ruimen en voor hunne rekening den Haarlemmertrekvaartweg
met bermen in den oorspronkelijken toestand geheel ten ge
noegen van Burgemeester en Wethouders te herstellen. Bij
niet-voldoening hieraan zullen Burgemeester en Wethouders
een en ander voor x'ekening van adressanten kunnen doen
verrichten
.'11°. dat bij eventueele opzegging of intrekking dezer ver
gunning de weg en de bermen weder in den oorspronkelijken
toestand worden hersteld door en voor rekening van adres
santen, ten genoegen van Burgemeester en Wethouders van
Leiden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Sassenheim, 19 Juni 1918.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, A. L. Verhoog,
architect te Sassenheim, namens zijne principalen, de Heeren
11. van Zonneveld en J. Philippo, bloemkweekers te Sassen
heim, dat zij wenschen over te gaan tot het maken van een
vaart, breed 14 M., met een jaagpad, loopende van landerijen,
gelegen ten N.W. van den Kerkweg te Noord wij kerhout naar
de Haarlemmertrekvaart bij de Piet-Gijzenbrug en aldaar
ontworpen tusschen de perceelen, kadastraal bekend gemeente
Noord wij kerhout, Sectie C. Nos. 159 en 158 en Nos. 780 en
779 en door perceel No. 571, op bijgaande situaties 1 2500
en 1 250 nader aangegeven.
dat voor deze vaart noodig is: het doorgraven van den
Haarlemmertrekvaartweg met bermen, het maken van eene
brug en in verband daarmede eene omlegging van laatst
genoemden weg;
dat zij een gedeelte grasberm ten N.W. van dien weg van
de gemeente Leiden wenschen te koopen, waarom zij ver
zoeken
1°. te mogen koopen het gedeelte grasberm, kadastraal
bekend gemeente Noordwijkerhout, Sectie C. No. 779 geheel
en van het perceel Sectie C. No. 780 het N.O. gedeelte ter
lengte van 52 M. op bijgaande situatie 1 2500 in rood ge
arceerd aangegeven.
2°. te mogen maken een doorgraving door den Haarlemmer
trekvaartweg en de ten Z.O. daarvan gelegen grasberm, be
kend gemeente Noordwijkerhout Sectie C. No. 571 en daar
ter plaatse eene vaste brug, breed tusschen de leuningen
4 M. met eene doorvaart, wijd 4.85 M. en hoog 2.45 M. en
bestaande uit gemetselde landhoofden en vleugels, ijzeren of
houten liggers, houten dek en leuning of van materiaal, dat
met het oog op de tijdsomstandigheden verkrijgbaar is, benevens
opritten enz. en de weg zooveel om te mogen leggen als voor
de uit te voeren werken noodig zal zijn, een en ander op
bijgaande situatie 1 250 nader aangegeven.
Hoogachtend,
Uw dw. dienaar
A. L. Verhoog,
Architect te Sassenheim.
Aan Heeren Burgemeester en Wethouders
der gemeente Leiden.
4
N°. 226. Leiden, den 28 Augustus 1918.
Wij -hebben de eer Uw College beleefd te verzoeken voor
den aanstaanden cursus te willen herbenoemen tot tijdelijk
leeraar aan het Gymnasium alhier:
den Heer Dr. C. DE JONG, tot het geven van 6 uren p. w.
onderwijs in de Wiskunde,
den Heer Jhr. P. J. VAN WINTER, tot het geven van 3
uren p. w. onderwijs in Aardrijkskunde, en 2 uren p. w. in de
Algemeene Geschiedenis.
Curatoren van het Gymnasium te Leiden:
D. C. Hesseling, lond Voorzitter.
M. B. Vos, Secretaris.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
N°. 227. Leiden, 29 Augustus 1918.
Wij hebben de eer U de volgende voordracht aan te bieden
voor de benoeming van eene onderwijzeres in de handwerken
aan de openbare lagere school der 3e klasse, No. 1, alhier,
ter voorziening in de vacature welke is ontstaan door het aan
Mej. J. A. Overduin verleend eervol ontslag. De voordracht
is opgemaakt in overleg met den Arrondissements-School-
opziener, na ingewonnen bericht van het Hoofd der school.
1°. Mej. A. HERWEIJER, werkzaam aan de O. L. school
der 3e klasse, No. 4, te Leiden;
2°. Mej. M. MAARTENSE, werkzaam aan de O. L. school
der 3e klasse, No. 1, te Leiden;
3°. Mej. W. VERKOREN, werkzaam aan de O. L. school
der 3e klasse, No. 1, te Leiden.
Met verwijzing naar de desbetreffende, in de Leeskamer
ter inzage liggende stukken, verzoeken wij U alsnu tot eene
benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.