GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 105 IN6EKOHEK STUKKEN. N°. 193. Leiden, 5 September 1916. De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen dat zij, indien de Raad besluit tot demping der sloot gelegen tusschen de Witte Rozenstraat en de Gerrit Doustraat, geen bezwaar heeft tegen de bij de voordracht (Ing. St. No. 190) gevoegde begrootingsregeling. Evenmin heeft de Commissie bezwaar tegen de begrootings regeling voor de uitbreiding van de buitengewone school voor lager onderwijs (Ing. St. No. 191), indien de Raad tot bedoelde uitbreiding besluit. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N°. 194. Leiden, 9 September 1916. De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen, dat zij tegen de in hare handen gestelde begrootingen, dienst 1917, van den Armenraad en de Kamer van Koophandel en Fabrieken geene bedenkingen heeft. Zij stelt U mitsdien voor die beide begrootingen goed te keuren. De heer A. L. Reimeringer heeft, als zijnde lid van den Armenraad, aan het onderzoek van de begrooting dier instelling geen deel genomen. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N°. 195. Leiden, 9 September 1916. Tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van den heer L. van Asperen, om eervol ontslag uit zijne betrekking van onderwijzer mèt verplichte hoofdakte aan de openbare lagere school der 4e klasse, No. 1, alhier, bestaat bij ons geen bezwaar. Wij geven U derhalve in overweging aan den heer L. van Asperen, op diens verzoek, eervol ontslag uit zijne hierboven genoemde betrekking te verleenen en dat ontslag te doen ingaan op 1 December 1916. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 31 Aug. 1916. Edelachtb. Heeren. Bij dezen heeft ondergeteekende de eer U beleefd te ver zoeken, hem tegen 1 December eervol ontslag te verleenen als onderwijzer met verplichte hoofdacte aan school 4e klasse n°. 1. wegens zijn benoeming tot onderwijzer te Schoten. Met de meeste hoogachting Uw Dw. Dnr. L. v. Asperen. Aan den Raad der gemeente Leiden. N°. 196. Leiden, 12 September 1916. Voor de benoeming van twee onderwijzers(essen) met ver plichte hoofdakte aan de openbare lagere school der 3e klasse, No. 5, ter vervanging van de heeren H. D. Vriesema en J. A. Zuidhoff, die in de raadszittingen, resp. van den 6den April en van den 6den Juli 1916 werden benoemd tot onderwijzers aan de nieuwe school der 2e klasse voor jongens en meisjes, No. 3, alhier, hebben wij de eer U. onder overlegging van het advies van den Arrondissements-Schoolopziener en van het bericht van het Hoofd der school, de navolgende voor drachten aan te bieden (vacature Vriesema). 1°. H. ZUIDERBAAN, onderwijzer te Beetsterzwaag 2°. Mej. C. A. A. DE JONG, onderwijzeres aan de O. L. school der 3e klasse, No. 5, te Leiden 3°. Mej. G. L. MOUWEN, onderwijzeres aan de O. L. school der 4e klasse, No. 1, te Leiden. (vacature Zuidhoff). 1°. Mej. C. A. A. DE JONG, onderwijzeres aan de O. L. school der 3e klasse, No. 5, te Leiden; 2°. H. ZUIDERBAAN, onderwijzer te Beetsterzwaag; 3°. Mej. M. A. HOCKS, onderwijzeres aan de O. L. school der 3e klasse, No. 4, te Leiden. Wij verzoeken U thans tot de benoemingen over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 197. Leiden, 12 September 1916. In Uwe Vergadering van den 5den September werd besloten tot wijziging van artikel 8 der verordening van den 7den December 1911 (Gemeenteblad No. 41), bepalende o. a. den bijstand aan de Hoofden der O. L. scholen te verleenen, in dier voege, dat de Hoofden der O. L. scholen 3e en 4e klasse zullen worden bijgestaan, in plaats van door vijf, door twee tot vijf onderwijzers of onderwijzeressen met verplichte hoofdakte. Dientengevolge is het mogelijk, dat in de thans be staande vacatures van onderwijzer met verplichte hoofdakte aan enkele dier scholen voorzien wordt door de benoeming van onderwijzers zonder die akte, In verband hiermede hebben wij thans de eer U de vol gende voordrachten aan te bieden voor de benoeming van één onderwijzer aan de openbare lagere school der 3e klasse, No. 1, ter vervanging van den onderwijzer met verplichte hoofdakte, den heer K. van der Werff, aan wien met ingang van 3 Juli 1916 eervol ontslag werd verleend en van drie onderwijzers aan de openbare lagere school der 3e klasse, No. 6, ter vervanging van de onderwijzers met verplichte hoofdakte, de heeren A. Meerburg en H. Vissinga, die als zoodanig werden benoemd aan de nieuwe school der 2e klasse voor jongens en meisjes, No. 3, en van den onderwijzer met verplichte hoofdakte, den heer P. Segaar, die benoemd is tot onderwijzer aan de openbare Jongensschool le klasse alhier. School 3e klasse, No. i. 1". A. DE LA RIE, tijdelijk onderwijzer aan de O. L. school der 3e klasse, No. 5, te Leiden; 2°. I. J ASPERSE, tijdelijk onderwijzer aan de O. L. school der 3e klasse, No. 5, te Leiden 3°. J. W. VAN DER REIJDEN, tijdelijk onderwijzer aan de O. L. school der 4e klasse, No. 1, te Leiden. School 3e klasseNo. 6. (vacature Meerburg). 1°. J. W. VAN DER REIJDEN, tijdelijk onderwijzer aan de O. L. school der 4e klasse, No. 1, te Leiden; 2°. ,T. H. Ph. VAN DER ZANT, onderwijzer te Wijk aan Zee en Duin; 3°. W. WIJNSTOK, onderwijzer te Rotterdam. (vacature Vissinga). 1°. J. H. Ph. VAN DER ZANT, onderwijzer te Wijk aan Zee en Duin; 2°. W. WIJNSTOK, onderwijzer te Rotterdam. 3°. J. W. VAN DER REIJDEN, tijdelijk onderwijzer aan de O. L. school der 4e klasse, No. 1, te Leiden. (vacature Segaar). 1°. W. WIJNSTOK, onderwijzer te Rotterdam; 2°. J. W. VAN DER REIJDEN, tijdelijk onderwijzer aan de O. L. school der 4e klasse, No. 1, te Leiden 3°. J. H. Ph. VAN DER ZANT, onderwijzer te Wijk aan Zee en Duin. Onder mededeeling, dat het advies van den Arrondissements- Schoolopziener en de berichten van de Hoofden der betrokken scholen in de Leeskamer ter inzage liggen, geven wij U in overweging tot de benoemingen over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1916 | | pagina 9