GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 157 IÜVGEKOM£^ NTOKKEir. N°. 233. Leiden, 20 Augustus 1919. Tegen den door Burgemeester en Wethouders voorgestelden aankoop van verschillende peceelen weiland en water in den Boschhuizerpolder, het Boscbhuizerblok en den Gasthuizer- polder onder Zoeterwoude en de daarop betrekking hebbende begrootingsregeling (Ingek. St. No. 225) heeft de Commissie van Financiën geen bezwaar. Zij stelt IJ voor overeenkomstig die voordracht te besluiten. Evenmin heeft de Commissie bedenking tegen de voor gestelde begrootingsregeling, waarbij de gelden worden uit getrokken voor den bouw van een 3e klasse school op het Schuttersveld, indien de Raad besluit tot stichting van bedoelde school over te gaan. (Ingek. St. No. 224). Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N°. 234. Leiden, den 19 Augustus 1919. Wij hebben de eer Uw College het volgende voorstel te doen Het Wiskunde-onderwijs aan ons Gymnasium wordt thans gegeven door Dr. J. S. G. Gleuns en Dr. C. de Jong, welke laatste leeraar ongeveer zes lesuren per week heeft en tijdelijk is benoemd. Dr. Gleuns heeft het restant der lesuren, ongeveer 25. Ten einde nu Dr. Gleuns het onderwijs, in verband met zijn hoogen leeftijd wat te verlichten en Dr. de Jong als leeraar te kunnen behouden, waartoe geen kans zal bestaan indien hij in den volgenden cursus tijdelijk-leeraar blijft, stellen wij ons voor dat in den vervolge aan Dr. Gleuns zouden worden opgedragen 20 a 21 lesuren wiskunde, aan Dr. de Jong de overige wiskunde-lesuren (10) plus 1 uur cosmografie in de vijfde klasse. Door deze regeling is het ons mogelijk om Dr. de Jong voor te dragen voor eene vaste benoeming als leeraar in de wiskunde, terwijl tegen het feit dat aan Dr. Gleuns eenige lesuren beueden de limiet zouden worden opgedragen o. i. geen bezwaren bestaan met het oog op zijn hoogen leeftijd, zijn langdurigen dienst en den korten tijd dat hij nog aan het Gymnasium werkzaam zal zijn. De boven bedoelde regeling wordt door Dr. Gleuns zelf geheel goedge keurd, eveneens blijkens hierbij overgelegd advies, door den Inspecteur der Gymnasia. Wij hebben derhalve de eer Uw College Dr. C. de Jong, thans tijdelijk-leeraar, aan te bevelen voor een benoeming tot gewoon-leeraar in de Wiskunde en Wis- en Natuurkundige Aardrijkskunde aan het Gymnasium alhier. Curatoren van het Gymnasium te Leiden: D. C. Hesseling, Waarnd Voorzitter. M. B. Vos, Secretaris. Aan den Raad der Gemeente Leiden. N°. 235. Leiden, 20 Augustus 1919. Bij nevensgaand adres verzoekt de heer J. van Noord, om eervol ontslag als onderwijzer-plaatsvervangend hoofd aan de openbare lagere school der 4e klasse, No. 2, alhier. Tegen inwilliging van dat verzoek bestaat bij ons College geen bezwaar en wij geven U derhalve in overweging aan den heer J. van Noord, op diens verzoek, eervol ontslag te verleenen uit zijne betrekking van onderwijzer-plaatsver vangend hoofd aan de openbare lagere school der 4e klasse, No. 2, en zulks met ingang van 1 October 1919. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Ondergeteekende, onderwijzer-plaatsvervangend hoofd aan de Openbare Lagere School 4e Klasse No. 2, heeft de eer UEdAchtb. te berichten, dat hij benoemd is tot hoofd aan de Openbare Lagere School a. d. Morsch te Oegstgeest. In verband met deze benoeming is ondergeteekende zoo vrij tegen 1 October 1919 eervol ontslag aan te vragen uit bovengenoemde betrekking. Met de meeste hoogachting heeft ondergeteekende de eer te zijn: «Weledelachtbare Heeren" Uw dienstw. dienaar J. van Noord. Leiden, 12 Augustus 1919. Aan de Heeren v./d. Raad Gemeente Leiden. N°. 236. Leiden, 20 Augustus 1919. In de bij Uw besluit van 12 December 1918 vastgestelde Verordening betreffende het verleenen van een bijslag op pensioenen en wachtgelden komt de bepaling voor, dat de bijslag genoten zal worden tot wederopzeggens, doch uiterlijk tot 1 October 1919. Nu de tijdsomstandigheden zich nog niet zoodanig gewijzigd hebben, dat een beteekenende vermindering van de kosten van het noodzakelijk levensonderhoud is ingetreden, meent ons College eenstemmig ook de meerderheid, die destijds het verleenen van een bijslag meende te moeten ontraden dat de bestaande regeling ook na 1 October a.s. voorloopig nog dient te worden bestendigd. In verband daarmede stellen wij U voor door vaststelling van de in ontwerp hierbijgaande verordening te bepalen, dat de bijslag genoten zal worden tot uiterlijk 1 October 1920. Behoudens vroegere intrekking kan dan tegen dien datum de zaak opnieuw onder de oogen worden gezien. VERORDENING, tot wijziging van de verordening van 12 December 1918 (Gem. Blad n°. 52), betreffende het verleenen van een bijslag op pensioenen en wacht gelden. Eenig artikel. In art. 2 van bovengenoemde verordening worden de woor den «doch uiterlijk tot 1 October 1919" vervangen door: «doch uiterlijk tot 1 October 1920". Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 237. Leiden, 20 Augustus 1919. Blijkens een ter visie liggend schrijven van Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit zijn de erven J. van der Kamp bereid hunne perceelen in de tweede Huig dwarsstraat (alle onevennummers dier straat) en die straat zelve voor eene som van 6500.aan de gemeente in eigen dom over te dragen. Het betreft hier tien huisjes, aan de overzijde van reeds aangekochte perceelen, die niet in de oorspronkelijke plannen van verbouwing en uitbreiding der Gasfabriek begrepen waren, maar waarvan de aankoop in verband met de sindsdien gewijzigde omstandigheden naar het oordeel van Commissarissen zeer gewenscht is. Het type ovens toch voor de koolgasfabricage, dat de Fabrieken zich zullen moeten aanschaffen, om aan de eischen, die de nieuwe Arbeidswet inzake verkorting van den arbeidsduur en be perking van den nachtarbeid zal stellen, te kunnen voldoen, zal voornamelijk met het oog op het blusschen der groote hoeveelheden gloeiende cokes aanzienlijk meer plaatsruimte vereischen. De som voor deze huisjes gevraagd, komt Com missarissen aannemelijk voor. Onder verwijzing naar genoemd schrijven en onder mede- deeling, dat wij ons met den inhoud daarvan kunnen ver eenigen, geven wij Uwe Vergadering alsnu in overweging: a. te besluiten tot den aankoop van de perceelen aan de 2e Huigdwarsstraat, kad. bekend Sectie B Nis. 1974 t/m 1983, benevens van die straat zelve, Sectie B No. 1973, op de situa tie nader aangegeven, voor de som van f 6500. b. te bepalen, dat deze aankoop zal geschieden ten behoeve van de Gasfabriek, en dat deze fabriek den koopprijs, be nevens de kosten van overdracht, aan de gemeente zal terugbetalen c. over te gaan tot vaststelling van den hierbij over geleg den suppletoiren begrootingsstaat, groot, met inbegrip van de kosten van overdracht, 6748.75. Aanvulling van het kapitaal der Gasfabriek achten Com missarissen met het oog op dezen aankoop ook thans voor alsnog niet noodig. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. No. 238. Leiden, 20 Augustus 1919. Blijkens nevensgaand rapport van de Cultuurcommissie, die zich op ons verzoek welwillend bereid verklaarde het beheer van de gemeentelijke teelt van bruine boonen op zich te nemen, heeft deze teelt, waarvoor in Uwe Vergadering van 2 Mei 1918 een voorloopig crediet van f 60000.werd toe gestaan, hetwelk echter nog niet op de begrooting geregeld is, een tekort opgeleverd van f 78824.62*. Onder verwijzing naar het duidelijk en zaakrijk rapport

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1919 | | pagina 1