198
DONDERDAG 30
OCTOBER 1913.
De heer Briët. M. d. V. Het kan waar zijn, dat Burge
meester en Wethouders hoog staan, waar het armenverzor
ging betreftin het algemeen staat de armenverzorging in
Leiden niet hoog. Ik wil hier dit mede zeggen, dat de wijze
van armenverzorging van Burgemeester en Wethouders op
zich zelf misschien beter is, dan van vele armenverzorgingen,
maar zij is niet in overeenstemming met de eischen van de
nieuwe Armenwet.
De heer Vergouwen. M. d. V. Iets in het debat heeft mij
getroffen. Er wordt uitgegaan van de Armenwet, die pas in
werking is getreden om den toestand hier te beoordeelen.
Daarvan uitgaande zegt men: men moet komen tot de instel
ling van een burgerlijk armbestuur. Maar ik acht, dat men
eerst den toestand der armenverzorging in onze gemeente
moet beoordeelen. Is die niet goed, dan moet daar verbetering in
worden gebracht. In het algemeen is de regeling der armen
verzorging door Burgemeester en Wethouders niet aange
vallen. In theorie is er gepleit voor een burgerlijk armbe
stuur. Dit punt moet niet incidenteel behandeld worden, maar
moet eerst aan nadère studie onderworpen worden, alvorens
men concludeert, dat de regeling van Burgemeester en Wet
houders verbetering behoeft. Voor dat dit is gedaan moet
men in den bestaanden toestand geene verandering brengen.
Ik ben er van overtuigd, dat de bestaande regeling voor
Leiden op het oogenblik voldoende is, al ondervinden Burge
meester en Wethouders er ook den last van. Wie meent, dat
de armen hier niet voldoende worden ondersteund, moet met
een bepaald voorstel komen. Ik zou aarzelen om mijne stem
te geven aan een voorstel, om in te stellen een burgerlijk
armbestuur om de kosten, die er aan zijn verbonden, en om
dat ik niet zeker ben, dat dan de armen beter zullen verzorgd
woiden. Gaat men dien weg op, dan weet men wel, waar men
begint, maar niet, waar men eindigt.
De Voorzitter. Ik zie ook niet in, dat wanneer er nu een
burgerlijk armbestuur komt, dit op het oogenblik een betere
armenverzorging ten gevolge zal hebben en het zal aan de
gemeente een massa geld kosten.
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgnr. '186 wordt daarna zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
De volgnrs. 187 en 188 worden achtereenvolgens zonder
beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
De Voorzitter. Bij volgnr. 189 komt tevens aan de orde
de begrooting van de Stedelijke Werkinrichting.
Deze begrooting wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke
stemming goedgekeurd.
Volgnr. 189 alsmede de volgnrs. 190 tot en met 195 worden
daarna achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke
stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 196, luidende: i>Kosten der
Kamer van Koophandel en Fabrieken f 650.
De Voorzitter. Hierbij komt tevens aan de orde de be-
grooting van de Kamer van Koophandel en Fabrieken.
De heer Vergouwen. Ik wensch een zeer kort woord te
zeggen naar aanleiding van den 'zeer langen brief van de
Kamer van Koophandel en Fabrieken, in verband met de
vraag in de secties gedaan of het. verslag niet wat uitge
breider zou kunnen worden gemaakt.
M. d. V., U is zelf in de sectie tegenwoordig geweest, u
weet, dat ik de vraag daar door mij gedaan, niet als een
protest tegen de tegenwoordige inrichting van het verslag
heb ingediend, doch dat ik eenvoudig heb gevraagd, of het
verslag van de Kamer niet wat vollediger kon zijn. Het was
dus een vraag gedaan uit belangstelling voor handel en nij
verheid, en daarom kan ik mij niet begrijpen, dat op die
vraag een antwoord is gekomen in den vorm, zooals dit door
de Kamer is gegeven, die zich op zulk een hoog standpunt
stelt. Ik meen, dat waar uit den boezem dezer vergadering
een dergelijke belangstellende vraag wordt gedaan, het ant
woord ook wel in een anderen geest kon zijn gegeven.
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgnr. 196 wordt daarna zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
De volgnrs. 197 tot en met 211 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Volgnr. 212, verhoogd met f210.volgnr. 213, volgnr. 214
verhoogd met f 36300.alsmede de volgnrs. 215 tot en met
223, hèt nieuwe volgnr. 223a en volgnr. 224, worden achter
eenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
Volgnr. 225 wordt aangehouden.
Volgnr. 226, verhoogd met f 270.—, alsmede de volgnrs.
227 tot en met 229 worden achtereenvolgens zonder beraad
slaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
De Voorzitter. Thans komen in behandeling de Inkomsten.
Volgnr. 1 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 2, luidende: y>Huur van huizen
en andere gebouwenf 28435.29.
De heer Zwiers. M. a. V. In de vorige raadsvergadering
hebben wij goedgekeurd een voorstel tot verhuring van een
pand vroeger in gebruik bij de Bank van Leening voor ƒ325.
per jaar. Het is toen gebleken, dat voor dat huis met den
besten wil geen meer huur te maken was dan f 250.
Nu was mijr. vraag of Burgemeester en Wethouders zouden
willen overwegen of er misschien meer panden van de Bank
van Leening in het geval verkeeren, dat de huren naar den
gewonen prijs berekend, werkelijk te hoog zijn. Een van de
Commissarissen met wien ik over dit punt enkele woorden
wisselde, was met mij van meening, dat sommige panden
inderdaad voor een te hoogen prijs in rekening waren ge
bracht, omdat alle kosten van aankoop en verbouwing met
de'rente als huurwaarde in rekening worden gebracht.
De Voorzitter. Ik kan hierop antwoorden, dat naar mijn
meening de huurwaarde zooals die aan de bedrijven in reke
ning wordt gebracht, hier absoluut niet in aanmerking komt.
Wanneer de Bank van Leening eens werd afgeschaft, en het
gebouw dan ƒ200.minder huur opbracht, dan de gemeente
thans in rekening brengt, zou men volstrekt nog niet
mogen zeggen, dat dit voor de gemeente een nadeel was van
200.Hetzelfde zou men kunnen hebben bij Endegeest.
Üok daar zou men voor sommige gebouwen een huurprijs
kunnen bepalen. Eene commerciëele boekhouding vereischt
een dergelijke waardebepaling en dit dient dan slechts om
precies te weten, hoeveel het bedrijf nu eigenlijk zuiver op
levert. Het hindert echter niet veel, hoe hoog de huurwaarde
wordt gesteld, want het is toch maar fictief. Dat het huis
aan het Utrechtsche Veer minder huur opbrengen zal, nu het
aan particulieren wordt verhuurd, is best mogelijk, maar dat
is daarom nog geen bewijs, dat de Bank van Leening er te
veel voor betaalde. Misschien zijn er ook wel vele bezoekers
achter gebleven.
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgn. 2 wordt daarna, verminderd met 425.zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
De volgnrs. 3 tot en met 14 worden achtereenvolgens zon
der beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 15, luidende: Heffing voor het
gebruik van openbare gronden en wateren. 5100.
De heer Botermans. M. d. V. Onder letter c lees ik »voor
het plaatsen van steigers en het leggen van bouwmaterialen
op gemeentegrond 257.50". Die post valt mij erg tegen. Ik
spreek hier uit ondervinding. Voor een steiger wordt betaald
50 cent per week. Hiervoor moeten 4 gaten worden gemaakt,
en later weer dicht gemaakt. Dit kost meer dan het opbrengt.
Ik zou in overweging willen geven den prijs te verhoogen en
de verordening in deze te herzien.
De Voorzitter. Ik 'dank den heer Botermans voor zijn
opmerking, waarvan wij zeker gebruik zullen maken.
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgnr. 15 wordt daarna zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
De volgnrs. 16 tot en met 18 worden achtereenvolgens zon
der beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Volgnr. 19, verhoogd met 5100.alsmede de volgnrs.
20 tot en met 23 worden achtereenvolgens zonder beraad
slaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 24, luidende: Schoolgel
den f 73892.-"
De heer Vergouwen. Hetzelfde wat ik heb opgemerkt om
trent de standenscholen wil ik hier even opmerken ten aan
zien van de evenredige schoolgeldheffing. Ik zal er nu niet
veel over spreken, omdat wij tqch het advies ontvangen van
de Plaatselijke Schoolcommissia^maar ik zou Burgemeester
en Wethouders wel in overweg»sfcvillen geven, om niet alleen
in te winnen het advies van S Plaatselijke Schoolcommissie,
maar ook het advies van de besturen der gemeenten, waar de