DONDERDAG 30 JULI 1914. 101 X. Voorstel om aan de afd. Leiden van den Volksbond tegen Drankmisbruik eenige lokalen van het St. Elisabethshof in plaats van in het Caecilia-Gasthuis ten gebruike af te staan. (Zie Ing. St. No. 164). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. XI. Verordening, houdende wijziging der verordening van 14 April 1904 (Gem. Blad No. 11), regelende de benoeming en den werkkring van de Commissie voor het Stedelijk Mu seum »de Lakenhal". (Zie Ing. St. No. 163). Algemeene beschouwingen worden niet gevoerd. Het eenig artikel en daarmede de geheele verordening wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. XII. Verordening, houdende wijziging der verordening van 14 April 1904 (Gem. Blad No. 12), regelende de benoeming en de werkzaamheden van den Conservator van het Stedelijk Museum »de Lakenhal". (Zie Ing. St. No. 163). Algemeene beschouwingen worden niet gevoerd. Het eenig artikel en daarmede de geheele verordening wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. (De heer Briët komt ter vergadering). XIII. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 14 April 1904 (Gem: Blad No 13), regelende de benoeming en de werkzaamheden van den concierge van het Stedelijk Museum »de Lakenhal". (Zie Ing. St. No. 163). Algemeene beschouwingen worden niet gevoerd. De artikelen 1 en 2 en daarna de geheele verordening worden achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. XIV. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 14 April 1904 (Gem. Blad No. 14), regelende de voorwaarden voor het bezoek van het Stedelijk Museum. (Zie Ing. St. no. 163). Algemeene beschouwingen worden niet gevoerd. Beraadslaging over art. 1 luidende: Art. 1 van bovengenoemde verordening wordt gelezen als volgt »Het museum is geopend op alle werkdagen in de maanden Januari, Februari, November en December van 10 tot 3 uren, op alle werkdagen in de maanden Maart, April, Mei en Oc tober van 10 tot 4 uren en op alle werkdagen in de maanden Juni, Juli, Augustus en September van 10 tot 5 uien. Op alle Zondagen, de tweede Paasch- en Pinksterdagen, den Hemelvaartsdag, de beide Kerstdagen en den derden October is het museum geopend van '12.30 tot het sluitings uur voor de werkdagen bepaald." De heer Botermans. M. d. V. Zou het niet wenschelijk zijn het Museum op 3 October open te stellen om 10 uur, want tusschen 10 uur en 12.30 is er in de stad toch niet veel te doen; de menschen kunnen dan het museum bezoeken. De heer van der Lip. Tot dusverre is de 3 Octoberdag altijd gelijkgesteld met een Zondag en ik zie geen reden om hierin verandering te brengen. De zaak blijft dus geheel, zooals zij geweest is. De heer Botermans. Dank U. De beraadslaging wordt gesloten. Art. 1 wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De artikelen 2 en 3 worden zonder beraadslaging of hoofde lijke stemming aangenomen. Eveneens daarop de geheele verordeiung zonder hoofdelijke stemming. XV. Verordening houdende wijziging van de veroidening van 14 April 19Ü4 (Gem. Blad No. 15), regelende de helfing van gelden voor het bezichtigen van het Stedelijk Museum »de Lakenhal" te Leiden. (Zie Ing. St. No. 163). Algemeene beschouwingen worden niet gevoerd. Het eenig artikel en daarmede de geheele verordening wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aange nomen. XVI. Voorstel tot wijziging van het Algemeen Leerplan voor de Openbare Herhalingsscholen. (Zie Ing. St. no. 160). De Voorzitter. Ik breng ter kennis van de leden, dat Burgemeester en Wethouders hun voorstel nog eenigszins gewijzigd hebben, zoodat thans sub 6 in plaats van: »de avond van den 3en October of van den dag, waarop Leiden's ontzet wordt gevierd" gelezen wordt: »de dag, waarop Lei den's ontzet wordt gevierd". uit is hierom, omdat op de herhalingsschool voor meisjes de kookcursus valt in de ochtenduren en het gewoonte is om den geheelen 3-Octoberdag geen onderwijs te geven. Het lijkt mij beter om dit in het besluit op te nemen. Anders moet er iedere keer om vacantie verzocht worden. Daarom is het beter om den geheelen dag vrij te geven. Wij kunnen dus volstaan met te noemen den dag, waarop Leiden's ontzet wordt gevierd. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het aldus gewijzigd praeadvies besloten. XVII. Voorstel tot opnieuw vaststelling van de verordening, regelende de heffing van belastingen voor het gebruik van het Openbaar Slachthuis te Leiden. (Zie Ing. St. no. 170). Algemeene beschouwingen worden niet gevoerd. De artikelen 1 tot en met 3 en daarna de geheele veror dening worden achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. XVIII. Verzoek van de afd. Leiden van den Ned. Bond voor Lichamelijke Opvoeding om het speelterrein aan den Zoeterwoudschen Singel niet meer af te staan ten behoeve van paardenspellen, concours hippiques, enz. en dat terrein in orde te doen brengen. (Zie Ing. St. no. 168). De beraadslaging wordt geopend. De heer van der Elst. Naar aanleiding van deze voordracht een paar opmerkingen. Burgemeester en Wethouders en de Raad hebben in deze zaak altijd weer, wat zij met de eene hand hadden gegeven met de andere hand teruggenomen. De Raad heeft indertijd goedgekeurd, dat er een speelterrein zou worden gemaakt en heeft daardoor de sport aangemoedigd. Aan den anderen kant zijn er echter weer drukkende voor waarden gesteld, die belemmerend hebben gewerkt op de exploitatie en het gevolg is geweest, dat de sport zich niet heeft kunnen ontplooien, gelijk dat anders had kunnen ge beuren. De vereenigingen, die van het terrein gebruik maken zitten nu op een schopstoel. Burgemeester en Wethouders hebben gemeend buitendien van dat terrein wel eenig voordeel te kunnen trekken, maar in den korten tijd dat het voor circussen enz. is aangewezen, zijn die voordeelen toch zeer gering ge weest. En bovendien is nog het gevolg geweest van dit systeem, dat het terrein door het circus dat er op geplaatst is, althans voor een deel, is bedorven. Het blijkt uit den brief van 13 December 1913 van den Directeur van Gemeentewerken, dat ook de verharde rijweg door de zware wagens zwaar is be schadigd en bovendien is het terrein door al de gaten en kuilen die er in voorkomen, ook bedorven. De Directeur erkent echter ook, dat het sportterrein niet kan worden gemist, omdat het voldoet aan een werkelijke behoefte. Hij adviseert echter om geen spelen meer op het terrein toe te laten van 1 Mei tot 15 September, omdat hij meent dat door het voort durend bespelen het niet goed in orde kan komen. Dat wil dus eigenlijk zeggen, dat het geheele terrein wel voor allerlei spelen kan worden gesloten, terwijl het volgende jaar het ook niet meer gebruikt kan wordenten gevolge van de lustrumfeesten, en niet alleen gedurende den tijd der mas kerade, maar een geruimen tijd daarvoor ook niet van wege de voorbereidingen voor het plaatsen der gebouwen, en ge- ruimen tijd daai na ook niet ten gevolge van het sloopingswerk. Nu meent de Commissie van Fabricage, die zich wel kan ver eenigen met het voorstel om het terrein goed in orde te maken, dat ten gevolge daarvan het later meer huur zal opbrengen. Maar uit hetgeen is geschied, blijkt wel, dat telkens door verhuur van het terrein aan allerlei ondernemingen het opnieuw zal worden bedorven. Dat er dus later zooveel meer huur voor het terrein zal worden gegeven, zal m.i. een denkbeeldig iets blijven. Ik geloof, dat wij hier moeten krijgen een flink, groot sportterrein, evenals op andere plaatsen, en dat dit terrein dan zal moeten worden gereserveerd voor park of voor kleine spelen. De gemeente heeft nu terrein genoeg. Leiden moet kunnen beschikken over een groot terrein, waarop de groote vereenigingen hun vleugels kunnen uitslaan en waardoor aan

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1914 | | pagina 3