DONDERDAG 19 OCTOBER 1916. 163 De Voorzitter. Juist! Burgemeester en Wethouders wijzigen dus alsnog dit arti kel door sub d als volgt te lezen: »alle hierboven niet genoemde uitgaven van het bedrijf, welke in verband staan met het beschikbaarstellen van levensmiddelen, grondstoffen van levensmiddelen en huishoudelijke artikelen." De heer Fokker. Dan trek ik thans mijri amendement in. De beraadslaging wordt gesloten. Het aldus gewijzigde artikel wordt daarop zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Beraadslaging over art. 9 luidende »De ontvangsten van het bedrijf bestaan in: a. de opbrengst van den verkoop en de distributie van de in art. 1 bedoelde waren, voor zoover de verrekening door bemiddeling van het gemeentebestuur plaats beeft; b. de eventueel door het Rijk aan de gemeente te verleenen vergoeding voor de distributie van levensmiddelen, grond stoffen van levensmiddelen en huishoudelijke artikelen; c. de bijdrage uit de gemeentekas, ter dekking van het nadeelig saldo van het bedrijf over het dienstjaar; d. alle hierboven niet genoemde ontvangsten van het bedrijf, welke rechtstreeks in verband staan met het beschik baar stellen van levensmiddelen, grondstoffen van levens middelen en huishoudelijke ariikelen." De Voorzitter. Op dit artikel is eveneens een amendement ingediend door den heer Fokker, luidende: »toe te voegen aan artikel 9 sub c: «Voorzooverre dit saldo niet door een gereserveerd voor- deelig saldo van het vorig dienstjaar kan gedekt worden;" welk amendement bereids door den voorsteller is inge trokken. Om dezelfde reden als in artikel 8 wijzigen Burgemeester en Wethouders alsnog dit artikel door sub d het woord «rechtstreeks" te doen vervallen. Artikel 9 wordt vervolgens aldus gewijzigd zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Artikel 10 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stem ming aangenomen. Beraadslaging over artikel 11, luidende: «De Directeur is belast met de administratie van het be drijf, het houden van de daarvoor noodige boeken, alsmede met de zorg voor de inning van alle inkomsten en ontvang sten en het doen van alle betalingen, het bedrijf betreffende. Hij geeft aan Burgemeester en Wethouders of aan den door hen aan te wijzen deskundige, zoo dikwijls zij dit verlangen, inzage van kas, boeken en voorraden, alsmede van alle be scheiden op het beheer van het bedrijf betrekking hebbende. Indien de in kas zijnde gelden het bedrag der in art. 7 genoemde zekerheid te boven gaan, stort hij het meerdere tegen ontvangstbewijs in de kas van den gemeente-ontvanger." De Voorzitter. Op dit artikel heeft de heer Fokker het volgend amendement voorgesteld, luidende: „in te voegen in art. 11 tusschen de eerste en tweede alinea twee nieuwe alinea's, luidende: De Directeur is tevens belast met de zorg voor de voorraden van het bedrijf. Hij betaalt de door Burgemeester en Wethouders voor de gemeente aangekochte waren niet, dan op door of namens Burgemeester en Wethouders gefiatteerde betalingstukken." Wordt dit amendement voldoende gesteund? Zoo ja, dan maakt het dus een onderwerp van beraadslaging uit. Wenscht de heer Fokker het amendement nog toe te lichten De heer Fokker. Het spreekt reeds voor zichzelf. De Voorzitter. Ik zou den heer Fokker aanraden om zijn amendement in te trekken. De verordening is juist tot stand gekomen om dat fiatteeren onnoodig te maken, want wordt het amendement van den heer Fokker aange nomen, dan zouden wij weer al de moeielijkheden krijgen, dat de betalingen moeten geschieden op mandaten. Nu gaat het precies zooals bijv. bij de Gasfabriek. Wanneer daar een wissel wordt aangeboden, wordt deze niet betaald op mandaat, maar door den hoofdboekhouder, op dezelfde wijze zooals iedere zakenman zijn wissels betaalt, terwijl de goede contröle hierin bestaat, dat door een deskundige buiten het bedrijf staande, alles wordt nagezien. Om nu allen omslag te vermijden, moet het fiatteeren der stukken niet in het artikel worden opge nomen. Ik zou U derhalve aanraden Uw amendement in te trekken. Hierdoor toch zou het groote voordeel van deze verordening komen te vervallen. De heer Fokker. Ik zou alleen nog deze vraag willen doen Waar niet door den Directeur, maar door Burgemeester en Wethouders de waren worden aangekocht, hoe kan hij dan weten, dat de zaak in orde is. wanneer niet aan hem wordt overgelegd een door Burgemeester en Wethouders gefiatteerd bewijs De Voorzitter Burgemeester en Wethouders sturen de rekeningen door naar den Directeur. lederen dag komen er rekeningen bij mij in. Ik krijg aanvragen voor dingen, waar mede ik feitelijk niets te maken heb. Zoo komt men bij mij, om boter aan te vragen. Eerst moet men naar den grossier. Heeft deze geen boter, dan komt men bij den Burgemeester, die dan weer aanvraagt aan het centraal-bureau. Dan krijg ik bericht, dat er zoo- en zooveel is opgezonden, welke hoe veelheid dan weer door mij moet worden verdeeld. Ik krijg boter toegezonden uit verschillende plaatsen uit Friesland, uit Eindhoven, uit IJlekoten. Daarbij wordt dan meteen verzocht om per omgaande te betalen. Met eieren is het nog veel erger. Zoodra ik de goedgekeurde rekening heb ontvangen, moet ik de eieren binnen 2X24 uur hebben betaald, anders krijg ik geen eieren meer. Wanneer men nu al dien admini stratieven omslag moest gaan houden, dan riskeert men, dat men niets meer krijgt. Bij deze zaken wordt spoed vereischt. Daarom zou ik U willen voorstellen Uw amendement in te trekken, want werkelijk, U zou niet bereiken, wat door U wordt bedoeld, nl. eene goede controle. De fiatteering zou slechts schijn zijn, want ik moet de zaak toch overlaten aan den Directeur, want hij weet, hoeveel eieren er bv. zijn af gekeurd. Daar weet ik natuurlijk niets van. Aan fiatteering hecht ik in het geheel geen waarde Wil men mandateering, dan zou dit nog meer last veroorzaken. De heer Sijtsma. Ik zou al mijn amendementen maar in trekken. De heer Fokker. M. d. V. Ik zal gevolg geven aan het advies van den heer Sijtsma en het laatste gedeelte van mijn amen dement maar intrekken. Het was niet mijne bedoeling om deri Raad op te houden, maar om verbeteringen aan te bren gen. Maar ik ben hierin evenwel niet geslaagd. Ik heb van Burgemeester en Wethouders vernomen, dat het van zelf sprak, dat de Directeur belast is met de zorg voor de voor raden van het bedrijf. Dit staat evenwel niet in de verorde ning, maar in het eerste gedeelte van mijn amendement op dit artikel. Hiertegen heb ik van de zijde van Burgemeester en Wethouders geen bezwaar vernomen. De Voorzitter. Ik dacht, dat U dit amendement niet meer noodig vondt. Wilt U het echter handhaven, daar wil ik dit er tegen inbrengen, dat ik het onnoodig vind, omdat het, zooals U zoo even zeide, van zelf sprekend is. Wanneer men nu van de functies van den Directeur er één gaat opnoemen, die van zelf sprekend is, dan zal men genoodzaakt zijn ter voorkoming van verwarring alle mogelijke functies op te gaan noemen. De Directeur heeft een massa functies: een van de eerste is wel, dat hij zorg draagt voor de voorraden. Wij hebben het noodig geoordeeld om in dit artikel te ver melden, dat de Directeur belast is met de administratie van het bedrijf, omdat de Directeur hier in de plaats treedt van de comptabele ambtenaren. Slechts de financiëele regeling hebben wij gemeend te moeten uitwerken. De Directeur heeft er b. v. ook voor te zorgen, dat alles netjes verpakt wordt en op tijd betaald en er geen reke ningen blijven slingeren en dat hij de brieven, die bij ver stuurt, aangeteekend verstuurt. Ik heb er geen bezwaar tegen dat de Directeur voor de voorraden zorgt, maar wel heb ik bezwaar tegen, dat men hier maar één functie noemt, terwijl men honderd andere functies niet noemt. Het komt mij ge vaarlijk voor eenige plichten van den Directeur op te sommen en de andere weg te laten. De heer Fokker. Zouden Burgemeester en Wethouders er dan bezwaar tegen hebben om deze bepaling op te nemen in de instructie voor den Directeur, die zal worden vastgesteld Dan kan men dit artikel in dit opzicht ongewijzigd laten. Wanneer Burgemeester en Wethouders mij verzekeren, dat de bepaling in de instructie zal worden opgenomen, trek ik mijn amendement in. De Voorzitter. Die toezegging kan ik U ook niet geven. Wan neer die instructie wordt vastgesteld, zal ik er met den Directeur over spreken. Maar ik kan op het oogenblik nog niet beloven, dat wij bij de opsomming van plichten van den Directeur de bepaling, zooals U die geformuleerd hebt, in zijn geheel kunnen opnemen. Er komt in de instructie waarschijnlijk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1916 | | pagina 9