DONDERDAG 1
MAART 1917.
59
heele plan zal kosten 350000.—daar is een bedrag van
15000 op dat totaal trouwens niet zoo heel hoog. Ter wille
van de hooge wenschelijlcheid om het plan zelf ten uitvoer te
brengen, zal m. i. de Raad zich moeten neerleggen bij dezen
grondaankoop. Ik kan daarom mij niet vereenigen met het
voorstel van den heer Botermans dat hierop neerkomt, dat de
Raad het voorstel van Burgemeester en Wethouders verwerpt,,
want wat hij aan de vereeniging zou willen verzoeken, n.l.
om opnieuw met den eigenaar in onderhandeling te treden,
dat kan de Raad, dunkt mij, niet doen. Deze heeft de keuze
tusschen aannemen en verwerpen. Ik zou het zeer betreuren,
wanneer het voorstel tengevolge van het verzet van den
heer Botermans werd verworpen.
De heer Hoogenboom. M. d. V. Het komt mij voor, dat
uit de discussie is gebleken, dat de grond voor een buiten
gewoon hoogen prijs zal wordén gekocht. M. i. mag men wel
degelijk eene vergelijking maken met ander bouwterrein, dat
voor ƒ7000 per H. A. is verkocht. Het argument van den
heer van der Pot, dat dit terrein gelegen was aan de andere
zijde van de stad en door de vereeniging niet gewenscht
werd, gaat m. i. niet op. Het gaat er om om te doen uit
komen, dat een prijs van ƒ30000 per H. A. vergeleken met
die 7000 per H. A. exorbitant hoog is. De heer van der
Pot zegt: laten wij over het klein verschil van ƒ15000 voor
aankoop van het terrein heen stappen. Waar wij evenwel
niet slechts handelen met het geld van de gemeente, maar
ook met dat van het Rijk, daar past het zuinigheid te betrach
ten, en moet men het denkbeeld van den heer Botermans ter
harte nemen om te trachten het terrein te krijgen voor den
prijs van 30000 in plaats van voor ruim ƒ45000. Er mag
dan behoefte bestaan aan deze woningen, daar staat toch
tegenover, dat als het terrein zooveel goedkooper wordt aan
gekocht, wat bij onteigening niet is uitgesloten, de huishuur
ook minder zal kunnen worden en dat de toekomstige huur
ders van die woningen daar meer door zullen worden gebaat
dan door mede te gaan met het voorstel, van Burgemeester
en Wethouders. Ik schaar mij derhalve aan de zijde van den
heer Botermans.
De heer Korff. M. d. V. Ik mis in het betoog van de
heeren Hoogenboom en Botermans een schakel. Men zou
aan die vereeniging kunnen verzoeken nieuwe onderhande
lingen te gaan aanknoopen met den eigenaar van den
grond. Maar als nu die eigenaar eens niet te vinden is om
dien grond tegen een lager prijs af te staan? De heer Boter
mans zegt, dat men dit wel zal doen, doch dat kan men
slechts veronderstellen en zal het heele plan moeten worden
uitgesteld, tenzij de Raad met hangende pootjes op zijn besluit
terug komt en zegt: als het dan niet anders kan, zullen wij
dien grond toch maar voor dien prijs koopen. Ik sluit mij
aan bij het klemmende betoog van den heer van der Pot,
dat men zich niet op een bedrag van 15000 blind moet
staren, waar het geheele plan ƒ371000 zal kosten. Zelfs toe
gegeven dat men die 15000 te veel betaalt, toch zou ik daarom
het plan niet willen laten schipbreuk lijden en in aanmer
king genomen den woningnood, zou ik het voorstel van Burge
meester en Wethouders willen aannemen.
De heer Hoogenboom. M. d. V. Ik stel mij niet voor, dat
de Raad met hangende pootjes op zijn besluit terug zal
komen. Laat de Raad Burgemeester en Wethouders verzoe
ken gebruik te maken van hunne bevoegdheid om te ont
eigenen en op die manier die 15000 te kunnen besparen.
Wanneer de eigenaar ziet, dat hij het verkoopen van dat
land zoo lang zal moeten uitstellen, zal hij wellicht bereid
worden gevonden tegen het lager bedrag dat land dadelijk
te verkoopen.
De heer Fokker. M. d. V. Percentsgewijze is een bedrag
van 15000 op een som van 371000 niet zoo heel groot.
Maar het kan de gemeente in de toekomst nog heel wat
meer kosten. Wij weten allen wel, dat wij hiermede niet af
zijn van den woningnood. Wij zullen nog meer bouwterrein
aankoopen en dan zal de hoogste prijs als basis worden
genomen. De prijs, die thans wordt besteed, zal ons later
altijd worden voorgehouden als de normale prijs. Het is dus
niet dat het ons vandaag scheelt, maar ook in de toekomst
zal dit het geval zijn. Het is volkomen juist, wat de heer
Botermans heeft gezegd over die ƒ2 per M2. De heer van
der Pot heeft dat bezwaar niet weggeredeneerd door te zeg
gen, dat dit stuk grond een integreerend deel uitmaakt van
het geheele plan en dat het daarom zooveel meer kost dan
ander terrein dat niet bebouwd mag worden. Als dit nu het
geval is, zal dit evenzeer het geval zijn in de toekomst en zal
men voor dergelijken grond, waarop bouw verbod, voortaan
altijd 2 per M2. moeten betalen. Wanneer die grond ont
eigend wordt, zal men heel wat minder er voor hebben te
betalen. Er moeten vanwege den woningnood woningen wor
den gebouwd, maar zou dit niet kunnen wachten op de ont
eigening Wij moeten toch ook om de gemeentefinanciën
denken. Ik zou niet, om dit plan vlug ten uitvoer te kunnen
brengen aan iemand, die van de omstandigheden misbruik
wil maken, een belangrijk bedrag in den schoot willen werpen.
Men had nog wel meer kunnen vragen. Percentgewijze scheelt
het niet veel, of men ƒ15000 of ƒ20000 te veel uitgeeft. Een
volgende maal zal men wel weer met hetzelfde argument aan
komen. Ik ben het geheel met den heer Hoogenboom eens,
dat het tekort niet zal moeten worden aangezuiverd van ons
geld, maar van dat der belastingplichtigen. En daarom,
Mijnheer de Voorzitter, moeten wij dubbel voorzichtig zijn.
Ook wat in de toekomst te veel zal moeten betaald worden,
zullen die belastingplichtigen moeten opbrengen.
De heer Bots. M. d. V. De heer Botermans heeft aan Bur
gemeester en Wethouders verweten, dat zij indertijd dat
stuk grond aan de Heerenstraat niet hebben gekocht. Hij
heeft er bij gezegd, dat de prijs voor bouwgrond was achteruit
gegaan. Als dit waar is, dan komt het mij voor, dat Bur
gemeester en Wethouders 2 jaar geleden goed hebben gehan
deld door te weigeren dat stuk te koopen. De heer Boter
mans had hun daarvan dan geen verwijt mogen maken,
integendeel. Ik daarentegen meen dat de prijs in het alge
meen omhoog is gegaan doch dat het land aan de Heeren
straat nog wel voor denzelfden prijs zal zijn te krijgen.
De heer A. Mulder. M. d. Ik ben het met den heer
Botermans eens, dat dit stuk land aardig duur is. Het is een
moeilijk geval; stemmen wij tegen, dan ligt het geheele plan
en dan kan men weer van voren af aan beginnen. Men kan
over een aankoop in eene openbare vergadering moeilijk zijne
meening zeggen. De vraag is maarmoet de eigenaar ver
koopen. Is dat niet het geval, dan is er kans, dat er van den
prijs niets af zal gaan. Nu stelt men voor te onteigenen,
maar hiermede gaat veel tijd verloren en de 15.000, die
wij misschien daardoor verdienen, zullen wij wellicht ruim
schoots hebben uit te geven doordat de bouwmaterialen in
dien tijd zooveel hooger in prijs zullen zijn geworden.
Ja, mijnheer Sijtsma, journalist, U houdt het mij ten goede,
dat ik dit zeg. Ik ben geen deskundige op dat gebied, maar
menschen, die er over oordeelen kunnen, zijn van meening,
dat de bouwmaterialen nog in prijs zullen stijgen. Wat wij
dus aan den eenen kant winnen, zullen wij aan den anderen
kant weer verliezen.
De heer van der Elst. M. d. V. De heer Fokker heeft
gezegd, dat hij voor onteigening was, omdat men niet aan
den eisch van den eigenaar toe kan geven. Die redeneering
gaat niet op. Het is toch best mogelijk, dat de rechtbank,
die rekening houdt met de belangen van den eigenaar, een
hoogeren prijs bepaalt, dan die bedongen was. Ik geloof dus
dat onteigening iets zeer onzekers is. Daarom ben ik er voor,
dat het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt aan
genomen, al is de prijs dan ook heel hoog.
De heer Botermans. M. d. V. Er wordt op aangedrongen
om zoo spoedig mogelijk die woningen te bouwen. Naar
mijne meening zijn die woningen er over een jaar nog niet.
De materialen stijgen steeds in prijs. Nu staat er in destuk
ken, dat er eerst aanbesteding zal worden gehouden en dan
eerst zal men kunnen zeggen, hoeveel de gemeente zal hebben
te betalen, omdat men niet zeggen kan wat die huizen zullen
kosten. Wanneer men mij den tijd geeft tot morgenavond
dan zal ik U precies den prijs mededeelen. De architect had 8
dagen geleden eene begrooting moeten opmaken en dan had
hij moeten mededeelenzooveel kost de bouw op het oogen-
blik. De prijzen stijgen steeds; een H. L. kalk, die 3 maanden
geleden 93 cent kostte, kost nu f 1,40. Kraalstroken voor
plafonds, die eerst kostten 2 cent, kosten nu 5 cent. Ik wil
nog een paar voorbeelden noemen. Burgemeester en Wet
houders van Rotterdam stellen den Raad voor den Woningbouw
ten zuiden van de Bloemhof. Bij raadsbesluit van den 20
Juli 1916 is aan de Bouw vereeniging Patrimonium een voor
schot van 140.000 toegezegd voor den bouw van 44 wonin
gen, waaronder 2 winkels en van een volksbadhuis, op twee
perceelen aan den Bloemhof Z.z., onderscheidenlijk gelegen
op den hoek van de le en de 2e Balsemienstraat. Zoodra bij
Koninklijk besluit van den 29 December op de ter uitvoering
van dat besluit door Burgemeester en Wethouders gedane
aanvrage om rijksvoorschot gunstig was beschikt, heeft de
vereeniging stappen gedaan ten einde tot uitbesteding te
geraken. Als gevolg daarvan heeft zij Burgemeester en Wet
houders in de eerste dagen van deze maand medegedeeld,
dat zij een tweetal aannemers bereid had gevonden den bouw
tot stand te brengen en wel dien op het perceel op den hoek
van de le Balsemienstraat voor een som van 65.500, tegen
over een raming in Maai t 1916 van 45.200 en het com
plex op den hoek van de 2e Balsemienstraat, waarvoor de