38 's jaars verhuurd te zijn, zoodat de gemeente dus eerst na verloop van 7 jaren over het land de vrije beschikking zou kunnen krijgen. Het zal U wel niet verwonderen, dat wij onder die omstandigheden den aankoop voor de gemeente onaanneme lijk oordeelden. Pogingen werden derhalve aangewend, om den huurder te bewegen althans van zijne 5 optiejaren afstand te doen. Deze verklaarde zich hiertoe bereid, mits hem voor elk dier optiejaren eene schadevergoeding van ƒ1000.dus in totaal een som van ƒ5000.— na het eindigen der loopende huur werd uitgekeerd en tevens een verbinding werd gemaakt van zijn land naar den nieuw aan te leggen weg. De eigenaren, hiermede in kennis gesteld, hebben daarop besloten den gevraagden koopprijs met f 5000 te vermin deren. Sectie M no. 2102. Slechts over een klein gedeelte van dit perceel ter grootte van 30 M2, zie de situatie, behoeft te worden beschikt het is te koop voor 2.50 per M2. Sectie M no. 788. De eigenaar van perceel no. 788, groot 434 M2, is bereid zijn eigendom kosteloos aan de gemeente af te staan, mits door de gemeente op nader overeen te komen plaats over perceel no. 853 een behoorlijke toegangsweg in' zuidelijke richting van de nieuw aan te leggen straat naar het hem mede toebehoorende perceel no. 1811 wordt aangelegd en over de grenssloot een brug wordt geslagen. Sectie M no 798. Van dit perceel moet een groot gedeelte van den tuin ter oppervlakte van 400 M2, grond en water, worden afge nomen. De eigenaar vraagt voor dezen afstand 3500, een wel is waar hooge, doch met het oog op de aanzienlijke waardevermindering van het pand, geenszins overdreven prijs, terwijl hij tevens als voorwaarde stelt, dat aan de zuidzijde van het verkleinde perceel langs de te graven grenssloot van gemeentewege een ijzeren hek op steenen voet wordt geplaatst. Overeenkomstig het gevoelen van de Commissie van Fabri cage zijn wij van oordeel, dat ter wille van het maken eener verbinding tusschen de Burggravenlaan en den Zoeterwoud- schen Singel tot de overneming der aangegeven strooken onder de gestelde voorwaarden moet worden besloten. Anders toch zou, althans voorloopig, van die verbinding moeten worden afgezien. In afwijking van de aanduiding op de teekening, achten wij het niet noodig de verlengde Burggravenlaan een breedte van 40 M. te geven, zulks in verband met eene gewijzigde bestemming, die wij aan de beide ten zuiden van het Inva lidenhuis en de Hoogere Burgerschool voor Jongens geprojec teerde bouwblokken zouden willen geven. Blijkens het bij raadsbesluit van 18 December 1913(lngek. Stukken No. 330) vastgestelde bebouwingsplan is het terrein langs den geprojecteerden weg ter breedte van 40 M. uit sluitend gedacht als bestemd voor open bebouwing (villa bebouwing). In de breede zijstraten wisselen open en gesloten bebouwing elkander af, terwijl langs de smallere zijstraten in hoofdzaak gesloten bebouwing voorkomt. In overeenstemming met dit plan werden destijds de voorwaarden, waaronder de verkoop der perceelen zou kunnen plaats hebben, vastgesteld. Zij beoogden eene fraaie bebouwing van het Raamland te bevorderen. Van dezen verkoop is tot ons leedwezen tot heden niets gekomen. In de 5 jaren, die sedert de vaststelling van het bebouwingsplan zijn verloopen, vroegen slechts enkele gega digden inlichtingen, doch van verkoop kwam niets. Natuurlijk valt niet te ontkennen, dat de buitengewone tijdsomstandig heden een ongunstigen invloed zullen hebben gehad op den lust tot het bouwen van fraaie villa's op het Raamland, doch dit neemt niet weg, dat langzamerhand hoe langer hoe meer twijfel bij ons College is gerezen, of wel binnen afzienbaren tijd op een dergelijke bebouwing aan deze zijde der stad kan worden gerekend. De ervaring leert, en niet alleen in onze gemeente, dat de stadsbebouwing zich meer en meer in wes telijke richting uitbreidt. Naar het westen is de trek. En hiermede dient o. i. rekening te worden gehouden. In plaats van misschien nog jaren te wachten, totdat zich gegadigden voor den bouw van villa's op het Raamland aanmelden, moet de gemeente tijdig de bakens verzetten. Door ons College is daarom overwogen, hoe het Raamland op andere wijze in exploitatie zou kunnen worden gebracht, zonder die stadswijk te ontsieren. Een verzoek van de woningbouw-vereeniging De Tuinstad- wijk" gaf ons een denkbeeld daartoe aan de hand. Zooals U bekend is, diende genoemde woningbouw-ver- eeniging, nadat hare plannen tot den aanleg van een tuin- stadwijk op een terrein beoosten de Haarlemmertrekvaart onze goedkeuring niet hadden kunnen wegdragen, een tweede verzoek in, om een dergelijk bouwplan uit te voeren op de terreinen van »Zuiderzicht", gelegen bezuiden den Zoeter- woudschen Singel en beoosten de Heerenstraat. Ook dit plan leek ons echter zonder algeheele omwerking niet voor uit voering vatbaar. Een en ander gaf het bestuur na bespreking met het des betreffende lid van ons College aanleiding tot ons het verzoek te richten, aan d| vereeniging een ander terrein aan te wijzen, geschikt voor den bouw van ongeveer 100 woningen, elk voor één gezin. Voor dit doel nu lijkt ons, vermits o. i. van de aanvanke lijk gedachte exploitatie moet worden afgezien, een deel van het Raamland bijzonder geschikt. Op die wijze kan, al zal men de fraaie villa's moeten missen, toch nog een bebouwing tot stand komen, die aan aesthetische eischen in voldoende mate voldoet en volstrekt niet tot ontsiering behoeft te leiden, zooals de Directeur van Gemeentewerken in zijn ter visie liggend rapport vreest. Zeer zeker, ook ons College zou liever gezien hebben, dat het Raamland met fraaie villa's werd bebouwd, doch nu een dergelijke bebouwing op zich laat wachten, kunnen wij niet inzien, waarom niet met een be bouwing met woningen voor kleine ambtenaren en de kleine burgerij, zooals Tuihstadwijk van plan is te stichten, genoe gen kan worden genomen. Ook de Commissie van Beheer over het Grondbedrijf kan zich met eene dergelijke veranderde bestemming van het Raamland blijkens haar ter inzage lig gend rapport vereenigen. Slechts zal het dan niet noodig en zelfs niet wenschelijk zijn, de te verlengen Burggravenlaan over een breedte van 40 M. aan te leggen, doch zal met eene breedte van 30 M. kunnen worden volstaan. Aan de vereeniging »de Tuinstadswijk" zouden de beide meergenoemde bouwblokken bezuiden het Invalidenhuis en de Hoogere Burgerschool voor Jongens onder nader overeen te komen voorwaarden ter bebouwing kunnen worden uit gegeven, terwijl het aan te koopen aangrenzend perceel no. 853 te zijner tijd eveneens voor het doel van de vereeni ging zou kunnen worden bestemd. Thans nog een enkel woord over de wijze van aanleg van de verlengde Burggravenlaan en den zijtak naar den Zoeter- woudschen Singel en over de aan dien aanleg verbonden kosten. De eigenlijke Burggravenlaan wordt over een afstand van 145 M. verlengd en krijgt, wanneer Uwe Vergadering zich vereenigt met ons denkbeeld betreffende de gewijzigde bestemming van het Raamland, een breedte van 30 M. De zijtak naar den singel is op een breedte van 20 M. gepro jecteerd. Voorloopig kan het uiteinde van dien weg echter slechts over eene beperkte breedte worden aangelegd, zulks in verband met het verlangen van de eigenaren der aan grenzende landerijen, dat hunne terreinen te water toegan kelijk blijven. Dientengevolge moet aan de noord- en aan de zuidzijde van de 20 M. breede voor wegaanleg bestemde en aan te koopen strook een vaarsloot worden gegraven ter verbinding van de afgesneden slooten met de sloot langs den singel. De eigenlijke weg wordt zoodoende nabij den singel tot 6.50 M. (rijweg breed 4.50 M., waarnaast aan weerskan ten een voetpad breed 1 Mf) vernauwd. Overwegend bezwaar bestaat hiertegen niet, omdat de plaatselijke vernauwing slechts tijdelijk is en het met den wegaanleg beoogde doel er niet door wordt geschaad, al ware het natuurlijk verkies lijker, indien de weg dadelijk tot aan het einde de volle breedte verkreeg. Bij veranderde bestemming treden de trans- portbelangen der aangrenzende teelgronden en weilanden evenwel vanzelf op den achtergrond, zoodat dan tot uitvoe ring der definitieve verbreeding en voltooiing van den weg kan worden overgegaan. Dadelijke verbreeding van het laatste gedeelte van den weg tot 12 M., in plaats van tot 6.50 M., zou in verband met het vervallen van de zuidelijke verbin- dingssloot het maken van een breede en kostbare brug over een sloot dwars door den 20 M. breeden weg noodig maken. Afgezien nog van de kosten zou die brug in verband met de gevorderde doorvaarthoogte ook het verkeer bemoeilijken. De kosten van de verlenging van de Burggravenlaan ter breedte van 40 M. met een zijtak naar den Zoeterwoudschen Singel ter breedte van 20 M. en van den aanleg van de verdere op de teekening- aangegeven 15 M. breede zijstraten kunnen volgens opgave van den Directeur van Gemeentewerken globaal geraamd worden op 185.000, waarvan 135.000 voor het gedeelte, dat op het tegenwoordige gemeentelijk terrein (Raamland) wordt aangelegd en f 50.000 voor het gedeelte, dat op den thans nog aan derden toebehoorenden grond wordt gemaakt. Onder de raming is begrepen het maken van verbindingsslooten en bruggetjes en van afschei dingen (ijzeren hek enz.), overeenkomstig het verlangen van de eigenaren der aangrenzende terreinen, niet echter, gelijk vanzelf spreekt, de kosten van den grondaankoop. Bij het aanleggen van de verlengde Burggravenlaan over een breedte van 30 M. in plaats van 40 M„ dalen de kosten van uitvoering met .12.000 en bedragen de kosten van den straataanleg c.a. dus slechts f 173.000, welk bedrag, althans ten deele

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1919 | | pagina 6