GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 47 IIT6EEOIIEII STUKKEN. N°. 77. Leiden, 29 Maart 1917. Bij de Commissie van Financiën bestaat geen bezwaar tegen de voordrachten van Burgemeester en Wethouders: a. tot verkoop van de gedeelten berm langs de Haarlem mertrekvaart, vermeld in Ingek. St. No. 69; b. tot verkoop van een gedeelte berm van de Haalemmer- trekvaart aan de heeren Homan en Faase (Ingek. St. No. 70) c. tot verhooging van eenige te laag geraamde posten der begróotingen voor 1916 en 1917 (Ingek. St. No. 62 en 63); d. tot wijziging van de Gemeentebegrooting dienst 1917 in verband met de voorgestelde demping van de Burchtgracht, indien de Baad tot deze demping besluit (Ingek. St. No. 71). Zij geeft U mitsdien in overweging conform de voorstellen sub a, b en c te besluiten en de begrootingsstaten behoorende bij de voordrachten sub c en d de laatste ingeval tot demping van de Burggracht wordt besloten vast te stellen. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N°. 78. Leiden, 29 Maart 1917. Door het bestuur van het genootschap «Mathesis Scientiarum Genitrix" werd het verzoek tot ons College gericht om eenige lokalen van de Stads-Gehoorzaal kosteloos te mogen gebruiken in de week van 29 Mei tot en met 3 Juni a.s., ten behoeve van de tentoonstelling van door de leerlingen vervaardigde teekeningen en voor het houden van de jaarlijksche algemeene vergadering. Aangezien tegen inwilliging van dat verzoek bij ons College geen bezwaar bestaat, geven wij U in overweging ons, evenals in vorige jaren, te machtigen de benoodigde locali- teiten der Stads-Gehoorzaal kosteloos voor het beoogde doel af te staan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 81. Leiden, 13 April 1917. Wij hebben de eer U de volgende voordrachten aan te bie den voor de benoeming van een onderwijzer, in het bezit van de hoofdakte: 1°. aan de openbare lagere school der 3e klasse, No. 2, ter vervulling van de vacature, welke is ontstaan tengevolge van het verleend eervol ontslag aan den heer H. Tjepkema en voortdurende door het niet aannemen der benoeming door den heer R. de Jong; 2°. aan de openbare lagere school der 3e klasse, No. 7, ter voor ziening in de vacature, welke is ontstaan door de benoeming van den heer J. van Noord tot onderwijzer-plaatsvervangend hoofd aan de openbare school der 4e klasse, No. 2, en voortdurende door het niet aannemen der benoeming door den heer Ph. C. E. Bakema; 3°. aan de openbare lagere school der 4e klasse, No. 2, in de plaats van den heer P. Koeze, aan wien met ingang van 1 Februari 1917 eervol ontslag werd verleend. School 3e klasseNo. 2. 1°. E. G. VüRSSELMAN, hoofd der O. L. school te Durger- dam (gem. Ransdorp) 2°. J. BEITSMA, hoofd der O. L. school te Hindeloopen 3°. K. REININGA, onderwijzer te Dordrecht. School 3e klasse, No. 7. 1°. C. H. FOLKERTS, onderwijzer te Lisse; 2°. L. SCHILDER, onderwijzer te Doesburg; 3°. J. KOELMA, onderwijzer te Dedemsvaart. School 4e klasse No. 2. 1°. A. J. DE VÜLDERE, onderwijzer te 's Gravendeel 2°. C. VAN KRALINGEN, onderwijzer te Rhenen; 3°. W. KEPPELS, onderwijzer te Avereest. Onder mededeeling, dat het advies van den Arrondissements- Schoolopziener en de berichten van de Hoofden der betrokken scholen in de Leeskamer ter inzage liggen, verzoeken wij U thans tot de benoemingen over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 79. Leiden, 31 Maart 1917. De heer K. H. Korfï verzocht aan den Voorzitter Uwer Vergadering, met het oog op zijn vertrek uit deze gemeente, waardoor hij tevens ophoudt lid van den Raad te zijn, te willen bevorderen dat hem ontslag worde verleend als Com missaris der Gemeentelijke Bank van Leening. Aangezien tegen inwilliging van dat verzoek bij ons college geen bezwaar bestaat, geven wij U, overeenkomstig het advies van Commissarissen dier instelling, in overweging aan den heer K. H. Korff, op diens verzoek, eervol ontslag te verleenen als Commissaris der Gemeentelijke Bank van Leening, onder dankbetuiging voor de diensten door hem in die betrekking aan de gemeente bewezen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 80. Leiden, 6 April 1917. Voor de benoeming van een onderwijzer met hoofdakte en akte Fransch aan de Openbare Jongensschool 2e klasse alhier, ter vervulling van de vacature, welke is ontstaan tengevolge van het overlijden van den heer H. Th. van Urk, hebben wij de eer U, in overleg met den Arrondissements-Schoolopziener, na ingewonnen bericht van het Hoofd der school, de volgende voordracht aan te bieden: 1° TH. J. WILLEMS, hoofd eener school te IJzendijke; 2° G. DE GROOT, onderwijzer te Leeuwarden; 3° J. BEENHAKKER, onderwijzer te Culemborg. Met verwijzing naar de desbetreffende, in de Leeskamer ter inzage liggende stukken, verzoeken wij U alsnu tot eene benoeming over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 82. Leiden, 13 April 1917. Wij hebben de eer U de navolgende voordrachten aan te bieden, voor de benoeming van twee onderwijzers aan de openbare lagere school der 4e klasse, No. 1, ter vervanging van de dames G. A. Mouwen en T. B. Hoff, die in de raads zitting van den 30en October 1916 werden benoemd tot onder wijzeres met hoofdakte aan deze school, en van een onder wijzer aan de openbare lagere school der 3e klasse, No. 3, ter voorziening in de vacature, welke is ontstaan tengevolge van het met ingang van 1 Februari j.l. verleend eervol ont slag aan den heer A. Klarenberg. School 4e klasseNo. i. (Vacature Mej. Mouwen.) 1°. J. JURJAANS, onderwijzer te Stad aan het Haringvliet; 2°. P. KOETSIER, onderwijzer te Lisse 3°. U. J. HUBER, onderwijzer te Epe. (Vacature Mej. Hoff.) 1°. H. H. FREHE, onderwijzer te Raalte; 2°. L. SCHILDER, onderwijzer te Doesburg; 3°. G. H. NIJMAN, onderwijzer te Colmschate (gern. Diepenveen). School 3e klasseNo. 3. 1°. L. SCHILDER, onderwijzer te Doesburg; 2°. U. J. HUBER, onderwijzer te Epe; 3°. G. H. NIJM AN, onderwijzer te Colmschate (gem. Diepenveen). Onder mededeeling, dat deze voordrachten zijn opgemaakt in overleg met den Arrondissements-Schoolopziener, na in gewonnen bericht van de Hoofden der betrokken scholen, en dat de desbetreffende stukken in de Leeskamer ter inzage zijn nedergelegd, noodigen wij U uit tot de benoemingen over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1917 | | pagina 13