79 worden betaald uit het bedrag van 1200, onder volgnummer 133 der begrooting uitgetrokken voor teekenwerk. Het gevolg hiervan is,, dat dit bedrag thans reeds geheel is uitgegeven. Teneinde nu met de uitbetaling der salarissen voor teeken werk te kunnen doorgaan, is verhooging van den post nood zakelijk en wel met een bedrag van 2000, naar de Commissie van Fabricage ons mededeelt. Zoodra echter de vereischte gelden voor de buitengewone werken zijn toege staan, wordt dit bedrag weder aan de gewone middelen teruggegeven. Een en ander blijkt uit den overgelegden begrootingsstaat, model C. Wij geven U derhalve in overweging door vaststelling van dien begrootingsstaat ons in staat te stellen met de uitbe taling der salarissen voor teekenwerk door te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 158. Leiden, 28 Mei 1913. Alvorens praeadvies uit te brengen over nevensgaande verzoeken van J. Hermans te Voorhout en Gebr. van den Berg Wz. te Noordwijkerhout, om een tweetal bermstrooken langs de Haarlemmertrekvaart, op de ter visie liggende teekening in rood aangegeven en resp. met A. en B. aangeduid, van de gemeente te mogen huren, teneinde deze als los- en berg plaats voor grond, tuinbouwmaterialen etc. te gebruiken, hebben wij ons overeenkomstig het advies der Commissie van Fabricage tot adressanten gewend met de vraag, of zij niet genegen waren de bedoelde bermstrooken van de gemeente te koopen. in de laatste jaren toch werden dergelijke strooken niet meer door de gemeente verhuurd, doch steeds verkocht. Zoo werd ook het onmiddellijk naast de strooken in kwestie ge legen stuk berm bij raadsbesluit van 22 Augustus j.l. (Ingek. Stukken n° 183) aan de Gebr. Vos te Noordwijkerhout ver kocht voor 1.30 per M2. Adressanten bleken echter niet genegen de beide strooken, elk ter breedte van 12 M en ter diepte van omstreeks 7.5 M van de gemeente te koopen, aangezien het achterliggend land hun niet in eigendom toebehoorde, doch door hen slechts werd gehuurd. En op onze vraag, of dan niet de eigenaar van dat land bereid was de beide gedeelten berm te koopen, deelden adres santen ons mede, dat deze daartoe niet genegen was. doch dat zij zelf ten slotte de berm wel wilden koopen, mits de koopprijs niet hooger was, dan 0.25 per M2. Het is duidelijk, dat van verkoop tegen een dergelijken prijs, die Veel lager is, dan gewoonlijk voor dergelijke stukken berm wordt bedongen, geen sprake kan zijn. Aan den anderen kant kunnen wij het bezwaar van adressanten tegen een hoogeren prijs, nu zij slechts huurders zijn van het achter liggende land, wel begrijpen en vinden wij wel termen aan wezig om U voor te stellen in casu van den gewoonlijk gevolgden regel at te wijken, waarmede trouwens ook de Commissie van Fabricage zich wel kan vereenigen. De stukken berm dienen dan tot wederopzeggens als losplaats in gebruik te worden gegeven tegen betaling van eene jaarlijksche recognitie van 0.05 per M2, overeenkomstig het raadsbesluit van 14 Januari 1897 (Ingek. Stukken n° 305 van 1896), vermeerderd met een bedrag in eens van 0.05 per M2 voor de stoven en 0.015 per M2 en per hakjaar voor het op den berm staande hout, dat 't laatst in 1907 werd gehakt en dus thans 6 jaar oud is. Wij geven U derhalve in overweging de beide bermstrooken langs de Haarlemmertrekvaart, op de teekening in rood aan gegeven en resp. met A. en B. aangeduid, deel uitmakende van het perceel Sectie C n° 701 gemeente Noordwijkerhout, aan adressanten tot wederopzeggens als losplaats in gebruik te geven tegen betaling van eene jaarlijksche recognitie van 0.05 per M2 overeenkomstig het raadsbesluit van 14 Januari 1897, vermeerderd met een bedrag in eens van 0.14 per M2 voor het rooien der stoven en het gemis van het hakhout, onder de navolgende voorwaarden 1°. dat het gebruik van de opslagplaats zoodanig geschiede, dat nimmer het verkeer op den weg daardoor worde gehinderd 2°. dat de opslagplaats ten genoegen van Burgemeester en Wethouders worde afgeheind met een heg of palen met draad, welke atheining geplaatst moet worden op een afstand van 1 M. van den koolaschweg. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad van Gemeente Leiden Geeft met verschuldigden eerbied te kennen J Hermans Wijk 3 No 5 te Voorhout dat hij gaarne van uwe gemeente wenschen te huren een stukje grond dienst doenden voor een losplaats belendenden aan den uitweg onder deze gemeenten ongeveer November J.l. door de Gebr. Vos van uwe gemeente aangekocht, en belendenden aan den zelfden uitweg als door de Gebr. van den Berg aan uw Edelachtbare is aangevraagd, gaarne zou ik van uw gemeente willen huren 10 a 12 strek kende Meters voor den tijd van elf achtereenvolgende jaren of per jaar af t Welk doenden J Hermans. Voorhout, 18 Maart 1913 Aan den Raad van Gemeente Leiden. Geven met verschuldigden eerbied te kennen de Gebroeders van den Berg wz Kerkweg C 114 te Noordwijkerhout dat zij gaarne van uwe Gemeente wenschen te huren een stukje grond dienst doenden voor Losplaas belendenden aan den uitweg onder deze Gemeente ongeveer November J.l door de Gebr. Vos van uwe Gemeenten aangekocht, gaarne zouden wij van uwe Gemeente willen huren ongeveer 10 a 12 strek kende Meters voor den tijd van 11 achtereenvolgende jaren of per jaar af. t Welk doende Gebr. van den Berg Wz Noordwijkerhout 15 Maart 1913 N°. 159. Leiden, 28 Mei 1913. Tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van Mej. H. H. de Wolft om bestendigd te worden in de betrekking van Gemeente-apotheker bestaat noch bij de Commissie voor de Gemeente-apotheek, noch bij ons College bezwaar. Wij geven U derhalve in overweging Mej. H. H. de Wolff met ingang van 15 Juni 1913 wederom voor den tijd van één jaar te bestendigen in de betrekking van gemeente apotheker. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 160. Leiden, 29 Mei 1913. Het op de gemeentebegrooting voor 1913 uitgetrokken be drag wegens tijdelijke geldleening ter voorziening in de behoefte aan kasgeld, is nagenoeg geheel opgenomen, zoodat voor de kwartaalsbetalingen op 1 Juli a.s. waarin die voor rente en aflossing der geldleeningen begrepen zijn reeds eene aanvulling van den post met ƒ200000.noodig is. Aangezien echter ook verder in den loop van het jaar nog ver schillende groote betalingen zijn te verwachten en de belasting kohieren niet zoo spoedig worden geïnd, dat op voldoende wijze in de uitgaven zal kunnen worden voorzien, achten wij eene versterking van den kasgeldpost met ƒ300000.wenschelijk. Met dit bedrag zal een herhaalde aanvraag om verhooging van dien post vermoedelijk worden voorkomen. Op den rente- post zijn voorloopig nog voldoende gelden beschikbaar. Te zijner tijd zal, zoo noodig, eene verhooging ook van dien post worden voorgesteld. Wij geven u mitsdien in overweging tot verhooging van de volgnummers 61 en 227 der begrooting voor 1913 met ƒ300000.over te gaan door vaststelling van den hierbij overgelegden suppletoiren begrootingsstaat. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 161. Leiden, 29 Mei 1913. Wij hebben de eer U mede te deelen, dat de raming der navolgende posten van de gemeentebegrooting voor 1912 niet toereikend is gebleken voor de vereischte uitgaven en dat verhooging dier posten met de daarbij vermelde bedragen noodig is. Volgn. 72. Schrijf- en bureaubehoeften, brief porten, vrachtloonen en andere kleine uitgaven 266.80 Met het geraamde bedrag van ƒ925.kon niet worden volstaan. De post vordert een uitgaaf van 1191.80 en zal derhalve met 266.80 moeten worden verhoogd. Volgn. 73. Druk- en bindwerk913.67 Het druk- en bindwerk eischte in dit jaar een uitgaaf van ƒ4413.67. De raming bedroeg 3500.— De overschrijding van dit. artikel is voor een groot deel het gevolg van de invoering der nieuwe militiewet, waardoor de aanschaffing van nieuw materiaal noodzakelijk werd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1913 | | pagina 5