GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
OGEK09LE3T STUKKE».
N°. 348. Leiden, 24 November 1919.
Tegen de begrootingsregeling, gevoegd bij de voordracht
van Burgemeester en Wethouders d.d. 20 November 1919
(Ingek. St. 346), heeft de Commissie van Financiën geene
bedenking.
Zij adviseert U derhalve conform die voordracht te besluiten.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 349. Leiden, den 24 November 1919.
Ter voldoening aan art. 2 en 3 der Verordening van 24
Maart 1910 Gem.Blad No. 9, hebben wij de eer den gemeente
raad de volgende aanbevelingen te doen toekomen.
Voor de vacature Damen:
1. Mr. A. L. HERMANS.
2. P. J. M. NIEMER.
Voor de periodieke aftr. der H.H. Ds. J. Hoogenraad,
L. van der Laan en prof. Dr. P. Th. L. Kan:
1. Ds. J. HOOGENRAAD.
2. A. COUVÉE P.J.zn.
1. L. VAN DER LAAN.
2. P. M. J. VAN OERLE.
1. Prof. Dr. P. Th. L. KAN.
2. Prof. Dr. J. VAN DER HOEVE.
Wij meenen voor 't oogenblik geen aanbeveling te moeten
inzenden voor de per. aftr. van de vacature de Blècourt, daar
we nog niet weten of de Heer Tjalsma, die in Uwr Vergade
ring van 16 October 1919 benoemd werd, als lid zal worden
toegelaten.
Namens de Plaatsel. Schoolc.
W. Draaijer, Secr.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
N°. 530. Leiden, den 25 November 1919.
Wij hebben de eer, onder overlegging der desbetreffende
sollicitatiestukken, U aan te bevelen ter vervulling van de
vacature in de Fransche taal- en letterkunde, ontstaan door
het overlijden van den Heer A. Cohen:
1°. J. BUFFIN, tijdelijk leeraar aan de drie-jarige H.B.S.
te 's Gravenhage,
2°. R. VAN WAARD, leeraar aan de Gem. Handelsschool
en H. B. S. te Zutphen.
Wij voegen hierbij het advies van den Inspecteur der
Gymnasia, gevolgd door een tweede schrijven van 22 Novem
ber j.l., waarin zijn voorstel om n°. 1 tot een tijdelijke be
noeming aan te bevelen, door hem wordt gehandhaafd. Ons
College meent echter dat aanbeveling voor tijdelijke benoe
ming de mogelijkheid zou kunnen doen ontstaan dat de eerst-
voorgedragene bezwaar zou maken een eventueele benoeming
te aanvaarden. Derhalve bevelen wij ook n°. 1, aan wien wij
met den Inspecteur verreweg de voorkeur geven, voor een
vaste benoeming aan.
Curatoren van het Gymnasium
D. C. Hesseling, Voorzitter.
M. B. Vos, Secretaris.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
N°. 351. Leiden, 25 November 1919.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te
deelen, dat zij geene bedenkingen heeft tegen
1®. den staat van af- en overschrijving op de begrooting,
dienst 1918, van het College van Vrouwen-Kraammoeders;
2®. de rekening, dienst 1918 van dat College;
3°. de begrooting, dienst 1920, van datzelfde College;
4°. de begrooting, dienst 1920, van het Gereformeerde Minne-
of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis;
5°. de begrooting, dienst 1920, van het Heilige Geest- of
Arme Wees- en Kinderhuis.
Zij adviseert U derhalve tot goedkeuring van die stukken
over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 352. Leiden, 26 November 1919.
In de Raadszitting van den 16en October 1919 werd aan
den heer Dr. H. J. Taverne, op diens verzoek, met ingang
van 1 Januari 1920 eervol ontslag verleend als leeraar aan
de afdeeling B der Kweekschool voor onderwijzers en onder
wijzeressen alhier.
Voor de vervulling van de vacature van leeraar in de kennis
der natuur en in de wiskundige aardrijkskunde, diealzooden
len Januari a. s. aan genoemde afdeeling zal ontstaan, dragen
wij U thans ter benoeming voor den heer M. van Wamelen,
hoofd der openbare Jongensschool le klasse alhier, de eenige
sollicitant die zich, na gedane oproeping, voor die betrekking
heeft aangemeld.
Met verwijzing naar het door den Directeur der Kweek
school schriftelijk uitgebracht advies, hetwelk in de Leeskamer
ter inzage is nedergelegd, verzoeken wij U thans tot de
benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 353. Leiden, 5 December 1919.
Door het Gemeentebestuur van Voorhout is tot ons College
het verzoek gericht om den Leidschen Keuringsdienst van
eet- en drinkwaren met ingang van 1 Januari 1920 over die
gemeente uit te breiden.
Onzerzijds bestaat tegen inwilliging van dit verzoek, mits
onder de gebruikelijke voorwaarden, waarmede de gemeente
Voorhout zich inmiddels heeft vereenigd, geen bezwaar.
Wij geven U mitsdien in overweging ons College te mach
tigen, met de gemeente Voorhout eene overeenkomst aan te
gaan inzake de uitbreiding van den Leidschen Keuringsdienst
van eet- en drinkwaren over die gemeente, voor den tijd
van één jaar, ingaande 1 Januari 1920, tegen eene vergoeding
van f 0.10 per jaar en per inwoner, onder bepaling dat de
overeenkomst geacht wordt na 31 December 1920 telkens
voor één jaar te zijn verlengd, indien zij niet twee maanden
te voren door een der contractanten is opgezegd en verder
onder de gebruikelijke voorwaarden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 354. Leiden, 5 December 1919.
Ook het Gemeentebestuur van Leiderdorp heeft tot ons
Collegehet verzoek gericht den Leidschen Keuringsdienst
van eet- en drinkwaren over die gemeente uit te strekken.
Evenmin als tegen het verzoek van gelijke strekking van
de gemeente Voorhout, bestaat bij ons College tegen inwilli
ging van het verzoek van de gemeente Leiderdorp bezwaar
mits onder de gebruikelijke voorwaarden, waarmede reques-
trante zich inmiddels heeft vereenigd. Met het oog op de
aanstaande grenswijziging wenscht zij echter de overeenkomst
eerst op 15 Januari '1920 te doen ingaan.
Wij geven U mitsdien in overweging ons College te machti
gen, met de gemeente Leiderdorp eene overeenkomst aan te
gaan inzake de uitbreiding van den Leidschen Keuringsdienst
van eet- en drinkwaren over die gemeente, voor het tijdvak
van 15 Januari '1920 tot uit" December 1920, tegen eene ver
goeding van f 0.10 per jaar en per inwoner, onder bepaling
dat de overeenkomst geacht wordt na 31 December 1920