Aug. L. Reimeringer.
Ill
weglijn van Nieuwveen naar het Papenveer in de Gemeente
Ter Aar.
Deze lijn, waarvan de richting die op de hierbijgaande
kaart met groene kleur is aangegeven door den Raad van
Toezicht op de Spoorwegdiensten werd goedgekeurd, zal ruim
2000 Meter lang worden en ongeveer 215.000.kosten.
Van den aanvang af hebben wij ons gesteld op het stand
punt dat onze Maatschappij in de aanlegkosten der lijn Nieuw
veenTer Aar niet kan deelen. Belanghebbenden hebben zich
daarbij nedergelegd en reeds zijn door de Provincie Zuid-
Holland en de Gemeente Ter Aar bedragen, onderscheidenlijk
groot 69.000.en 60.000.voor de nieuwe lijn toege
zegd. Aan den Minister van Waterstaat is door ons verzocht
de beschikbaarstelling van het ontbrekende gedeelte of
86.000.als Rijks voorschot te willen bevorderen. Eindelijk
heeft de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij zich be
reid verklaard de lijn NieuwveenTer Aar te exploiteeren
voor personen- en goederenverkeer, volgens de voorwaarden
van het ontwerp-exploitatiecontract.
Wij meenen te mogen aannemen, dat de verbinding van
een belangrijk tuinbouwcentrum als Ter Aar aan ons spoor
wegnet een gunstigen invloed op de uitkomsten der exploitatie
zal hebben en dus zoowel voor onze Maatschappij als voor
onze subsidiegevers voordeelig kan worden genoemd.
Het is daarom dat wij Uw College voorstellen deze lijn
indien zij tot stand komt te beschouwen als eene uit
breiding van ons spoorwegnet, waarvoor geen afzonderlijke
boekhouding behoeft te worden gevoerd.
In verband met onze onderhandelingen betreffende deze
zaak met de Regeering, zou het ons zeer aangenaam zijn
eenigszins spoedig te mogen vernemen of Uw College bereid
is in dezen zin een voorstel aan den Gemeenteraad te doen.
Hollandsche-Electrische Spoorweg-Maatschappij.
De Directie,
J. W. Th. van Oven.
Aan Burgemeester en Wethouders van Leiden.
Leiden, 21 Februari 1914.
Onder terugzending van het schrijven van de Holl. Electr.
Spoorweg-Mij. dd. 31 Jan. 1914 No. 42/55 L» R. en daarbij
behoorende kaart hebben wij de eer U mede te deelen, dat
onze Commissie niet eenstemmig is in het uit te brengen advies.
De meerderheid meent dat in de in bovenaangehaald schrijven
voorgestelde uitbreiding, geen direct Leidsch belang is te zien,
eer een belang voor Amsterdam. Van Ter Aar uit zal het
verkeer wel naar Amsterdam gaan, niet over Hoofddorp naar
Leiden. In verband hiermede moet dus met voldoende zeker
heid kunnen worden verwacht, dat de exploitatie dezer nieuwe
aansluiting geen, althans geen belangrijk, verlies zal opleveren.
Aanmerkelijk verlies op nieuwe uitbreidingen zal Leiden toch
des te zekerder noodzaken het maximum der toegestane sub
sidie uit te keeren.
Mag daarentegen worden verwacht dat de exploitatiekosten
ongeveer zullen worden gedekt, dan acht zij het in het belang
van het geheel, dat de voorgestelde verbinding tot stand komt,
en heeft zij geen bezwaar tegen de door de Holl. Electr. Spoor
weg Mij, in de voorlaatste alinea van haar schrijven, bedoelde
regeling.
De minderheid onzer Commissie stelt er prijs op te ver
klaren, dat, ongeacht de finantieele uitkomsten, de thans voor
gestelde uitbreiding van het complex in het belang is van
het geheel, en daardoor ook in het belang van alle aange
sloten gemeenten zij adviseert daarom deze zaak krachtig te
bevorderen.
De Commissie van Financiën,
J. Bosch.
C. W. van der Pot Bzn.
Aan Burgemeester en Wethouders van Leiden.
N9. 185.
Leiden, 14 Augustus 1914.
Bij het sluiten van het dienstjaar 1913 op 30 Juni j. I.
zijn op de onderstaande begrootirigsposten de daarbij ver
melde bedragen onbetaald gebleven, hetzij doordien over de
vorderingen nog niet kon worden beschikt, hetzij omdat de
werken, waarop die posten betrekking hebben, nog niet waren
afgeloopen.
Opdat met de geregelde afdoening dier vorderingen kunne
worden voortgegaan, moeten deze, ingevolge de administra
tieve voorschriften, worden overgebracht ten laste van den
dienst 1914.
De bedoelde begrootingsposten zijn
1°. Volgn. 86. Bijdrage der gemeente in de
kosten van uitgifte van een adresboek der ge
meente Leidenf 200.
(Ten einde zoo noodig over dit bedrag te
kunnen beschikken, wordt overbrenging op den
dienst 1914 voorgesteld.)
2°. Volgn. 115. Rentegarantie verleend aan de
Vereeniging tot bevordering van den bouw van
werkmanswoningen2371.46®
(Het door de gemeente verschuldigde volgens
de rekening over 1913).
3°. Volgn. 119. Kosten van keuring van de
overige levensmiddelen9.17
(Het overschot van het in 1913 voor de uit
breiding van den keuringsdienst toegestane be
drag).
4°. Volgn. 140. Uitgaven voor de Bank van
Leening1958.02®
(Het door de gemeente uit te keeren nadeelig
slot der exploitatie over 1913).
5°. Volgn. 198. Subsidie aan de Holl. Elec-
trische Spoorweg Mij voor den aanleg en de
uitrusting van een net van spoorwegen in de
Haarlemmermeer en hare omgeving2000.
(Het over 1913 onbetaald gebleven gedeelte
van het subsidie).
6°. Volgn. 207. Renten van geldleeningen 416.75
(Nog niet ter betaling aangeboden coupons
over 1913 in de geldleeningen dezer gemeente).
7e. Volgn. 208. Aflossing van geldleeningen. 2000.
(T wee in 1913 uitgelote obligatiën van geld
leeningen dezer gemeente zijn nog niet ter inwis
seling aangeboden).
8°. Volgn. 229. Kosten van de vernieuwing der
Driegatenbrug in den Zijldijk8717.69
(Voor de vernieuwing van de brug is een be
drag van 8800.toegestaan. In 1913 is ƒ82.31
uitgegeven.)
9°. Volgn. 233. Kosten van den bouwde op
stelling enz. van de vuilverbrandingsinstallatie
en van verdere werken ten behoeve van den reini
gingsdienst 54501.61
(De tot dusver onbetaald gebleven gelden voor
deze werken toegestaan.)
10°. Volgn. 240. Uitkeering aan de Commissie
van Beheer over de gestichten Endegeest- Voorgeest-
Rhijngeest ten behoeve van den bouw van een viertal
verplegerswoningen11875.
(Over dit bedrag werd nog niet beschikt).
11°. Volgn. 244. Kosten van de op- en inrichting
van eene nieuwe Hoogere Burgerschool voor Jongens 222386.49
(Van de op ƒ245000.geraamde kosten is in
1913 een bedrag van 22613.51 uitgegeven.)
12°. Volgn. 247. Kosten van de verbouwing en de
inrichting van lokalen in het Caeciliagasthuis, in
verband met de oprichting van een twee-klassige
school voor zivalczinnige leerlingen1655.43®
(Van het toegestaan bedrag van ƒ5800.— is nog
ƒ1133.65 beschikbaar. Hiervan moet o. a. de laatste
betalingstermijn voor het inrichten van het Caecilia
gasthuis tot school voor zwakzinnigen worden be
taald. Wij stellen U echter voor het op den dienst
1914 over te brengen bedrag, dat uit geldleening
moet worden gevonden, met 521.78® te ver-
hoogen en vast te stellen op 1655.43®. De voor
de op- en inrichting toegestane gelden zijn toch
ontoereikend gebleken om de uitgaven te dekken.)
13°. Volgn. 250. Kosten van de uitbreiding der
koelinrichting en van de ijsfabriek van het Openbaar
Slachthuis
(Van de op 1913 overgebrachte kosten ad
20804.20 is in dat jaar 9532.07 betaald.)
14°. Volgn. 256. Kosten van stratenaanleg op
het Raamland aan den Hoogen Rijndijkmet bij
komende werken
(Op dit volgn. is in 1913 nog niets-betaald.)
15°. Volgn. 257. Uitkeering aan de Commissie
van Beheer over de gestichten Endegeest, Voor-
geest en Rhijngeestten behoeve van de op- en
inrichting van een nieuw vast paviljoen voor 48
patiënten van het krankzinnigengesticht y>Ende-
geest70000.
(Over dit bedrag is nog niet beschikt.)
Tevens stellen wij U voor het nadeelig slot der
buitengewone ontvangsten en uitgaven van het
dienstjaar 1913, blijkens de rekening bedragende
1116219.96 over te brengen ten laste van den
dienst 1914
De overbrengingen bedragen te zamen
11272.13
70000.-
1116219.96
1575583.72®