14 N°. 18. Leiden, 10 Januari 1919. Voor de benoeming van twee onderwijzers aan de openbare lagere school der 3e klasse, No. 3, alhier, ter vervulling van de vacatures, welke zijn ontstaan tengevolge van de benoe ming van den heer A. van der Hoogt, tot onderwijzer aan de openbare lagere school der 2e klasse voor jongens en meisjes No. 3, en het verleend eervol ontslag aan den heer E. Peters, hebben wij de eer U de navolgende voordrachten aan te bieden: Vacature van der Hoogt). 1°. J. L. VAN HETEREN, onderwijzer te Katwijk; 2°. J. NOË, onderwijzer te Leiden; 3°. W. J. JOUWERSMA, onderwijzer te Loosduinen. (Vacature Peters). 1°. J. NOË, onderwijzer te Leiden; 2°. W. J. JOUWERSMA, onderwijzer te Loosduinen; 3°. C. A. ALLERS, onderwijzer te Leiden. Onder mededeeling, dat deze voordrachten zijn opgemaakt in overleg met den Arrondissements-Schoolopziener, na inge wonnen bericht van het Hoofd der school, en dat de desbe treffende stukken in de Leeskamer ter inzage zijn nederge- legd, noodigen wij U uit tot de benoemingen over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1919 | | pagina 14