139 gestort, noodig ter bestrijding van de kosten voor den volle- digen aanleg van de over te nemen terreingedeelten. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der Gemeente Leiden. ündergeteekenden T. Groeneveld en P. J. Bomli respectie velijk voorzitter en Secretaris van de Bouwvereeniging de Eendracht te Leiden, handelende in opdracht van bovenge noemde vereeniging, geven Uw geacht College te kennen, dat op heden het perceel bouwterrein, kadastraal bekend M 3297, benevens het stratenterrein kadastraal bekend No. 3379 (gedeeltelijk) in eigendom aan de vereeniging de Een dracht is overgegaan, dat zij Uw College verzoeken bovengenoemd stratenterrein door de Gemeente kosteloos in eigendom en onderhoud over- tenemen, zijnde dit stratenterrein bij hierbij over gelegde teekening nader aangegeven. 't Welk doende T. Groeneveld, Voorzitter. P. J. Bomli, Secretaris. Leiden 27 October 1914. N°. 250. Leiden, 13 November 1914. Door den Commandant der Brandweer is ons medegedeeld, dat handspuit No. 8 geheel versleten is en mitsdien in aan merking komt om als oud-materiaal te worden verkocht. Aanschaffing van eene nieuwe handspuit komt ons niet gewenscht voor, aangezien dergelijke handspuiten naar onze meening nu reeds niet meer in allen deele voldoen aan de eischen, die men aan modern brandbluschmateriaal stellen mag. Te zijner tijd kan worden overwogen, welke verbeterin gen te dezen aanzien zijn aan te brengen, doch voorloopig lijkt het ons 't meest aanbevelenswaard de wijk van hand spuit No. 8 te voegen bij de wijk van spuit No. 7. Deopper- brandmeester van spuit No. 8 is door ons College, na gepleegd overleg met het College van Opperbrandmeesters, overgeplaatst naar de stoomspuiten Nis 1 en 11, alwaar juist eene'vacature van opperbrandmeester was, terwijl het verdere kader en de spuitgasten naar spuit No. 7 of naar een der andere spuiten kunnen worden overgeplaatst. Ten slotte zal, tengevolge van het voegen van wijk 8 bij wijk 7, de opperbrandmeester van spuit No. 7 die functie ook in wijk 8 uitoefenen. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien thans in overweging tot den verkoop van handspuit No. 8 te besluiten. Door ons College zal dan, gelijk gezegd, wijk 8 voorloopig bij wijk 7 worden gevoegd en hetgeen verder noodig is worden verricht. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 251. Leiden, 13 November 1914. Bij raadsbesluit van 10 April 1913 (Ingek. Stukken no. 96) werd een bedrag van f 11875 ter beschikking van de Commissie van Beheer over de gestichten «Endegeest", «Voorgeest" en «Rhijngeest" gesteld ten behoeve van den bouw van een vier tal verplegerswoningen nabij «Endegeest". Deze geiden zijn echter eerst in den loop van dit jaar door de Commissie opgenomen en mitsdien is goedkeuring van een suppletoiren begrootingsstaat, dienst 1914, der gestichten nog noodig. En aangezien krachtens art. 41 van het Reglement op het beheer der gestichten (Gem. Blad no. 1 van 1911) de goed keuring van Uwe Vergadering op deze begrootingswijziging vereischt wordt, geven wij U alsnu in overweging aan de door de Commissie van Beheer ingediend suppletoire" begrooting, dienst 1914, groot in ontvang en uitgaaf ƒ11875, Uwe goed keuring te hechten. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 252. Leiden, 13 November 1914. Onder overlegging van nevensgaand verzoek van den heer H. J. van Zon, om eervol ontslag uit zijne betrekking van onderwijzer met verplichte hoofdakte aan de openbare lagere school der 3e klasse No. 8 alhier, en onder mededeeling, dat tegen inwilliging daarvan bij ons College geen bezwaar bestaat, geven wij U in overweging aan den heer H. J. van Zon, op zijn verzoek, met ingang van 1 Februari 1915 eervol ontslag te verleenen uit zijne hierbovengenoemde betrekking. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den WeledelAchtb. Raad der Gemeente Leiden. WeledelAchtb. Heeren! Ondergeteekende neemt de vrijheid, zich tot U te wenden met het beleefd verzoek, hem met ingang van 1 Februari a. s. eervol ontslag te willen verleenen uit zijn betrekking als onderwijzer met verplichte hoofdakte aan de Openb. Lag. School 3e klasse no. 8 alhier, wegens zijne benoeming tot onderwijzer te Arnhem. Met de meeste hoogachting UEdelachtb.'s Dw. H. J. van Zon. Leiden, 4 November 1914. N°. 253. Leiden, 13 November 1914. Wij hebben de eer Uwe Vergadering in overweging te geven gunstig te beschikken op bijgaand verzoek van den heer H. J. Zijlstra, om eervol ontslag uit zijne betrekking van hoofd der openbare lagere school 1° klasse voor jongens alhier en dat ontslag te doen ingaan op 1 Januari 1915. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 2 November 1914. Naar aanleiding zijner benoeming tot hoofd eener Openbare School voor M. U. L. O. te Arnhem, verzoekt ondergeteekende U beleefd, hem eervol ontslag te willen verleenen als hoofd der O. L. S. der 1° klasse voor Jongens. Het hoofd der Jongensschool ie hl. H. J. Zijlstra. Aan het Gemeentebestuur van Leiden. N°. 254. Leiden, 13 November 1914. Aangezien tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van den heer E. J. Blekkink bij ons College geen bezwaar bestaat, hebben wij de eer Uwe Vergadering in overweging te geven aan den heer E. J. Blekkink, op zijn verzoek, met ingang van 1 Januari 1915 eervol ontslag te verleenen als hoofd der openbare lagere school 3° klasse N°. 4 alhier. Het te dezer zake door den Districts-Schoolopziener uitge brachte advies is in de Leeskamer ter inzage nedergelegd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der gemeente Leiden. Edelachtbare Heeren! Bij dezen heb ik de eer U beleefd te verzoeken mij met ingang van 1 Januari 1915 eervol ontslag te willen verleenen uit mijn betrekking van hoofd der school 3° klasse N°. 4 in deze gemeente. Met de meeste hoogachting heb ik de eer te zijn UEds Dv. Dn. Leiden 31 Oct. 1914. E. J. Blekkink. GEDRUKT BIJ J. J. GROEN ZOON TE LEIDEN.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1914 | | pagina 35