DONDERDAG 29 DECEMBER 1919. 439 Omdat wij het vorige jaar ons zoozeer moesten bezuinigen, hebben wij destijds besloten een bescheiden subsidie aan de padvindersbeweging te geven in den vorm van vrije zaalhuur enz. Doch in Amsterdam krijgen zij 2000.daar beschouwt men het dus als een zuivere steun voor de lichamelijke opvoeding. Ik ben het ook eens met den heer van der Lip, waar hij eenige continuïteit in het geven van subsidies bepleit en het ook om die reden niet wenschelijk acht om de subsidie, waar de ver- eeniging nu eenmaal op rekent en die het vorige jaar is verleend, nu te gaan intrekken, tenzij men er tegen is uit principiëele overwegingen, - want die moet men natuurlijk respecteeren. De heer Sijtsma. Hoeveel betaalt de bond voor lichame lijke opvoeding voor het terrein aan den Zoeterwoudschen Singel De Voorzitter, 25.per jaar. Binnenkort zal hier waar schijnlijk komen een voorstel tot inrichting van het sport terrein; dit terrein zal aan allerlei vereenigingen die lichame lijke opvoeding bedoelen, tegen grootere of kleinere sommen, in gebruik worden gegeven. Bijna altijd zal in die huursommen subsidie zitten. Dit zal iedereen wel goedkeuren waarom dan thans niet in een analoog geval? Van het standpunt van de heeren, die er in principe niet tegen zijn, zooals de heer Sijtsma en anderen, kan ik hun bezwaar thans dus niet inzien. De beraadslaging wordt gesloten. Het voorstel van den heer van der Zeeuw wordt in stem ming gebracht en met 19 tegen 8 stemmen aangenomen. Vóór stemmen de heeren Eikerbout, de Lange, de la Rie, Oostdam, van Weeren, Heemskerk, Bisschop, Mevr. Dub- beldemanTrago, de heeren Dubbeldeman, van Tol, Knuttel, van der Zeeuw, Sijtsma, A. Mulder, üostveen, Groeneveld, van Stralen, Mevr. BaartBraggaar en de heer Kuivenhoven. Tegen stemmen de heeren van der Pot, Wilmer, Splinter, van Hamel, van Gruting, Pera, Bots en van der Lip. XXI. Voorstel: a. tot hernieuwing van het contract met de firma J. J. Groen en Zoon betreflende de levering van de Ingekomen Stukken en van het gedrukt stenographisch verslag van de Handelingen van den Gemeenteraad. (Zie Ing. St. No. 372). De beraadslaging wordt geopend. De heer Dubbeldeman. M. d. V. Ik begin met in herinnering te brengen, dat wij bij de behandeling van de begrooting in de secties, en toen de algemeene beschouwingen aan de orde waren, er op wezen, dat het drukwerk van de gemeente Leiden aan twee drukkers te dezer stede wordt gegeven en dat dit ons inziens onrechtvaardig is. Wij hebben toen in den breede betoogd, dat het ons beter toescheen dat drukwerk over de drukkerijen te verdeelen. Nu bereikt ons weereen voorstelom het drukken van de Handelingen en de Ingekomen Stukken op te dragen aan de firma Groen, die dat tot nog toe heelt gedaan. Ik stel op den voorgrond geen bezwaar te hebben tegen de firma Groen. Het is een uitstekende drukkerij en wat de loonen en arbeidsvoorwaarden van het personeel betreft, die zijn op dit oogenblik aan alle drukkerijen dezelfde, zoodat er onzerzijds geen principieel bezwaar bestaat tegen den drukker als zoodanig. Burgemeester en Wethouders zeggen in hun advies, dat de firma Groen bereid is ons dat drukwerk tegen de minimum tarieven te leveren, en nu ben ik zoo vrij met de firma Groen over dat minimum van meening te verschillen, als door haar de cijfers, in het advies van Burgemeester en Wethouders voorkomende, zijn geleverd. Hebben Burgemeester en Wethouders die cijfers overgenomen en gecontroleerd? Dan hebben zij een verkeerde berekening gemaakt of zich een verkeerde berekening in de maag laten duwen. Zelf heb ik er ook een berekening van gemaakt en die laten controleeren door deskundigen aan een paar groote drukkerijen. Ik ben tot geheel andere cijfers gekomen. De letter, waaruit het model gezet is, bestaat uit 90 vierkanten lang, bij 27 vierkanten breed. Er staan dus op een kolom (een kolom is pagina) 90 maal 27 2430 vierkanten. Vier pagina's acht kolommen, dus 8 maal 2430 19440 vierkanten. Een zetter moet 700 vierkanten per uur leveren; 19440 gedeeld door 700 27 uur. Ik rond dit gemakshalve af op 28 uur. In Leiden wordt voor een zetter berekend ƒ1.17 per uur; alzoo krijg ik voor vier pagina's 28 maal ƒ1.17 ƒ32.76. Aan zetwerk krijg ik dus 32.76, waarbij komt: voor het inslaan van den vorm ƒ4.40, voor het drukken, berekend tegen 100 exemplaren, ƒ0.38 en voor het vouwen van 100 exemplaren ƒ1.tezamen dus ƒ38.54, wat verhoogd wordt met 25% (oud tarief) of ƒ9.65 ƒ48.19, waarbij komt voor papier ƒ2.10 en 30% winst, of ƒ0.66, tezamen ƒ50.95. Reken ik nu nog 25% daarenboven voor de nieuwe verhooging, welke met 1 Januari aanstaande waarschijnlijk zal ingaan, dan krijg ik een totaal bedrag van ƒ60.60. Deel ik dat door 4, dan kost elke pagina ƒ15.15 of afgerond naar boven 16>-. Dat is het minimum-tarief voor Leiden en niet ƒ21.—, zooals de firma Groen ons wil vertellen. Nu weten wij nog niet hoe het in het vervolg zal gaan met de abonné's. Zijn die exemplaren voor rekening van de gemeente of is alle winst daarvan voor de firma Groen Nu geloof ik, dat wij verkeerd doen wanneer wij één firma in Leiden een voordeel geven, zeg maar gerust, ten koste van de openbare kas. Ik geloof, dat wij met deze cijfers, die ten allen tijde gecontroleerd kunnen worden, de gemeentekas een dienst kunnen bewijzen. Bij mijn becijfering heb ik niet gedacht hoe het gaat met de abonnementen. Vroeger was het zoo. Die werden gestuurd door Groen en betaald aan Groen. Ik weet op het oogenblik niet voor wiens rekening dat ging, of de winst kwam in de gemeentekas, of ook was voor Groen. Ik heb de stukken in de Leeskamer gelezen, maar ik ben er niet wijzer uit geworden. Ik kan niet zien welk verband er bij de abonnementen bestaat tusschen de gemeente en de firma, maar de praktijk zal wel zijn, dat de winst die gemaakt wordt, wordt opgestreken door Groen. Mijnheer de Voorzitter. Ik ben het er ook niet mee eens, dat wij de stenogrammen krijgen door middel van Groen; ik zou- zeggen, welk bezwaar is er tegen, dat de stenografen in onzen dienst zijn. Het is voor de gemeente gemakkelijker, dat zij zich direct in verbinding kan stellen met die zoo genaamde Kamerstenografen. De gemeente heeft de stenografen noodig en niet de firma Groenwij hebben die firma noodig om het verslag te laten drukken maar wij hebben de stenografen noodig om het verslag op te nemen. Mijnheer de Voorzitter. Ik ben dus zoo vrij een voorstel in te dienen: »Ondergeteekende stelt voor de levering van het gedrukt stenografisch verslag van de Handelingen van den Gemeenteraad en de daarbij behoorende Ingekomen Stukken, in het openbaar aan te besteden, telkens voor één jaar, en draagt Burgemeester en Wethouders op in onderhandeling te treden met de zgn. Kamerstenografen tot het vervaardigen van het stenografisch verslag in de vergaderingen van den Raad." Mijnheer de Voorzitter. Ik heb er een voorstel van moeten maken omdat het mij onmogelijk was een amendement in te dienen op het voorstel van Burgemeester en Wethouders. Ik wist niet op welke wijze ik dat moest inlasschen. Nu kan de Voorzitter formeel zeggenhet is niet in orde om hier in eens met een voorstel te komen; het moest minstens 24 uur van te voren worden ingediend, maar ik zag geen kans het anders te doen. De heer Oostdam. M. d. V. Ik geloof, dat dit een zaak is, waarop de gemeente aanzienlijk kan bezuinigen. Alles is nu zoo duur en zooals wij van den heer Dubbeldeman hebben gehoord, zal het drukwerk met Januari weer zooveel in prijs stijgen. Daarom vraag ik of het niet beter zou zijn te breken met de gewoonte, een stenografisch verslag te laten maken. Ik vraag: waarvoor dient het? De Voorzitter. Gij gaat weer uit een arider vaatje tappen en daarom zou ik eerst den heer Dubbeldeman willen ant woorden. De heer Dubbeldeman denkt, dat hij de gemeente een aan zienlijke som zal kunnen besparen en zich jegens de gemeente verdienstelijk kan maken. Ik erken gaarne de goede bedoelingen van den heer Dubbeldeman, maar misschien heeft hij zich in dat opzicht overschat, omdat hij waarschijnlijk het contract, dat met de firma Groen zal worden gesloten, niet heeft ge lezen. In het Ingekomen Stuk staat, dat de firma Groen als de kosten per bladzijde heeft opgegeven een bedrag van ƒ21.7-, maar dat is slechts een schatting; in het te sluiten nieuwe contract staat, dat de firma zal leveren tegen de door den Nederlandschen Bond van Boekdrukkerijen vast te stellen minimum-prijzen. Wij kunnen die prijzen laten narekenen en dan levert de firma Groen voor die bedragen. De bereke ning van den heer Dubbeldeman, welke ik niet kon volgen, was buitengewoon interessantis die juist, dan levert de firma tegen de daarin genoemde prijzen. Ik herinner mij, dat de beer Dubbeldeman een bedrag van ƒ60.deelde door vier en kwam tot een som van ƒ15.per bladzijde, maar al stond in het Ingekomen Stuk niet 21.— doch ƒ22. of ƒ23, dan zou dat er niets toedoen. Van openbare aanbesteding verwacht ik geen nut, want dan komen wij even duur uit. De firma Groen levert immers tegen de minimum-prijzen; dat cijfer van ƒ21.is genoemd om een idee te geven van den prijs, maar, gelijk ik reeds opmerkte, zegt het contract, dat geleverd wordt tegen de door den Nederlandschen Bond van Boekdrukkerijen vast gestelde prijzen, d w. z. tegen den prijs, dien de heer Dub beldeman wil en die wordt nagerekend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1919 | | pagina 19