114
DONDERDAG
10 JULI 1913.
II. Benoeming van een tijdelijke leerares in de geschiedenis
en aardrijkskunde aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes.
(7.ie lng. St. No. 185.)
Wordt benoemd met 24 stemmen Mej. M. Immink; 1 stem
werd uitgebracht op A. Immink, 1 stem op Mej. Ligtenberg
terwijl 1 stem van onwaarde was.
De Voorzitter. Door Burg. en Weth. wordt voorgesteld de be
zoldiging van Mej. Immink te berekenen naar ƒ1000 per jaar.
Verlangt hierover iemand het woord Of hoofdelijke stem
ming? Zoo niet, dan is daartoe besloten.
III. Benoeming van een leeraar iri het rekenen aan deafd.
B der Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen.
(Zie lng. St. No. 192.)
Wordt benoemd met 18 stemmen de heer A. A. Caljé
9 stemmen werden uitgebracht op den heer J. Broeze.
IV. Benoeming van een onderwijzer met verplichte hoofd
akte aan de Jongensschool le klasse.
(Zie lng. St. No. 186.)
Wordt benoemd met 24 stemmen de heer D. de Jong;
3 stemmen werden uitgebracht op den heer G. H. Nuesink.
De Voorzitter. Ik dank de heeren stemopnemers voor de
genomen moeite.
V. Verzoek van de Leidsche Gymnastiek-vereeniging »Donar",
in zake het gebruik van het gymnastieklokaal aan de Pieters
kerkgracht.
(Zie lng. St. No. 191.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het praeadvies van Burg. en Weth. besloten.
VI. Verzoeken van W. Hulsebosch en C. van Graven ter
bekoming in eigendom van een 2 tal bermstrooken langs den
Haarlemmertrekvaai'tweg onder Noord wij kerhout.
(Zie lng. St. No. 190.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het praeadvies van Burg. en Weth. besloten.
VII. Verzoek van het Comité ter voorbereiding en uitvoering
van »Plan 1913", om een garantie van ƒ3500.in de kosten
der feestviering.
(Zie lng. St. No. 189.)'
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Sijtsma. M. d. V. Ik zou aan Burgemeester en
Wethouders een vraag willen stellen.
De begrooting, welke het Comité heeft opgemaakt, schijnt
Burgemeester en .Wethouders nogal te zijn medegevallen,
maar ik zou willen vragen, waarom die begrooting niet in de
Leeskamer is neergelegd ter inzage voor ons. Ware dat wel
geschied, dan hadden wij er ook over kunnen oordeelen. Wij
hebben indertijd voor dit doel ƒ2000.uitgetrokken; de
gemeente stelt zich dus voor iets te doen, en dat vind ik zeer
goed, maar, waar de begrooting reeds ruim was genomen,
zoodat Burgemeester en Wethouders een som van 2500.—
voldoende achtten, ware het wenschelijk geweest aan den
Raad de begrooting over te leggen. Wellicht zouden wij dan
tot de conclusie zijn gekomen, dat ook met 2000.wel
volstaan kon worden.
De Voorzitter. Als eenige reden, waarom de begrooting
niet ter inzage voor de leden is neergelegd, kan ik opgeven,
dat zij aan Burgemeester en Wethouders vertrouwelijk is
medegedeeld, met verzoek haar nog niet te publiceeren.
De heer Sijtsma. M. d. V. Als een stuk ter Leeskamer
ligt, wordt het als vertrouwelijk beschouwd en dus niet ge
publiceerd. Bovendien hadden Burgemeester en Wethouders
nog kunnen mededeelen, dat het alleen voor de leden bestemd
was. Wij moeten afgaan op het oordeel van Burgemeester en
Wethouders, dat die som van 2500.voldoende is en ook
niet meer dan voldoende, maar als wij kennis hadden kunnen
nemen van de begrooting, hadden wij wellicht een anderen
kijk op de zaak gehad. Wij zijn toch degenen, die ten slotte
moeten beslissen en daartoe zouden wij dan beter in staat zijn
geweest, terwijl wij nu maar ins Blauen hinein een oordeel vellen.
De Voorzitter. Indien wij hadden voorgesteld een hooger
bedrag te garandeeren, dan gevraagd werd, zou ik iets voor het
bezwaar van den heer Sijtsma gevoelen, maar thans, nu wij 1000
beneden de gevraagde ƒ3500 zijn gebleven gevoel ik niet veel voor
zijn bezwaar. Het Comité heeft met een bepaalde bedoeling de
begrooting als vertrouwelijk overgelegd; de plannen'stonden
nog niet vast en daarom had het Comité bezwaar tegen het
publiceeren der cijfers. De begrooting kwam aan Burgemeester
en Wethouders wat ruim genomen voor en het is om die
reden, dat zij het eenmaal uitgetrokken bedrag van 2000
slechts met ƒ500 hebben verhoogd. Daardoor behoeft er echter
geen verandering in onze begrooting te worden gebracht, om
dat er slechts van een garantie sprake is.
De heer Fokker. M. d. V. Ik zou aan den Raad in over
weging willen geven om dit voorstel van Burgemeester en
Wethouders aan te houden, totdat de begrooting van het
Comité aan den Raad is overgelegd. Ik zou gaarne weten
waaraan het geld besteed wordt; er wordt gezegdvoor feest
viering in November, maar wat voor feest zal men bij het
koude weer in November vieren? Ik vind bovendien de toe
lichting voor een zoo hoog bedrag zoo sober, dat ik mij tegen
over de belastingbetalende burgerij niet verantwoord zou
achten, indien ik zonder een nadere toelichting aan dit voor
stel mijn stem gaf, vooral waar 500.meer wordt gegeven
dan de Raad indertijd heeft uitgetrokken.
M. d. V. Gij schudt ontkennend met het hoofd, maar Burge
meester en Wethouders stellen voor ƒ2500.— toe te staan,
dus ƒ500.meer dan vroeger is uitgetrokken: immers dat
bedrag wordt gegarandeerd. Ik kan dus aan deze voordracht
mijn stem niet geven en stel voor haar aan te houden, totdat
de Raad kennis zal hebben genomen van de begrooting van
het Comité wellicht onder geheimhouding, want als het
stuk vertrouwelijk aan Burgemeester en Wethouders is over
gelegd kan dat natuurlijk ook voor den Raad gelden, opdat
wij kunnen weten waarvoor de gelden zullen worden besteed.
Neemt de Raad mijn voorstel niet aan, dan zal ik aan
deze voordracht van Burgemeester en Wethouders mijn stem
niet kunnen geven.
De Voorzitter. Wij trekken niet ƒ2500 uit op de gemeente-
begrooting, maar stellen op verzoek van het Comité voor slechts
eer: garantie van dat bedrag te verleenen. De heer Fokkèr heeft,
als ik mij goed herinner, indertijd zelf zitting gehad in een derge
lijke feestcommissie en toen is er met zijn volle instemming een
garantie van ƒ4000 verleend. De Raad heeft reeds 2000 uitge
trokken op de begrooting om een bijdrage te verleenen in
de kosten van de onafhankelijksfeesten, later heeft zich een
Comité gevormd en nu strekt het voorstel van Burgemeester
en Wethouders om het verzoek van dat Comité inzooverrein
te willigen, dat wij 2500 zullen garandeeren, dus in bet
uiterste geval 500 meer dan de reeds uitgetrokken 2000.
Zooals ik reeds zeide kunnen wij de begrooting van het Comité
niet publiceeren, omdat deze slechts een schema van de uitgaven
is en de definitief te ramen cijfers nog niet zijn vastgesteld. De
toelichting vindt men gi ootendeels in de door het Comité gepu
bliceerde bescheiden betreffende zijn plannen. Ik moet echter deze
opmerking maken, dat, toen de Hollandsche Maatschappij van
Landbouw een garantie vroeg, de heer Fokker niet om overlegging
van eene begrooting heeft verzocht. De garantie van ƒ4000 is toen
zeer vlot eri met nog minder toelichting toegestaan, want men
achtte het in het belang van de gemeente dat geld niet te weigeren.
Ik meen, dat de heer Fokker een van de eersten was om
daaraan zijn stem te geven, hoewel het verzoek veel minder
gemotiveerd was dan dit.
Naderhand moet het Comité natuurlijk komen met een
rekening, desnoods als de Raad het wenscht met een defi
nitieve begrooting, thans hebben de heeren slechts een soort
van schema opgemaakt en gezegd: wij meenen noodig te
hebben van de gemeente een bedrag van 3500. Daarop heb
ben wij eens nagegaan wat de gemeente Haarlem heeft ge
geven, want ik ben het geheel eens met den heer Fokker, dat
wij de zuinigheid moeten betrachten. Misschien ook dat in
Haarlem meer door particulieren is gegeven, omdat daar meer
gegoede ingezetenen zijn dan hier. Waar het Comité echter zeer
veel moeite heeft gedaan, zoodat er door particulieren een flink
bedrag is bijeengebracht, vind ik het geen verkwisten van
gemeentegeld, wanneer wij het eerst uitgetrokken bedrag van
2000 eventueel moeten verhoogen tot 2500.
De heer Sijtsma. Wij gaan bij het geven van subsidies
meestal te rade met de belangstelling die van particuliere
zijde in de zaak wordt betoond. Dat is m. i. een tamelijk
goede maatstaf. Wanneer ons nu meer gegevens waren ver
strekt, dan hadden wij wellicht ook kunnen weten hoe groot
de belangstelling was geweest bij de burgerij. Ik hoor, dat
er door particulieren ƒ4000.is gegeven. In dat geval zou
ik zeggen, is een bijdrage door de gemeente van ƒ2000.
voldoende. In dat geval zal ik mij ook niet tegen het voor
stel verzetten.
De heer Vergouwen. Ik had een ander bezwaar tegen het
voorstel van Burgemeester en Wethouders. Er wordt voor
gesteld een garantie te geven van ƒ2500.—. M. d. V. U hebt
den nadruk laten vallen op het woord garantie, maar ik stel
mij voor dat die ƒ2500.wel zullen worden uitgegeven. Nu
acht ik het evenwel verkeerd, waar eerst voor feestviering op
de begrooting is uitgetrokken een som van ƒ2000.die som
thans te verhoogen tot ƒ2500.ik zou liever het bedrag
van 2000.— willen behouden. Wanneer andere vereenigingen
in de stad, zooals de Oranjevereeniging, die ook het feest
mede willen vieren, zien, dat aan het Comité voor de Onaf
hankelijkheidsfeesten een garantie wordt gegeven vari ƒ2500.
zullen zij voor hunne feesten ook bij de gemeente om subsidie-