DONDERDAG 25 OCTOBER 191/.
237
bepaald bedrag. Dit had ik verleden jaar, gelijk gezegd, al
willen voorstellen.
Het voorstel van deri heer Wilmer zal eene groote ver
lichting brengen aan de lagere inkomens, terwijl de aftrek
voor de hoogere inkomens van weinig beteekenis is, wijl deze
meer moeten betalen, wat door de lagere inkomens minder
aan belasting zal worden opgebracht. Zij worden er dus niet
beter door, maar zullen integendeel nog iets meer moeten
betalen. Dit is niet onbillijk, omdat men als basis voor de
belasting aanneemt, dat deze moet zijn naar draagkracht, en
deze is in de hoogere klassen grooter dan in de lagere. Dit
wilde ik nog zeggen over het amendement-Wilmer. Nu
moet de Raad kiezen tusschen het amendement-Sijtsma en
-Wilmer. M. i. verdient het amendement-Wilmer het meeste
aanbeveling, omdat daardoor het meest worden geholpen
degenen, die het meest verlichting noodig hebben en er niet
aan verbonden is de schaduwzijde, waarop terecht door den
heer van der Pot is gewezen, dat door het amendement-Sijtsma
slechts zeer weinigen worden geholpen, terwijl meer moet
worden betaald ter wille van anderen, die deze verlichting
niet van noode hebben.
De heer Botermans M. d. V. Volgens de berekening van
den heer van der Pot zou hetgeen de heer A alberse voorstelt
kosten een bedrag van 21000.— Ons voorstel vraagt slechts
7000.van de gemeentekas. Wil men dus iets doen in
deze, dan moet men medegaan met ons voorstel, dat het
minst van de gemeentekas vordert. Ik zou tegen het voorstel
van den heer Aalberse moeten stemmen, omdat dit m.i. een
te groot bedrag van de gemeentekas zou vorderen.
De heer Bots. M. d. V. Ik behoor tot die leden, die bezwaar
hebben om te stemmen voor een aftrek van f 50.maar
die wel genegen zijri om mede te gaan met een minderen
aftrek. Om de leden, die zich wel met een minderen altrek
zouden kunnen vereenigen, in staat te stellen zich daarover
uit te. spreken, heb ik de eer het volgend amendement in
te dienen:
Ondergeteekende heelt de eer voor te stellen in art. 22 van
de verordening op de heffing.eerier plaatselijke directe belasting
naar het inkomen in de eerste alinea te lezen in plaats
van 25 gld. 40 gld.
De Voorzitter. Aangezien dit amendement voldoende wordt
ondersteund, naar ik zie, maakt het aldus een onderwerp
van beraadslaging uit. Ik geloof niet, dat het nog noodig zal
zijn om hierover het woord te voeren.
De heer Botermans. Wat kost het?
De Voorzitter. Het amendement van den heer Wilmer
kostte 15 a ƒ16.000.dus dit voorstel zal plusminus
ƒ9000.kosten.
Do heer van der Pot. Ik geloof, dat die raming te laag is.
De Voorzitter. Ik heb de kosten na laten rekenen.
De heer van der Pot. M. d. V. Ik geloof, dat die raming
van de kosten te laag is. Het aantal kinderen beneden de
16 jaar bedraagt volgens de cijfers, die Burgemeester en
Wethouders zelf hebben overgelegd: .14457. Zoo kom ik op
een belastbaar inkomen van ruim 360.000.hetwelk wordt
prijs gegeven en wanneer het gemiddeld heffingspercentage is
is 6.28, dan worden de kosten van het amendement van den
heer Wilmer: ruim 20.000.Maar nu zou ik U willen
vragen, wanneer U over cijfers beschikt, die nog meer tot
den Raad spreken, kunt U dan ook zeggen, wat het verschil
in het vermenigvuldigingscijfer zal zijn?
De Voorzitter. Het vermenigvuldigingscijfer, dat 7 was,
zal dan worden 7.07. Als U dat neemt op de ƒ13.000.000.
dan krijgt U ƒ9100.In het andere geval is het zoo wat
7000.meer. De kosten worden dan 0.13 X 12750000.
±f 16200.—.
De heer Fokker. M. d. V. Wij hebben op het oogenblik
een drietal amendementen n.l. van de heeren Wilmer, Sijtsma
en Bots. De heeren WTilmer en Sijtsma hebben hunne amen-
demonten toegelicht, nu zou ik het zeer op prijsstelten,
wanneer Burgemeester en Wethouders hun meening eens
zouden willen uitspreken over het amendement van den heer
Bots. Het vreemde verschijnsel doet zich thans voor, dat de
Wethouder van Financiën zelfstandig met een amendement
komt tegen het voorstel van het College in, terwijl i'n de
toelichting niets van verschil van meening in het college
bleek. Dit zou ik nog willen zeggen. Er wordt gezegd: wij
willen wel helpen, maar wanneer er zooveel kosten aan ver
bonden zijn, moeten zij maar wat minder doen. Het noodzakelijk
gevolg van deze opvatting is, dat men minder zal helpen
naarmate men meer naar de kosten ziet.
De Voorzitter. Ik heb mij m.i. er vrij duidelijk over
uitgelaten, dat ik het amendement van den heer Aalberse
onaannemelijk acht en wel om financieele redenen. Wordt
de altreksom verlaagd tot ƒ40.— dan zullen de kosten ook
minder bedragen. Het voorstel van den heer Aalberse achten
Burgemeester en Wethouders in ieder geval niet aannemelijk.
Thans zal ik in stemming brengen het amendement van den
heer Sijtsma.
Het amendement-Sijisma wordt in stemming gebracht en
verworpen met 23 tegen 5 stemmen.
Tegen stemmen de heeren: Hartevelt, Reimeringer, van
Hamel, Bots, Fischer, van der Lip, van Romburgh, Wilmer,
Hoogenboom, Pera, J. P. Mulder, van der Pot, Aalberse, Sasse,
Huurman, Fabius, Zwiers, A. Mulder, Fokker, de Boer, Boot,
Jaeger en Briët.
Vóór stemmen de heeren: van der Eist, Botermans, van
Tol, van Gruting en Sijtsma.
De Voorzitter. Verlangt thans iemand hoofdelijke stemming
over het gewijzigde artikel 3, zoo neen, dan is dat aange
nomen.
Nu is aan de orde artikel 21. Daarop is voorgesteld een
amendement van den heer Sijtsma c. s. maar daar het amen
dement op artikel 3 van den heer Sijtsma is verworpen, is
dit amendement ook vervallen. Verlangt thans iemand het
woord over artikel 21, zoo neen, dan is aitikel 21 zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
Op art. 22 heeft de commissie van Financiën een amende
ment voorgesteld, dat Burgemeester en Wethouders hebben
overgenomen.
Dan komt eerst aan de orde de stemming over het amen
dement van den heer Wilmer.
Het amendement daarop in stemming gebracht, wordt ver
worpen met 21 tegen 7 stemmen.
Tegen stemmen de heeren: van der Eist, Hartevelt, Reime
ringer, van Hamel, Bots, Fischer, van der Lip, van Romburgh,
Hoogenboom, Botermans, van der Pot, van Gruting, Sasse,
Fabius. Zwiers, A. Mulder, Fokker, de Boer, Boot, Jaeger
en Briët.
Vóór stemmen de heeren: Wilmer, Pera, J. P. Mulder,
van Tol, Aalberse, Huurman en Sijtsma.
De Voorzitter. Nu zal ik het voorstel van den heer Bots
in stemming brengen.
De stemmen staken, aangezien 14 leden zich voor en even
eens 14 leden zich tegen het. amendement verklaren.
Vóór stemmen de heeren: van der Eist, Bots, Wilmer,
Pera, J. P. Mulder, van Tol, van Gruting, Aalberse, Huurman,
Zwiers, Sijtsma, Boot, Jaeger en Briët.
Tegen stemmen de heeren: Hartevelt, Reimeringer, van
Hamel, Fischer, van der Lip, van Romburgh Hoogenboom.
Botermans, van der Pot, Sasse, Fabius, A. Mulder, Fokker
en de Boer.
De Voorzitter. Aangezien de stemmen over dit amendement
hebben gestaakt, zal de stemming plaats hebben in de volgende
vergadering. Ik stel dus voor art. 22 ook aan te houden.
De artt. 23 tot en met 25 worden achtereenvolgens zonder
beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over art. 26 luidende:
Dieder aan wien een afgiftebiljet is uitgereikt of toegezonden
is gehouden op dat biljet de daarin gestelde vragen duidelijk,
stellig en zonder voorbehoud naar waarheid te beantwoorden
en deze beantwoording met zijne handteekening te bekrachtigen:
eene verwijzing naar vorige belastingjaren is niet geoorloofd.
Indien hij niet kan schrijven, is hij verplicht, behoudens eigen
verantwoordelijkheid, een ander te machtigen tot invulling
en onderteekening van zijn aangiftebiljetten."
De Voorzitter. Hierop heeft de Commissie van Financiën
een amendement voorgesteld luidende
»de tweede zinsnede wordt vervangen door de volgende:
DÏndien iemand verklaart niet te kunnen schrijven, wordt het
biljet op zijn verlangen met vermelding der reden door of
vanwege den controleur der Gemeente-belasting of door den
ambtenaar, belast met de ophaling der omschrijvingsbiljetten,
ingevuld en, na voorlezing, namens den aangever onder
teekend.
Burgemeester en Wethouders nemen dit amendement over.