116 DONDERDAG 27 AUGUSTUS 1914. hun statuten te veranderen en onverwijld met uitkeering te beginnen, zij de vraag te beantwoorden zouden krijgen, hoe zich a. s. winter, bijv. tegenover de nu onder de wapenen zijnde leden te verantwoorden, welke dan uitkeering eischen zullen, op grond van zes maanden contributie betaling, in verband met de statuten; dat zij, resumeerende. moeten constateeren lste. dat aan de inwilliging van het verzoek om subsidie geen principieële bezwaren zijn verbonden, en het alleen een kwestie is van hoe groot de Gemeentesteun aan de werkloozenkassen der vakvereenigingen in deze bijzondere omstandigheden zal zijn. 2de. dat het welbegrepen belang van de werkloozenzorg, zooals deze zich gedurende de laatste jaren ontwikkeld heeft, eischt, dat de vakarbeiders zich nu niet voor het feit zien geplaatst, hun vertrouwen in de werkloozenkas te moeten verliezen. 3de. dat sommige vakvereenigingen en om hun statuaire bepalingen en met het oog op den komenden winter, welke zich zeer waarschijnlijk zal kenmerken door veel werkloosheid en geen steuncomité, hun uitkeeringen niet kunnen doen. dat zij daarom vertrouwen, dat Uw Raad alsnog zal beslui ten of hun verzoek in te willigen öf het College van B. en W. uit te noodigen, zulke maatregelen te treffen, als in het welbegrepen belang der werkloozenverzekering is. dat zij tenslotte, met het oog op het praeadvies inzake schoolkindervoeding, zich daaromtrent wenschen te bepalen tot een opmerking, rakende het argument van het praeadvies, als zou ons verzoek voorbarig moeten worden genoemd. dat, als B. en W. zeggen, dat het onderwijs op de scholen nog niet is begonnen, en er dus geen sprake kan zijn van schoolkindervoeding, er ook, volgens hun meening, zonder scholen sprake mag zijn van schoolkinderen en dus van de voeding van schoolkinderen, en dat zij meenden, dat de Ge meente nu reeds, volgende het voetspoor van de gemeente Rotterdam, desnoods met gebruikmaking van de organisatie der vereeniging «Schoolkindervoeding", de taak had onver wijld met de voeding der schoolkinderen een aanvang te maken. 't welk doende enz. Jac Baart, voorzitter. P. J. Bomli, secretaris. Zal worden behandeld tegelijk met het eerste adres. De Voorzitter. Ik wenscb de heeren even mede te deelen, in verband met al deze adhaesiebetuigingendat Burge meester en Wethouders het in de laatste dagen zoo volban- dig hebben gehad, dat zij niet hebben kunnen nagaan, of al deze adhaesiebetuigingen wel in overeenstemming zijn met de Grondwet, nl. of zij slaan op onderwerpen die ter com petentie staan van de vereeniging, die adhaesie betuigt. Wij zijn dus nu maar niet aan het schiften gegaan, alleen toevallig hebben wij een paar adressen nagegaan en toen is ons gebleken, dat bij het zenden van die adhaesie- betuiging geen voorafgaande vergadering van de leden der vereeniging is gehouden, zoodat deze er niets van afweten en de zaak tot stand is gekomendoordat de President en Secretaris eenvoudig maar een stuk hebben geteekend en ingezonden. Het behoeft geen betoog, dat de waarde van eene dergelijke adhaesiebetuiging daardoor niet wordt verhoogd. Aan de orde is thans: I. Vaststelling van eene opgave van personen voor de be noeming van drie leden van het College van Zetters voor 's Rijks directe belastingen. (Zie Ing. St. No. 183.) De Voorzitter. Ik zou den heeren in overweging willen geven om bij deze verkiezing telkens 2 namen op een briefje te zetten dan behoeven wij niet zesmaal te stemmen. Mag ik den heeren Driessen, Pera, Sijtsma en Hoogenboom verzoeken het stembureau te willen uitmaken? De opgave wordt als volgt vastgesteld le vacature: 1°. Govert van Driel; 2°. Pieter Jacobus Verhoog; beide met algemeene (29) stemmen. 2e vacature 1°. Aldert Ruygrok 2°. Lienus Adriaan Werner; beide met 28 stemmen; één stem werd uitgebracht op de heeren van Ewijk en de Wilde. 3e vacature: 1°. Johan Pieter Jacob van Ewijk 2°. Roeland de Wilde; beide met algemeene (29) stemmen. De Voorzitter. Ik dank de heeren leden van het stem bureau voor de genomen moeite. II. Verzoek van H. Bolt om eervol ontslag als onderwijzer met verplichte hoofdakte aan de Jongensschool 2e klasse. (Zie Ing. St. No. 187.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. UI. Verzoek van A. de Poorte om eervol ontslag als opzich ter der Gemeentewerken. (Zie Ing. St. no. 182.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. IV. Suppletoire begrooting, dienst 1913, van de gestichten «Endegeest", «Voorgeest" en «Rhijngeest". (Zie Ing. St. No. 197.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. V. Balans en Winst- en Verliesrekening, dienst 1913, van de gestichten «Endegeest", «Voorgeest" en «Rhijngeest". (Zie Ing. St. n°. 19k) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. (De Burgemeester en de heeren van der Eist, Hoogenboom en Bots hadden tijdens de behandeling van dit punt tijdelijk de vergadering verlaten, terwijl de heer van Hamel het voorzitterschap waarnam.) VI. Balans en Winst- en Verliesrekening, dienst 1913, van de Stedelijke Gasfabriek. (Zie Ing. St. n°. 178.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. (De Burgemeester en de heeren Korevaar en Fokker hadden tijdens de behandeling van dit punt tijdelijk de vergadering verlaten, terwijl de heer van Hamel het voorzitterschap waarnam.) VII. Balans en Winst- en Verliesrekening, dienst 1913, van de Stedelijke Electriciteitsfabriek en de Electrische Tijdaan wijzing. (Zie Ing. St. n°. 178.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. (De Burgemeester en de heeren Korevaar en Fokker hadden tijdens de behandeling van dit punt tijdelijk de vergadering verlaten, terwijl de heer van Hamel het voorzitterschap waarnam.) VIII. Verzoek van de Leidsche Duinwater-Maatschappij om goedkeuring van een plan voor het opstellen van een nieuwe hoogdrukpompmachine in hare werken te Katwijk aan den Rijn. (Zie Ing. St. No. 180.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. IX. Voorstel tot overbrenging van het dienstjaar 1913 op dat van 1914 van de benoodigde gelden voor de voldoening van eenige onbetaald gebleven vorderingen en tot voldoening van gelden uit den post «Onvoorziene Uitgaven" voor 1914. (Zie Ing. St. No. 185). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. X. Voorstel tot wijziging der begrooting, dienst 1914, in verband met de betaling der jaarlijksche bijdrage aan het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1914 | | pagina 4