DONDERDAG 19 DECEMBER 1918. 337 De Voorzitter. Mag ik de heeren van het stembureau bedanken voor de genomen moeite? III. V oorstel tot bestendiging van de huur van de beweiding van het Schuttersveld aan de Wed. C. Dieben. (Zie lng. St. No. 320). Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt over eenkomstig het praeadvies besloten. IV. Voorstel tot bestendiging van de huur van het perceel weiland onder Leiderdorp Sectie A. No. 81 ged. en vari het opslagterrein in de Waard aan P. van Ulden. (Zie lng. St. No. 321). Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt over eenkomstig het praeadvies be&loten. V. Voorstel tot verhooging van het aan het Steuncomité Leiden, Oorlogstoestand 1914 over November verleend crediet en tot het verleenen van een bijdrage aan het Crisis-comité ter dekking van het tekort over het tijdvak 128 November. (Zie lng. St. No. 322). Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt over eenkomstig het praeadvies besloten. VI. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor het uitvoeren van ophoogings- en rioleeringswerken benoorden den Maresingel. (Zie lng. St. No. 323). De beraadslaging wordt geopend. De heer Heemskerk. M. d. V. Met genoegen heb ik het voorstel van Burgemeester en Wethouders gelezen. Terecht hebben Burgemeester en Wethouders er in de Ingekomen Stukken op gewezen, dat er dringend behoefte bestaat om in de toenemende werkeloosheid te voorzien. Ik meen evenwel van deze gelegenheid gebruik te moeten maken om bij Burgemeester en Wethouders aan te dringep op het nemen van meerdere maatregelen om in de groote werkeloosheid, die er heerscht, te kunnen voorzien. Er zijn verschillende arbeiders in de gemeente, die gebaat zouden zijn bij de uitvoering van verschillende werken. Wanneer nu door Burgemeester en Wethouders spoed kon worden gezet achter de nog aanhangige plannen, dan zou het resultaat hiervan zijn, dat er niet zooveel behoeft te worden uitgegeven aan het Steuncomité voor ondersteuning, te meer waar onder steuning, altijd min of meer demoraliseerend werkt. Mij dunkt, men zou een groot aantal arbeiders, die niet een bepaalde vakkennis hebben, kunnen gebruiken voor het ophoogen van terreinen en het dempen van grachten. Ik denk bijvoorbeeld aan de plannen, die er bij Burgemeester en Wethouders bestaan ten opzichte van het Raamland en den Rijndijk, waar altijd nog in petto is de aanleg van een boulevard. Wanneer Burgemeester en Wethouders met deze plannen spoed konden betrachten, zou dit van invloed zijn op de werkeloosheid. Bovendien zouden Burgemeester en Wethouders nog andere maatregelen kunnen nemen om te voorzien in de heerschende werkeloosheid. Ik bedoel namelijk het uitoefenen van invloed van de zijde van Burgemeester en Wethouders op de groote werkgevers. Ik zou willen, dat Burgemeester en Wethouders bij de groote werkgevers aandrongen op de uitvoering van hunne plannen onder anderen bij het Rijk ten aanzien van het academisch ziekenhuis, waardoor het percentage der werkeloosheid beduidend zou verminderen. In eene missive van het Steuncomité is gewezen op de werke loosheid onder de schoenmakers. Nu is het mij opgevallen, dat, waar er van regeeringswege genoegzaam leer beschikbaar wordt gesteld, er verschillende schoenmakers zijn die verstoken zijn van leer. Mij dunkt, dat van de zijde van Burgemeester en Wethouders niet de noodige activiteit wordt betracht.... De Voorzitter. Dank U vriendelijk. De heer Heemskerk. ...daar er geen bonnen worden uil- gegeven, waarop genoegzaam leer kan worden verkregen, waardoor de schoenmakers zouden kunnen worden geholpen. Wanneer bijvoorbeeld wij komen tot een stelsel, waarbij de menschen, die in aanmerking komen voor het Regeerings- leer De Voorzitter. Zoudt U dat niet bij de rondvraag te berde kunnen brengen De heer Heemskerk. In verband met de werkeloosheid wilde ik het ter sprake brengen en het komt mij voor, dat ik hierbij wel even over de werkeloosheid in het algemeen mag spreken. Ik wenschte alleen dit mede te deelen ten aanzien van de leerverstrekking, dat hier een stelsel gevolgd wordt, waarbij telkens een aantal bons wordt uitgegeven aan één gezin tegelijk. En nu wilde ik op meer spoed bij het Gemeente bestuur aandringen, teneinde de werkeloosheid zooveel mogelijk te verlichten. Dat neemt niet weg, dat ik dankbaar ben, dat er een voorstel is, waarbij aan een groot gedeelte van de werkeloozen op het oogenblik arbeid kan worden gegeven. Het was mijn bedoeling om er op aan te dringen, dat er meer gedaan zou worden om in dezen abnormalen tijd werk te geven aan de werkeloozen en niet te wachten totdat men telkens groote bedragen aan Steun- of Crisis-comités moet geven. Ik meen dat het beter is dat men meer geld beschikbaar stelt om werken, die in voorbereiding zijn, te laten uitvoeren dan dat men geld zoo maar geeft zonder daarvoor arbeid te laten verrichten, terwijl de arbeiders langs de straten van Leiden rondwandelen. De Voorzitter. Ik zie niet in, waarom de heer Heemskerk dit weer bij het punt, dat wij nu behandelen, meent te moeten ter sprake brengen. Nu wil ik wel zeggen, dat hetgeen waarop de heer Heems kerk heeft gewezen, niet is ontsnapt aan de opmerkzaamheid van Burgemeester en Wethouders. Wij hebben vanochtend van kleermakers een verzoek ge kregen om voor hen een wachtgeldregeling in te voeren. Nu heeft de héér Heemskerk gesproken over de schoen makers. Ik heb vanochtend onvoorbereid bij mij gehad eene deputatie, die mij verlangde te spreken. Naar mijne meening zou het nu veel verstandiger zijn van den heer Heemskerk, indien hij, zoo hij de belangen van die menschen wil behartigen, rekening hield met de praktijk en hier niet als het ware rethorisch ga ft redeneeren. Wanneer hij ons dan wil helpen en raad wil geven, zullen wij hem hoogst dankbaar zijn. Ik geloof, dat zijn betoog hier over de werkeloosheid niets mede heeft te maken, maar ik neem aan, dat hij het goed heeft bedoeld en Burgemeester en Wet houders zullen zijn wenken dan ook zeker ter harte nemen. Burgemeester en Wethouders wenschen gaarne op al die punten, niet alleen door redevoeringen, maar ook door prak tische aanwijzingen, opmerkzaam gemaakt te worden. De heer Fokker. M. d. V. Ik zou er even op willen wijzen, waar in de stukken wordt medegedeeld, dat het bedrag voor de hier bedoelde ophooging zoo aanzienlijk is, omdat het ophoogingszand, dat vroeger uit den naasten omtrek kon worden verkregen, thans uit de duinstreek voorbij Noord- wijkerhout moet worden gehaald, dat men hier voor die op hooging toch gebruik zou kunnen maken van het viiegasch en de slakken die overblijven bij de gasfabriek eri vuilver branding. Ik heb ai meermalen hierop de aandacht gevestigd, maar ik zou dit nu ook nog eens naar voren willen brengen en aan Burgemeester en Wethouders verzoeken om te over wegen, of het gebruik van die materialen niet voordeeliger is, dan het zand van zoo verre te halen. De heer Bots. Dat viiegasch en sintels van de gasfabriek maakt bij een groot werk als dit, zoo'n kleine hoeveelheid van het benoodigde materiaal uit, dat het de moeite niet is. Men kan de door den heer Fokker bedoelde stoften beter benutten bij de uitvoering van kleinere werkjes. De heer van der Lip. M. de V. Als voorzitter van de Commissie voor de Werkverschaffing zou ik gaarne nog iets willen toe voegen aan hetgeen door U Mijnheer de Voorzitter is gezegd. Ik kan den heer Heemskerk mededeelen, dat Burgemeester en Wethouders verschillende werken voorbereiden in verband met de bestaande werkeloosheid. Ik ben niet instaat daarvan op het oogenblik een compleet lijstje te geven, maar er zijn eenige werken bij Burgemeester en Wethouders in voorbe reiding. Daartoe behoort ook de stratenaanleg op het Raam land door den heer Heemskerk genoemd. Ik kan er nog bij voegen, dat de Commissie zich ook heeft gericht tot het Rijk en de Provincie en zelfs tot Rijnland met het verzoek om in deze tijdsomstandigheden zooveel mogelijk werken te laten uitvoeren, maar tot mijn spijt moet ik mededeelen, dat deze verzoeken tot dusverre nog geen effect hebben gesorteerd. Aan de inwilliging van een dergelijk verzoek zijn trouwens, dit dient erkend te worden, bezwaren verbonden Het Gemeente bestuur is evenwel actief geweest en hoopt diligent te blij ven. Ik geloof, dat de heer Heemskerk gerust kan zijn. Burge meester en Wethouders doen werkelijk al wat zij kunnen om de werkeloosheid te bestrijden. De heer Fokker. M. d. V. Ik dank den heer Bots voor zijn antwoord, al hoop ik niet, dat hij het daarbij zal laten. De hoeveelheid slakken en viiegasch aan de gasfabriek wordt onderschat, het is werkelijk eene zeer groote hoeveelheid. Ik zou dan ook willen, dat deze zaak nader werd onderzocht en dat men zich niet bepaalde tot het antwoord, dat gegeven is.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1918 | | pagina 3