GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. VUTmjf 47 ISeEKOHEN vri ll li i:\. N°. 54. Leiden, 18 Maart 1915. Tegen de door Burgemeester en Wethouders voorgestelde overneming in eigendom en onderhoud bij de gemeente, van het aan D. P. Yperlaan toebehoorende gedeelte der Magdalena- Moonsstraat (Ingek. St. no. 45), bestaat bij de Commissie van Financiën geen bedenking. Evenmin tegen de voorgestelde verhooging van volgn. 79 der begrooting voor 1915 »Kosten voor het Archief" met f 600.voor de kosten van het doen drukken van archief stukken. (Ing. St. no. 46). De Commissie adviseert U derhalve overeenkomstig de voormelde voordrachten te besluiten. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N°. 55. Leiden, 18 Maart 1915. Tegen inwilliging van nevensgaand verzoek bestaat bij ons College- geen bezwaar. Wij geven U mitsdien in overweging aan de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen vergunning te verleenen tot het bouwen van twee houten bergplaatsen, met cement- pannen gedekt, op het terrein aan de Heerenstraat, kad. bekend sectie M, nis 495 en 496, overeenkomstig de over gelegde teekening. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Utrecht, den 24 Februari 1915. Namens de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoor wegen te Utrecht heb ik de eer Uw College vergunning te verzoeken voor het bouwen van 2 houten'bergplaatsen met cementpannen gedekt, volgens de hierbij in drievoud gevoegde teekeningen en materiaalstaat. De Sectie- Ingenieur den Tex. N°. 56. Leiden, 18 Maart 1915. Onder overlegging van nevensgaand verzoek van den heer W. Veen, om eervol ontslag uit zijne betrekking van onder wijzer met verplichte hoofdakte aan de openbare lagere school der 3e'klasse No. 3 alhier, en onder mededeeling, dat tegen inwilliging daarvan bij ons College geen bezwaar bestaat, geven wij U in overweging aan den heer W. Veen, op zijn verzoek, met ingang van 16 Juni 1915 eervol ontslag te ver leenen uit zijne hierboven genoemde betrekking. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 12 Maart 1915. Edelachtbare Heeren Ondergeteekende, W. Veen, Haarlemmerstraat 267a, ver zoekt UEdelachtbaren beleefdhemwegens benoeming tot onderwijzer te Amsterdam, met ingang van 16 Juni a.s. eervol ontslag te verleenen uit zijne betrekking van onder wijzer met verplichte hoofdakte aan school 3de klasse No. 3 in Uwe Gemeente. Verblijve, hoogachtend Uw dw. dnr. W. Veen. Aan den Raad der Gemeente Leiden. N°- 57. Leiden, 26 Maart 1915. Met nevensgaand voorstel van de Commissie van Beheer over de gestichten ïEndegeest", »Voorgeest" en »Rhijngeest" kunnen wij ons volkomen vereenigen. Onder verwijzing naar de toelichting der Commissie geven wij Uwe Vergadering mitsdien in overweging: a. de terreinen, kad. bekend gemeente Oegstgeest Sectie B no. 949 en Sectie E no. 1697 (ged.), resp. groot 48, 63 A en 190 A en op de situatie in blauw aangegeven, met ingang van 1 Januari 1916 aan de gestichten af te staan tegen eene waarde van respectievelijk f 3379.— en 5021.— of tezamen 8400.— b. te bepalen, dat het sub a genoemde bedrag van ƒ8400. uit de exploitatie der gestichten in 40 jaar zal worden afge lost, terwijl daarvan een rente zal worden betaald van 4-| 'sjaars, een en ander eveneens in te gaan op 1 Januari 1916; c. te besluiten op de begrooting voor 1916 en volgende jaren den tot nog toe onder de ontvangsten voorkomenden post van 250.— wegens huur van het weiland, kad. bekend gemeente Oegstgeest Sectie B no. 596 te doen vervallen en deze ontvangst mitsdien ten goede te doen komen aan de gestichten. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, den 8 Maart 1915. Zooals Uw College reeds nu en dan zal hebben opgemerkt, is ons streven er op gericht het commercieel beheer der aan onze zorgen toevertrouwde gestichten zoo consequent mogelijk door te voeren. Zoo werden laatstelijk in de ontwerp-begroo- ting voor 1915 door ons posten opgenomenwaardoor ten aanzien van pensioenen en belastingen een juiste verhouding tusschen de gestichts-exploitatie en de gemeente werd be vorderd. Thans komen wij tot U met het voorstel om ten opzichte van enkele andere punten dat beheer te regulariseeren. Het betreft een drietal stukken grond. ooreerst het weiland kadastraal bekend gemeente Oegst geest Sectie B, no. 596, groot 2,6040 H.A. en verhuurd aan den landbouwer J. de Groot te Oegstgeest voor 250. 'sjaars. Het is ons bij onderzoek gebleken, dat bedoeld wei land indertijd in één koop met Rhijngeest is gekocht en dat de gestichten er sedert rente en aflossing van betaald hebben aan de gemeente. Desniettemin komt de pacht, die dit land opbrengt, jaarlijks onder de ontvangsten op de gemeentebe- grooting voor. Het zal, dunkt ons, bij Uw college wel geen bezwaar ontmoeten indien dit misverstand uit den weg wordt geruimd en deze ontvangstpost ad 250.— per 1 Januari 1916 van de gemeentebegrooting op de gestichtsbegrooting wordt overgebracht. Ten tweede het terrein der bevloeiingsvelden. üp een gedeelte van het land, kadastraal bekend Gemeente Oegstgeest Sectie E, no. 1697, zijn eenige jaren geleden door de gestichten be vloeiingsvelden aangelegd zonder dat de gemeente dienaan gaande behoorlijk is schadeloos gesteld. Het komt ons voor, dat de gestichten den ondergrond dier bevloeiingsvelden met eenig omliggend terrein voor uitbreiding, gezamenlijk ter grootte van 190 A. van de gemeente behooren te koopen tegen een prijs, die in verband met de indertijd door de gemeente betaalde koopsom op f 5030.kan worden bepaald en thans op f 5021.— ware te schatten. In de derde plaats wijzen wij er op, dat het terrein, kadastraal bekend gemeente Oegstgeest Sectie B, no. 949, ter grootte van 48.63 A en gelegen achter de school der Ned. Herv. Gemeente aldaar, reeds geruimen tijd door de gestichten als moes- en kweektuin wordt gebruikt, zonder dat daar tot nog toe huur voor wordt betaald aan de gemeente Leidenwier eigendom het is. Dit terrein werd door de gemeente aange kocht voor 3379.en het komt ons billijk voor de gestichts exploitatie voortaan te bezwaren met een post voor rente en aflossing van dit bedrag, waardoor dan het geacht kan wor den door de gestichten te zijn overgenomen. Naar aanleiding van het bovenstaande stellen wij U voor de in de tweede en derde plaats genoemde terreinen per 1 Januari 1916 tegen een gezamenlijk bedrag van 8400.—bij de gestichten over te schrijven, en dit bedrag aan de ge stichten te leenen tegen 4-| 'sjaars, af te lossen in 40jaren. Over het jaar 1916 zou dan de rente en aflossing der gestich ten met f 588.— worden verhoogd. Het gemiddelde bedrag is f 456.per jaar. Een soortgelijke regeling werd indertijd door ons voorge steld en door den Raad aanvaard ten aanzien van het terrein, waarop de verplegerswoningen zijn gebouwd, (zie Ing. St. no. 96 van 1913). Waar deze transactiën slechts van administratieve waarde zijn, is er naar onze meening geen bezwaar tegen alles te regelen met ingang van 1 Januari 1916, zoodat bij de con- cept-begrooting voor dat jaar van gestichten en gemeente met een en ander kan worden rekening gehouden. Wij hebben de eer Uw College beleef! te verzoeken tot de hierboven omschreven transacties wel Uwe medewerking te willen verleenen door: A. aan den Raad voor te stellen lo. de terreinen kadastraal bekend gemeente Oegstgeest Sectie B, no. 949 en Sectie E, no. 1697 (ged.) respectievelijk groot 48.63 A en 190 A, op bijgaande kaart in blauw aange geven, aan de gestichten af te staan, tegen eene waarde van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1915 | | pagina 7