stemming brengen het voorstel van mevrouw DubbeldemanTrago om het voorstel van Burgemeester en Wethouders gesplitst in stemming te brengen, namelijk om de aan de bleekerspatroons te geven vergoeding te bepalen op 19 cent en de verhooging van het tarief op 26 cent. Ik kan dit voorstel niet aanbevelen. Het gevolg van het gesplitst in stemming brengen van het voorstel van Burge meester en Wethouders zou kunnen zijn, dat eerst aangenomen zou worden de verhooging van de vergoeding der bleekers patroons doch dat daarna zou verworpen worden de verhooging van het tarief. Daar zouden wij een strop mede krijgen. Het voorstel van mevrouw DubbeldemanTrago wordt in stemming gebracht en met 16 tegen 12 stemmen aangenomen. Vóór stemmende heeren Bisschop, van Weeren, Heemskerk, van Tol, Oostveen. van der Lip, Dubbeldeman, van Stralen, Groeneveld, van Gruting, van Hamel, de la Rie, mevrouw DubbeldemanTrago, de heeren Leman, Knuttel en van der Zeeuw. Tegen stemmende heeren Kuivenhoven, Elkerbout, Pera, Bots, J. P. Mulder, de Lange, Oostdam, Splinter, van der Pot, Wilmer, A. Mulder en Huurman. (De heeren Knuttel en Huurman waren inmiddels ter vergadering gekomen.) De Voorzitter. Ik zal nu het eerst in stemming brengen het voorstel van mevrouw DubbeldemanTrago om de vergoeding voor de bleekers te brengen van 19 op 18 cent. Mevrouw DubbeldemanTrago. Neen, om den toestand te laten zooals die is. De Voorzitter. Het gevaarlijke is, dat, als de vergoeding voor de bleekers gebracht wordt op 19 cent en het tarief wordt verlaagd voor een gedeelte der klanten, dit een finan cieel nadeel wordt voor de gemeente. De heer van der Pot. Stem dan eerst over den prijs! De Voorzitter. Ja, dat is beter. Dan zal ik eerst in stemming brengen het sub-amendement van den heer Elkerbout, strekkende om in het amendement van mevrouw Dubbeldeman Trago in plaats van f 2500" te lezen ƒ1006. De heer van Stralen. Laat de heer Elkerbout er een zelfstandig amendement van maken, want nu moeten wij tegen zijn sub-amendement stemmen. De Voorzitter. Ja, dat kan ook niet anders. De heer Dubbeldeman. M. d. V. Ik wil even doen opmerken, dat het de gewoonte is het eerst te stemmen over het verst- strekkende amendement. Nu hebben wij vanmiddag er over zitten redeneeren om althans voor een bepaald deel van de menschen de gelegenheid om van de waschinrichting gebruik te maken zoo goedkoop mogelijk te doen zijn en daarom gaat het voorstel om de weistandsgrens op f 2500.te bepalen verder dan het sub-amendement van den heer Elkerbout. De Voorzitter. Ik gevoel iets voor het argument van den heer Dubbeldeman. Als het sub-amendement een zelfstandig amendement was, zou het amendement om de weistandsgrens op f 2500.te stellen het verststrekkend wezen. Het bezwaar is, dat, waar de Raadsleden hun voorstellen en amendementen vaak niet goed formuleeren, Burgemeester en Wethouders dat alles zeiven moeten nagaan. De beraadslaging wordt gesloten. Het amendement van mevrouw DubbeldemanTrago om het tarief voor de klanten met een inkomen beneden 2500. te laten op 0.20 per K.G., wordt in stemming gebracht en met 17 tegen 11 stemmen verworpen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1920 | | pagina 12