MAAfNDAG 10 MEI-1820. De heer van der Lap. Ook zoo lang? De heer Dubbeldeman. Dat hangt er van af welke betee- kenis de vakbonden in dat bedrijf hebben, maar het wordt steeds langer. Ik geloof, dat in de coöperatie sVoorütt" onze. menschen langer uitbetaald krijgen dan bij de gemeente, doch particulieren betalen ook reeds zoolang ais de gemeente het doet. j Nu komt de heer Pera zeggen, dat er gewerkt moet wor den, maar dat weet ik ook wel en ik weet en ondervind dat al 30 jaar. V De heer Pera. Gij doet er niet naar! De heer Dubbeldeman. Dat wordt nog fraaier! Dat is? blutschupperijIk geloof, dat ik in die 30 jaren van arbeid even goed mijn portie heb gehad als gij en het is de vraag of ik geen zwaarder arbeid heb moeten verrichten dan gij. Gij weet wel, dat mijn partijgenooten, zoo goed als ik zelf en ook de communist, geen tegenstandets van werken zyn, doch er is een »maar-' by, namelijk: wat krijgt men voor zijn arbeid? En ik heb reeds bij de algemeene beschouwingen gezegd, dat, hoe meer de arbeider krijgt van hetgeen hij voortbrengt, hoe meer belang hij beeft bij de opvoering van de productie. En als'de heeren nu eens een advies willen hebben over de vraag op welke wijze de productie kan stijgen want wij kennen dat middel en hebben daarop patent; de heeren weten het niet, anders zouden zij er naar doen dan zeg ikgeef het loon, dat gevraagd wordt. Ik hoop, dat de Wethouder van Financiën nu eens zal ver klaren, dat hij er het bijltje niet bij zal neerleggen, als dit amendement wordt aangenomen, en dat de.»Raad zoo ver standig Bal zijn te zorgen, dat het er met vlag en wimpel doorgaat. De heer DE Lange. M. d. V. Burgemeester .en Wethouders hebben toch al weer heel aardig in de richting van de Rijks regeling gewerkt bij dit voorstel. Dè amanuenses le klasse bij de Rüksproefstations, bij den phytopathologischen dienst, bij de Rijksseruminrichting en bij de Rijkszuivelinspectie genieten allen een minimum jaarwedde van 1600.en een maximum jaarwedde van 2300.—. De Voorzitter. Hier blijkt ten duidelijkste wat ik zooeven ook heb gezegd, dat in het streven van t de 4 heeren Dub- beldeman en van Stralen niet zit een .groote lijn, maar alleen de omstandigheid, dat zij, die buiten het georganiseerd over leg zijn gevallen, eens zijn komen vragen een bijzondere gunst te mogen hebben, want ik zie niet in, dat voor deze men schen slechte' loonen worden voorgesteld. Een amanuensis le klasse aan een Rijksuniversiteit en aan de Technische Hooge- school het is de hoogste rang, dien zij daar bereiken kunnen heeft een jaarwedde van 1600.— tot 2500. In het verdere debat wil ik niet komen, want dat hebben wij reeds gehad, toen wij de grondloonen hebben vastgesteld. Hier gaat het om vergelijking der loonen en ik zie rriet in waarom deze menschen, vergeleken bij de andere ambtenaren, in een hoogere groep zouden moeten worden geplaatst. Zooals ik reed£ zeide, geniet een amanuensis-concierge van een Rijks-Hoogere Burgerschool van ƒ1600.tot 2300.terwijl hier gegeven zal worden aan een amanuensis 1800.tot ƒ2200.Is dat nu zoo slecht? In minimum is het salaris hier ƒ200.— hooger, maar in maximum - is eerstgenoemde 100.hooger, doch daarvoor is hij er ook concierge bij. De heer Dubbeldeman. M. d. V. Nog een enkel woord naar aanleiding van wat u en de heer de Lange gezegd heeft. Ik moet verklaren, dat de Rijksambtenaren, welke werk zaamheden verrichten als deze menschen die wij in gemeente dienst hebben, niet met deze personen moeten vergeleken worden. Die Rijksambtenaren zijn in de gelegenheid er zeer veel bij te verdienen. Als zij ƒ1000.— in .die functie verdienen, dan verdienen zij er nog ƒ1500.by. Ik wil niet zeggen wat de heer Gruting zeide, die sprak van ƒ5000. Dat er veel bijverdiensten voor die personen zijn, is mij persoonlijk bekend; daarom'heb ik er niet over willen spreken. Ik heb alleen gesproken over menschep, die in gemeente dienst in verschillende plaatsen in gelijke groepen denzelfden arbeid verrichten, zooals te Rotterdam. Het Rijk heb ik laten zwemmen; bij' het Rijk zijn die menschen niet gelijk. De Voorzitter. Ik heb een Rijks-Hoogere Burgerschool genoemd; maakt dat verschil met een gemeentelijke Hoogere Burgerschool De heer Dubbeldeman. M. d. V. U hebt gesproken over de amanuenses en de instrumentmakers, die hier in dienst bij de universiteit zijn. De Voorzitter. Maar-oók over de amanuenses bij?de Rijks Hoogere Burgerscholen. De heer Dubbeldeman. Ik geef toe, dat die personen, ver-. bonden«fcan de Rijks Hoogere Burgerscholen, veel slechter af zijn dan de instrumentmakers en amanuenses bij de univer siteit, imaar wij mogen er toch rekening mee? houden. Als u 'het te berde brengt als argument, aan mag ik het toch ook i bestrijden. 'De beraadslaging wordt gesloten. Het amendement van de heeren Dubbeldeman en van Stralen wordt in stemming gebracht en met 1'9 tegen 10 stemmen verworpen.' Tegen stemmende heeren Oostdam, Kuivenhoven, de' Lange, Stijnman; Splinter, A. Mulder, van Hamel, Wilmer, J. P. Mulder, Huurman, Bisschop, Sijtsma, Heemskerk, van .Tol, Pera, Bots, van der Lip, van der Pot en Leman. Vóór stemmenmevrouw BaartBraggaar, de heeren.Groe- neveld, Knuttel, van Gruting, van Stralen, de la Rie, Dub beldeman, Dost veen, mevrouw Dubbeldeman—Trago en de i heer van der Zeeuw. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt ver volgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De Voorzitter. Thans stel ik aan de orde het amendement-* het is beter te spreken van de motie van de heeren Dub-f beldeman en van Stralen, om aan ,de gemeenteboden een kleedingtoelage toe t te kennen, op dezelfde wijze te regelen als bij rde politieambtenaren. De heer Dubbeldeman. M. d. V. Reeds bij de algemeene beraadslaging over de begrooting- heb ik gewezen op de bil lijkheid om, als wij iemand verplichten een bepaalde kleeding te dragen, hem daarvoor een i vergoeding te geven. Nu had ik gedacht, dat Burgemeester en Wethouders bij deze voor^ stellen tot salarisherziening daarmede toch rekening gehouden zouden hebben. Het waren toen niet alleen.de sociaal-demo craten en de communist, die er voor .warener waren meer leden die daarvan voorstanders warenen ik hoop dan ook, dat zij nu niet omgekegeld zullen zijn, maar ruggpgraat zullen toonen te hebben en voor hunne meening zullen durven uit te komen. Aan den hoofdinspecteur van politie wordt verstrekt een bepaalde uniform,, die slechts bestaat uit een gekleed pak met een hoogen hoed. .De uniform van onZe bode is idem idem, behalve dien dop. Als men nu dien hoofdinspecteur .dat geeft,, dan. is het ook billijk het aan den bode te geven. De inspecteur en de hoofdinspecteur .dragen het maar een enkelen keer per jaar, alleen bij plechtige gelegenheden, maar onze boden moeten het eiken' dag dragen en niemand zal tegen spreken dat, alsmen verplicht wordt een zwart pak te dragen, dit veel meer kost dan wanneer men-daarin vrij is. De Voorzitter moge zoo even zeggenge weet er niets van De Voorzitter. Neen, de heer Dubbeldeman zegt den ge- heelen middag, dat hij het alleen weet en ik niet! 'De heer Dubbeldeman. M. d. V. Wij hebben wel wat.er varing opgedaan. Wij hebben niet alleen kunnen leven en zien in de hoogere kringen der maatschappij, maar wij hebben het grootste gedeelte van ons leven doorgebracht iri het onderste deel van de inaatschappij en daar ziet men, omdat men alles zelf moet doen,, meer dan wanneer men in de hoogte.leeft. Ik hoop, dat de Raad ons voorstel zal kunnen steunen, opdat de menschen kiijgen wat'hun toekomt. Het zal straks blijken, .dat, als wij de klassen laten vervallen, het de ge meente niet veel geld zal kosten, want, als de Raad ons voorstel aanneemt, verdwijnt die 100.voor den eersten bode. De heer Heemskerk. Die mag niet weg! t De heer Dubbeldeman. Die man gaat niet wegi maar ?de toelage van 1100.verdwijnt, en daarvoor komt i in de plaats, dat alle boden 100.zullen krijgen, ter'voorziening in hetgeen zij meer aan kleeding moeten uitgeven. De heer Oostdam. M. d. Y. U weet waarschijnlijk nog wel, dat, als er sprake is van de gekleede jassen der boden, mijn hart open gaat. Ik heb er meermalen over gesproken en mij is nog altijd niet volkamen duidelijk, hoe .het eigenlijk té verklaren is, dat bij de politie wel kleedingtoelage bestaat en bij i de boden niet.lik zou de reden daarvan gaarne ven- nemen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1920 | | pagina 13