DONDERDAG
10 MEI 1917.
403
er een duurkoop aan zouden hebben en er de betrokken
Maatschappij afhelpen.
De heer van der Elst. M. d. V. Ik zou willen beginnen
met een woord van hulde te bréngen aan den Directeur van
Gemeentewerken die het plan heeft toegelicht en op een forsche
manier heeft aanbevolen en m. i. dadelijk de puntjes op de
i's heeft gezet. Men zal het met mij eens zijn, dat Nationaal
Grondgebied de kwestie beschouwt van een zakelijk standpunt.
De vennootschap ziet er tegen op om nu arbeiderswoningen
te gaan bouwen omdat de prijzen van de materialen zoo hoog
zijn. Daar staat echter tegenover, dat de nood hier ter stede
groot is en voortdurend nog zal stijgen. Laat men het bouwen
over aan de vennootschap, dan zal het ook nog de vraag zijn,
indien zij daartoe besluit, hoe die woningen zullen worden
gebouwd. Zij zal natuurlijk op die oppervlakte zooveel mogelijk
woningen willen bouwen. Dan krijgt men het geval dat die
wijze van bouwen niet voldoet aan de eiscben die wij zelf
zouden willen stellen wanneer de gemeente de zaak in
handen had.
Daarom geloof ik, dat het het beste zal zijn, waar het vast
staat, dat binnen een groot aantal jaren de woningnood niet
zal zijn verminderd, dat wij deze zaak in handen houden en
meester blijven over zulk een groot terrein, tenzij wij invloed
kunnen uitoefenen op de woningbouwvereenigingen, die in
overleg met de gemeente hun bouwplannen uitwerken, gelijk
dit in den laatsten tijd ook is geschied door de bouwvereeni-
gingen. Men ziet hoe groot ook in andere gemeenten de
woningnood is, zoodat men er zelfs toe is moeten overgaan,
om houten barakken te bouwen.
Het is wel veel geld, dat er voor dat terrein wordt gevraagd,
maar dan hebben wij er ook de beschikking over.
De heer Vergouwen. M. d. V. Met belangstelling heb ik
vernomen, dat er uit den boezem van Burgemeester en Wet
houders een stem is opgegaan tegen het voorstel van Burge
meester en Wethouders. Ik ben er evenwel niet van over
tuigd geworden, dat in dit geval die aankoop aan den Raad
ontraden moet worden. De heer van Hamel heeft verschillende
motieven naar voren gebracht. Een motief van weinig betee-
kenis is, dat het terrein gelegen is in de gemeente Leiderdorp.
Wij hopen, dat binnen een paar jaar die grond in de gemeente
Leiden zal liggen. Het is dan ook van geen overwegend be
lang, dat die grond nog voor een paar jaar behoort tot
Leiderdorp. Het is ook geen achterafbuurt, zooals door den
heer van Romburgh is beweerd.
De heer van Romburgh. Ik heb gezegd: afgelegen.
De heer Vergouwen. Het ligt slechts een paar honderd
meter van den Maresingel. Het is een volkrijke, knappe
arbeidersbuurt. Die huisjes daar maken op mij niet den indruk
van een achterafbuurt, maar juist van een net ingerichte
arbeidersbuurt. Een ander motief van den heer van Hamel
was, dat de prijs volgens hem te hoog zou zijn. De heer van
Romburgh heeft eene vergelijking gemaakt tusschen den prijs
van het terrein aan den Zijlsingel en dit terrein. De heer van
Hamel zegt wel: de prijs is te hoog, maar hij toont dit door
vergelijking niet aan.
Wanneer ik de prijzen door den heer van Romburgh ge
noemd vergelijk, dan kan ik den prijs die voor dit terrein
wordt gevraagd, in de tegenwoordige tijdsomstandigheden niet
te hoog vinden. Ik vind een prijs van f 6,50 per M2. kanten
klaar om te bouwen niet te hoog. Ik ben het eens met den
heer van der Eist, dat de gemeente behoefte heeft aan grond.
Wanneer de gemeente kans heeft om zoo'n stuk land in
handen te krijgen, moet zij dit m. i. doen, te meer waar de
woningbouwvereenigingen klaar staan om hare plannen uit
te voeren. Wanneer de heer van Hamel gronden kan aan
voeren, waaruit blijkt, dat de prijs voor dezen grond gevraagd
te hoog is, dan zal overwogen moeten worden, wat ons te
doen staat. De enkele mededeeling -dat z. i. de prijs te hoog
is, is geen reden om tegen het voorstel van Burgemeester en
Wethouders te stemmen.
De heer Botermans M. d. V. Ik had gaarne gezien, dat
dit voorstel wat eerder bij den Raad was ingediend. Ik zal
evenwel medegaan met het voorstel van Burgemeester en
Wethouders om dien grond aan te koopen, want ik vind een
prijs van 5.50 per M'. voor grond in die buurt niet te
duur, evenmin als de grond, die aangeboden wordt voor 0.90
per c.A. Waar er zoo'n groote nood is aan arbeiderswoningen
en het terrein zoo dicht is gelegen bij den Maresingel, daarom
zal ik medegaan met het voorstel van Burgemeester en Wet
houders om dien grond tegen den genoemden prijs aan te
koopen.
(De heer Fabius komt ter vergadering.)
De heer Fischer. M. d. V. Ik heb het woord gevraagd om
het voorstel van Burgemeester en Wethouders nogmaals aan
te bevelen. Het standpunt, dat de heer van Hamel bij de be-
oordeeli'ng van deze zaak heeft ingenomen, is een standpunt
dat absoluut verschilt van het mijne. De heer van Hamel
beschouwt de quaestie uit een financieel oogpunt en de groote
meerderheid van het College van Burgemeester en Wethou
ders beschouwt de zaak uit een ander oogpunt, n.l. dat van
de belangen van de arbeidersbevolking in Leiden, die er zeer
door gebaat zullen worden. Het valt niet tegen te spreken
dat wij hier langzamerhand hebben gekregen een woning
nood. Dat was al het geval in 1915. Wanneer wij nu weten,
dat in 1916 de bevolking met niet minder dan 533 personen
is toegenomen, dan behoeft men niet veel te praten om de
heeren te overtuigen dat de woningnood hier ernstig begint
te worden. Ik heb in de vorige vergadering al eenige cijfers
medegedeeld over woningen, die dubbel bewoond zijn. In de
laatste drie, vier jaren is de bevolking van Leiden met een
duizendtal vermeerderd. Waar al die menschen onder dak
zijn gebracht, is beter maar niet na te gaan, want dan vindt
men dingen die niet door den beugel kunnen. Wij hebben
onze woningverordening niet meer kunnen handhaven, omdat
er geen woningen meer waren. Er zijn op het oogenblik voor
beelden te noemen dat woningen, bestemd voor een gezin,
in drieën bewoond zijn. Wij moeten dien woningnood dus
bestrijden met alle middelen die ons ten dienste staan en
daarvoor is noodig een geheel ander standpunt in te nemen
dan de heer van Hamel heeft gedaan.
De meerderheid van het College van Burgemeester en
Wethouders heeft gemeend deze gelegenheid dan ook te moe
ten aangrijpen al kostte het wat veel geld.
Ook moet ik tegenspreken dat wij met dezen aankoop prij
zen zouden besteden die exorbitant hoog zijn. De bouwver-
eeniging »de Eendracht" heeft indertijd gebouwd op grond
van 6.25 de M2. Daarbij kwam nog een groot stuk straten
aanleg voor haar rekening Zij heeft toen het was in nor
male tijden toch nog een sluitende bouwrekening kunnen
krijgen. Later hebben de bouwvereenigingen »Ons Belang"
en »de Goede Woning" gebouwd op grond die haar werd
afgestaan voor 5.25 de M2. Die hebben ook gemakkelijk
een sluitende bouwrekening kunnen maken. Wij behoeven
dus niet bang te zijn dat wij op het oogenblik met 5.50
per c.A. een exorbitant hoogen prijs betalen. In normale tijden
is er geen twijfel mogelijk of men kan met een dergelijken
prijs een sluitende bouwrekening maken.
Nu staat er in de Ingekomen Stukken dat er aan de op
hooging van het terrein minstens een gulden per c.A. ten
koste moet worden gelegd. Dat cijfer is hier veeleer iets te
hoog dan te laag genomen. Wij mogen aannemen dat de
grond, voorzoover het het bouwterrein betreft, niet duurder
zal worden dan 6.25 per M2. en met dien prijs is in nor
male tijden alleszins een sluitende bouwrekening te verkrijgen.
De heer van Romburgh heeft een vergelijking gemaakt met
den grond die begrepen was in het bouwplan van de Woning-
bouwvereeniging «Eensgezindheid". Het is hier echter ook
weder een quaestie van standpunt. Wanneer men de zaken
noodig heeft, betaalt men ze duurder dan wanneer dat niet
het geval is. Ik zou dan de heeren, die bedenkingen maken
tegen den hoogen prijs van den grond, willen toevoegen:
kom zelf eens met wat goedkoopers.
Dat aanbod heeft mij niet bereikt. Steeds wordt er uitge
zien naar een geschikt bouwterrein daar in de buurt.
De heer van Hamel heeft als bezwaar genoemd, dat deze
grond niet ligt in de gemeente Leiden, maar is dit argument
nu werkelijk ernstig gemeend? De heer van Hamel zegt: wij
moeten niet voor Leiderdorp gaan bouwen. Maar dat doen
wij niet. Alle menschen, die daar zullen komen wonen, zijn
Leidenaars. Verder is door hem opgemerkt, dat het overleg
met de Woningbouwvereeniging nog in wijde zakken is.
Wanneer wij de vereenigingen haar gang hadden laten gaan,
dan zouden er op dat terrein allang een 300 woningen zijn
gebouwd. De vereeniging wil het terrein geheel of ten deele
voor denzelfden prijs van de gemeente koopen. Op die wijze
komt het geld weer in de gemeentekas terug. De heer van
Romburgh heeft eene vergelijking gemaakt in verband met
den gevraagden prijs voor dit terrein. Het waren zooveel
cijfers, die hij heeft genoemd, dat ik ze niet allen in mij heb
kunnen opnemen. Een ding is mij evenwel opgevallen. Hij
heeft gezegd, dat er op het eene terrein 140 en op het andere
terrein 118 huizen kunnen worden gebouwd. Hierbij wordt
echter door den heer van Romburgh uit het oog verloren,
dat in den brief van den Directeur van Gemeentewerken staat,
dat die 440 woningen zijn boven- en benedenwoningen, ter
wijl »de Eensgezindheid" slechts eensgezinswoningen heeft
geprojecteerd.
Daar komt dan nog bij, dat dat bouwterrein verkaveld is
door Nationaal Grondbezit en die vereeniging heeft er wel
voor gezorgd, dat er geen cM. verloren gaat. De verkaveling
is zoo geschied, dat alle woningen aan elkaar kunnen aan
passen en de grond dus zooveel mogelijk kan worden benut
voor bouwgrond.