GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
107
OOEKOMEK STUKKEN.
No. 150.
Leiden, 8 Juni 1918.
toelichting
f 18
2090.-
Ten vervolge op ons voorstel van 27 December 1917 (Ingek.
Stukken no. 1 van 1918), hebben wij de eer U mede te
deelen, dat verhooging van de navolgende posten der ge-
meentebegrooting voor 1917 met de daarbij vermelde bedragen
alsnog noodig is.
De verhooging van vele dier posten is een gevolg van het
raadsbesluit van 31 Januari 1918, waarbij, gerekend te zijn
ingegaan 1 October 1917, de salarissen en loonen der ver
schillende ambtenaren, beambten en werklieden in dienst der
gemeente werden verhoogd. De hoogere uitgaven op de overige
posten houden meestal verband met de buitengewone tijds-.
omstandigheden.
Zoo zijn b. v. de voor verlichting en verwarming van scholen
en andere gemeentegebouwen naar normale omstandigheden
uitgetrokken bedragen, in verband met de enorme stijging
van de prijzen der brandstoffen en de verhooging van den gas-
prijs, na de vaststelling der begrooting voor 1917, volstrekt onvol
doende gebleken. Eveneens is dit het geval met de voor aan
schaffing van bureaubehoeften en van leermiddelen voor de
onderwijsinrichtingen toegestane bedragen. De prijzen voor
deze benoodigdheden. stegen met 10 tot ruim 100
Voorzoover de' overschrijding veroorzaakt wordt door de
genoemde salarisverhooging of prijsstijging zal, ter toelichting,
alleen het geraamde en het uit te geven bedrag worden ver
meld of met eene opgave van het bedrag, waarmede de be
trokken post moet worden verhoogd, worden volstaan. Wanneer
echter ook andere omstandigheden tot de overschrijding hebben
bijgedragen, zal zoo noodig eene meer uitvoerige
worden gegeven.
De te verhoogen posten nu zijn:
Volgn. 70. Presentiegelden der leden van den Raad
Eene aanvulling van dit artikel, geraamd op
1200.met ƒ18.— blijkt noodig.
Volgn. 74. jaarwedden van de ambtenaren en
bedienden der Gemeente-Secretarie
De uitgaven op dit artikel bedragen ƒ37740.—.
Toegestaan was ƒ35650.Onder de uitgaven is
begrepen een bedrag van ƒ750.wegens toegekende
gratificatiën, krachtens het besluit van Uwe Ver
gadering van 14 Februari 1918, ter belooning van
buitengewone diensten aan de Commissie tot onder
zoek der salarissen bewezen.
Volgn. 72. Jaarwedden van den concierge en van
de boden -
De uitgaven bedragen 5001.54. Zij waren geraamd
op ƒ4681.
Volgn.- 73. Schrijfloonen
Op dit artikel moet een bedrag van ƒ3719.07®
worden betaald. Geraamd was ƒ3550.—.
Volgn. 74. Schrijf-en bureaubehoeftenbriefporten,
vrachtloonen en andere kleine uitgaven
De kosten van schrijf- en bureaubehoeften, ge
raamd op ƒ800.-, bedragen ƒ1467.17, die van
briefporten, vrachtloonen en andere kleine uitgaven,
geraamd op 375.ƒ529.45. In het bedrag der
bureaubehoeften is begrepen eene uitgaaf van
ƒ343.85 voor aanschaffing van eene nieuwe schrijf
machine ten behoeve van de Gemeente-Secretarie
(Commies-Redacteur).
Volgn. 75. Druk- en bindwerk
De uitgaven bedragen 5468.54®zij waren ge
raamd op ƒ4700,—. Onder de buitengewone uit
gaven op dit artikel behoort o. a. een bedrag van
ƒ526.75 voor het drukken van het rapport der
Commissie tot onderzoek der salarissen.
Volgn. 76. Kosten van het onderhouden en schoon
houden van het gebouw of vertrek bestemd voor
de vergadering van den Raad en van Burgemeester
en Wethouders en voor de Secretarie der Gemeente 445.22®
De herstelling van het voegwerk en de hardsteen-
werken in den voorgevel van het Raadhuis vorderde
eene niet-voorziene uitgave van ƒ268.Bovendien
waren o. a. de kosten van het maken van vaste
banken op de kleine pers ƒ110.hooger, dan
aanvankelijk geraamd werd.
Volgn. 77. Onderhoud en aankoop van meubelen
voor die gebouwen of vertrekken
Eene aanvulling van dit artikel met 108.92®
blijkt noodig.
Volgn. 78. Kosten van verlichting en ver
warming
320.54
169.07®
821.62
768.54®
108.92®
1030.02®
Deze kosten, geraamd op 2900.—, bedragen
3930.02®.
Volgn. 80. Kosten van uitgifte van het steno-
grap.sch Verslag der Handelingen van den Gemeen
teraad met de ingekomen stukken1010.25
Wegens den grooten omvang van het steno
grafisch verslag en de ingekomen stukken is eene
verhooging van dezen post met 1010.25 noodig.
Volgn. 84. Kosten voor het Archief1263.48®
In de eerste plaats moet het voor jaarwed
den uitgetrokken bedrag van 5635.met
616.25 worden verhoogd. Verder bedragen de
kosten voor het drukken van den catalogus der
kloosterarchieven, wegens het uitloopen van den
tekst en in het bijzonder van de registers, waar
door meer vellen druks noodig waren, dan begroot
was, 88.04 méér dan de geraamde som, terwijl
ten slotte de verlichting en verwarming, geraamd
op 400.eene uitgave van 1002.48 vereischte.
Tengevolge van eenige kleine overschotten op
andere onderdeelen van dit artikel kan evenwel
met eene aanvulling ten bedrage van f 1263.48®
worden volstaan.
Volgn. 82. Kosten van aanplakken en omroepen 127.71
De kosten van het plaatsen van publicatiën in
het Leidsch Dagblad, waarvoor een bedrag van
f 500.werd uitgetrokken, bedragen 578.36,
die van het aanplakken van biljetten op de aan
plakborden, geraamd op 125.—, een bedrag van
174.35. De post moet' derhalve met 127.71
worden verhoogd.
Volgn. 83. Kosten wegens het plaatsen van ad-
vertentiën 70.03
De kosten wegens het plaatsen van ad verten
tiën in de dagbladen enz. vorderen over 1917 eene
uitgave van ƒ570.03. Het uitgetrokken bedrag van
ƒ500.dient dus met 70.03 te worden ver
hoogd.
Volgn. 86. Kosten van verteringen ten behoeve
van het huishoudelijk bestuur en van commissiën 80.10
Ten laste van dezen post komt eene uitgave van
ƒ430.10; geraamd was ƒ350.
Volgn. 94. Kosten van de bevolkingsregisters en
van de huisnummering.
b. overige kosten34.08
Het voor druk- en bindwerk geraamde bedrag
van ƒ160.blijkt onvoldoende te zijn; eene ver
hooging van het artikel met ƒ34.08 is. noodig.
Volgn. 98. Kosten van toezicht op en van in
vordering van de plaatselijke belastingen.
a. Jaarwedden729.37
De uitgaven bedragen ƒ11546.03®; toegestaan
was 10816.66®.
Volgn. 99. Teruggave van belasting12750.—*
De restitutiën van de plaatselijke directe be
lasting, tengevolge van ingediende reclames, afschrij
ving wegens vertrek of overlijden, die van ver
gunningsrecht en schoolgelden zullen 17350.
bedragen. De post, geraamd op ƒ4600.moet
derhalve met ƒ12750.worden verhoogd.
Volgn. 405. Kleeding en uilrusting der politie
dienaars en veldwachters »- 374.74
De tijdelijke verhooging, vanaf 1 Januari 1917, van
het kleedinggeld voor het politiepersoneel, waartoe
in Uwe Vergadering van 2 Mei j.l. besloten werd,
vereischt over 1917 eene uitgave van ƒ1325.80. Aan
gezien echter door verschillende vacatures in het
politiecorps, het, op de begrooting voor 1917, voor
kleedinggeld uitgetrokken bedrag niet geheel be
hoefde te worden uitgekeerd, kan met eene verhoo
ging van het artikel met 374.74 worden volstaan.
Volgn. 406. Kosten van wachtgebouwen en
bureauxalsmede licht en brandstof/en voor die
lokalen666.74
De kosten van verlichting en verwarming van
de politiebureaux en wachthuizen, geraamd op
2000.—, bedragen 2773.36® en overtreffen der
halve de raming met 773.36®. Een overschot op
het voor ouderhoud der politiewachthuizen uit
getrokken bedrag maakt evenwel, dat eene ver
hooging van het artikel met 666.74 voldoende is.
Volgn 407. Bureaubehoeften21.49*
De op dit artikel uit te geven bedragen over-
schrijden de raming ad 800.-met 21.49®.
Volgn. 408. Kosten van de verstrekking van
nachtverblijf, voeding of reisgeld aan doortrek
kende behoeftige personen32.50
Eene aanvulling van dit artikel met 32.50
blijkt noodig.