128
redige vertegenwoordiging in strijd zijn met het karakter van
het georganiseerd overleg.
Het spreekt overigens vanzelf, dat, indien de commissie's
bij de besprekingen niet tot eenstemmigheid mochten kunnen
komen, het ledental der vereenigingen, die zich bij monde
van hare vertegenwoordigers al dan niet met het uitgebrachte
advies hebben kunnen vereenigen, bij de beoordeeling van
dat advies gewicht in de schaal zal leggen.
Op grond van het bovenstaande geven vyy U in overweging,
ons College uit te noodigen:
a. een georganiseerd overleg in het leven te roepen, over
eenkomstig de beginselen in ons praeadvies neergelegd;
b. dit instituut te zijner tijd vast te leggen in de verorde
ning, regelende den rechtstoestand van de ambtenaren en in
het werkliedenreglement.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 193. Leiden, 18 Juli 1919.
Tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van Dr. J. C.
M. Timmermans bestaat noch bij het College van Stads-
geneesheeren, noch bij ons College eenig bezwaar.
Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging Dr.
J. C. M. Timmermans weder voor den tijd van drie jaren,
ingaande 1 Juli 1919, te bestendigen in de betrekking van
Stadsgeneesheer.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 7 Juli 1919.
Aan den Edelachtbaren Raad der gemeente Leiden.
Verzoekt ondergeteekende hem wederom te willen conti-
nueeren in zijn betrekking van stadsgeneeskundige.
Hoogachtend,
Uw dw. dn.
Dr. J. C. M. Timmermans.
N°. 194. Leiden, 18 Juli 1919.
Wij hebben de eer Uwe Vergadering in overweging te
geven gunstig te beschikken op bijgaand verzoek van Mej.
M. M. Vrijhoff, om eervol ontslag uit hare betrekking van
onderwijzeres aan de openbare lagere school der 3e klasse
No. 3, en dat ontslag te doen ingaan op 1 September 1919.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 14 Juli 1919.
Ondergeteekende, onderwijzeres aan de O. S. IIIs a/d Mare
heeft de eer Uwen Raad beleefd te verzoeken haar wegens
ziekte eervol ontslag te willen verleenen uit haar betrekking
aan bovengenoemde School. Beleefd verzoekt zij dat ontslag
te doen ingaan op 1 September a.s.
Hoogachtend
M. M. Vrijhoff.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
No. 195. Leiden, 18 Juli 1919.
Naar aanleiding van de in Uwe Vergadering van 3 dezer
geopperde bedenkingen tegen de redactie van ons voorstel
tot toevoeging van een nieuwe zinsnede aan het 2e lid van
artikel 18 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen
van den Raad der gemeente Leiden (Ingek. Stukken no. 107)
geven wij U thans in overweging in plaats van die toevoeging
een nieuw lid in te lasschen tusschen het 2e en 3e lid van
genoemd artikel 18 en mitsdien tot de vaststelling van de
navolgende verordening over te gaan
VERORDENING, houdende wijziging van het Reglement van
Orde voor de vergaderingen van den Raad der gemeente
Leiden van 21 Januari 1904 (Gem. Blad no. 1), ge
wijzigd hij verordening van 9 Juli 1914 (Gem. Blad
no. 22).
Eenig Artikel.
Tusschen het 2e en 3e lid van artikel 18 wordt een nieuw lid
ingelascht, luidende:
«Hierna beslist de Raad omtrent de wijze van behandeling,
tenzij de Voorzitter, op grond dat het stuk later dan 24 uur
vóór den aanvang van de vergadering is ingekomen, het
wenschelijk acht deze beslissing tot de volgende vergadering
uit te stellen."
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth van Leiden.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.
v