72 DONDERDAG 6 APRIL 1916. dezer dagen aan een ambtenaar, die tijdelijk de functie van een ander waarnam, een gratificatie werd gegeven, heeft de heer van der Lip gezegd: wanneer straks de rechtspositie geregeld is, is het met zulke kwesties uit. Daarom ook zou ik zeggen: laten wij dan over deze zaak geen gras meer laten groeien. De Voorzitter. Indertijd is door Burgemeester en Wet houders een dergelijk voorstel gedaan en toen heeft de Raad op voorstel van den heer Fokker besloten om de zaak uitte stellen. Een poosje later kwam weer de heer van der Pot met het voorstel en toen heeft de Raad opnieuw besloten het nog niet te doen. Burgemeester en Wethouders zijn echter bereid; wij wachten maar af, of de Raad zal besluiten het wel te behandelen. Alleen het argument van den heer Sijtsma, dat de toestand nu beter is om het te doen, lijkt mij niet juist. Ik geloof, dat toen de heer van der Pot kwam met zijn voor stel, de toestand zelfs gunstiger was dan op het oogenblik, maar ik geloof niet, dat dit een argument van veel gewicht is. Burgemeester en Wethouders hebben er geen bezwaar tegen, maar de Raad moet het nu maar uitmaken. De heer Sijtsma. M. d. V. Ik geloof, dat de zaak eenvoudig is; wanneer wordt voorgesteld om de zaak zoo spoedig mo gelijk te behandelen, en de Raad zich hiermede kan ver eenigen, dan zijn we klaar. De Voorzitter. In elk geval kan volgens het reglement van orde dat voorstel in de eerstvolgende Raadszitting worden behandeld, indien het slechts 24 uur van te voren wordt in gediend. De heer Sijtsma. Dan zal ik voor de volgende vergadering een voorstel daaromtrent indienen. De heer Fokker. Verklaren Burgemeester en Wethouders zich bereid om daartoe mede te werken en zouden zij tegelijker tijd praeadvies kunnen geven over het voorstel, dat in de volgende Raadszitting zal worden behandeld? De Voorzitter. Dat is niet noodig, want al zouden Burge meester en Wethouders bereid zijn, de Raadsleden konden er wel eens anders over denken en misschien zijn er nog al wat leden, die het nog geen tijd achten om deze aangelegen heid te behandelen. Niemand verder het woord verlangende wordt de ver gadering gesloten. Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1916 | | pagina 16